
Dominicus Gent
Viering van zondag 16 maart 2025
ZIEKENZALVING
Goedemorgen aan allen van hartelijk welkom in deze viering. Jullie hier vandaag aanwezig in onze Blaisantkerk, jullie thuis, digitaal verbonden en bij ons aanwezig.
We steken de Paaskaars aan en bidden:
Eeuwige, laat uw aangezicht over ons lichten, behoed ons en wees ons genadig.
Wij stellen ons onder Uw woord, wees Gij ons licht.
Vandaag willen we in deze viering in het bijzonder bidden voor alle mensen die door ziekte of ouderdom broos zijn. We willen hen omringen met onze aandacht en zorg en toevertrouwen aan de liefde die ons altijd draagt. Wie de wens daartoe liet blijken zullen we ook zalven.
Gebed : Naar psalm 21
Is dit leven een zegen,
onuitgesproken wens van goedheid?
Mag ik inslapen en wakker worden
mag ik ademen zonder vragen
mag ik scheuren en genezen
mag ik spreken en verstaan?
Een sterke hand houdt mij bijeen
vandaag, en morgen, en
ik zal luisteren
naar al dit vertrouwen
in mij.
(Guido Vanhercke)
Lied : Licht dat ons aanstoot in de morgen
Licht dat ons aanstoot in de morgen,
voortijdig licht waarin wij staan
koud, een voor een, en ongeborgen,
licht overdek mij, vuur mij aan.
Dat ik niet uitval dat wij allen, zo
zwaar en droevig als wij zijn
niet uit elkaars genade vallen
en doelloos en onvindbaar zijn.
Licht van mijn stad de stedehouder,
aanhoudend licht dat overwint.
Vaderlijk licht, steevaste schouder,
draag mij, ik ben jouw kijkend kind.
Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen
of ergens al de wereld daagt
waar mensen waardig leven mogen
en elk zijn naam in vrede draagt.
Alles zal zwichten en verwaaien
wat op het licht niet is geijkt.
Taal zal alleen verwoesting zaaien
en van ons doen geen daad beklijft.
Veelstemmig licht, om aan te horen
zolang ons hart nog slagen geeft.
Liefste der mensen, eerstgeboren,
licht, laatste woord van Hem die leeft.
T: Huub Oosterhuis M: Antoine Oomen
LICHTRITUEEL
aansteken van de kleine kaarsjes met de naam op van wie gezalfd zal worden – de naam wordt telkens vernoemd
Jesaja 49, 1 Toen ik nog in de moederschoot was, heeft de Heer mij geroepen, nog voor mijn geboorte heeft Hij mijn naam genoemd.
49,15 Zal een vrouw haar zuigeling vergeten, een moeder zich niet erbarmen over het kind van haar schoot? En zelfs als die het zouden vergeten; Ik vergeet u nooit! Kijk, in mijn handpalmen heb Ik u geschreven
Lied: Zo vriendelijk en veilig als het licht
Zo vriendelijk en veilig als het licht
zoals een mantel om mij heen geslagen
zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht.
Ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen.
Dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.
Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd
waakt over mij en over al mijn gangen,
wie zou ik worden, waart Gij niet bereid
om als ik val, mij telkens op te vangen.
Ik leef niet echt als Gij niet met mij zijt.
Ik moet in lief en leed naar U verlangen.
Spreek Gij het woord dat mij vertroosting geeft,
dat mij bevrijdt en opneemt in uw vrede.
Ontsteek die vreugde die geen einde heeft,
wil alle liefde aan uw Zoon besteden.
Wees Gij vandaag mijn brood, zo waar Gij leeft.
Gij zijt toch zelf de ziel van mijn gebeden.
T: Huub Oosterhuis M: Bernard Huybers
LEZING
Het koninkrijk der hemelen lijkt op een schat, verborgen in de akker; een mens vindt die en verbergt hem; door de vreugde daarover gaat hij terug, verkoopt al wat hij heeft en koopt die akker! Nog lijkt het koninkrijk der hemelen op een koopman op zoek naar schone parels; als hij één heel kostbare parel vindt, gaat hij heen, en als hij alles verkocht heeft wat hij had, koopt hij hem!
Matteüs 13,44-46
Misschien voelt het voor enkelen onder jullie een beetje ongemakkelijk om binnen een grotere gemeenschap in het midden te komen zitten. We kennen jullie immers als mensen met een open blik en betrokken op hoe het met ons samenleven, dichtbij en ook wereldwijd gaat. Wellicht is het dan ook een beetje vreemd om aandacht op jou gericht te voelen. Om van je heel actieve modus van inzet en zorg over te schakelen naar een beetje passief ondergaan. Misschien staat je fysieke conditie het je toe om nog volop enthousiast in beweging te blijven voor wat jou trekt, misschien heb je al heel veel uit handen moeten geven en je onmacht aan andere handen toevertrouwd.
Wat ons hier zondag na zondag samenbrengt is dat prachtige evangelie van Jezus. De verbeelding van het Rijk der hemelen, hier en nu. Het geleefde leven van die mens Jezus en in zijn spoor heel velen die zich aan dat visioen van vrede en gerechtigheid gelaafd en gegeven hebben. Het spoor van mensen die op weg gaan om met hun leven het verhaal verder te schrijven van liefdevol samenleven met bijzondere zorg voor de meest verdrukte en gekwetste mensen.
Wakker zijn voor wat in onze wereld gebeurt, roept veel vragen op. Veel evoluties zijn niet erg geruststellend: de ruk naar rechts in Europa, de oorlogsretoriek die zogezegd zou getuigen van gezond verstand, … de maskers die wegvallen en geen hoopgevend gezicht tonen, de gouden kalveren, de talloze slachtoffers in oorlogen én ook het zwijgen van zovelen. Het machteloze schouders ophalen. Wanneer brutaliteit en geweld het hoogste woord voeren, leert het evangelie ons dat ze niet het laatste woord zijn over ons bestaan.
We zijn ultiem geborgen bij wie ons leven geeft. Nieuw leven wordt geboren uit zaad dat sterft. Het geeft vruchten honderdvoud. De liefdevolle zelfgave van mensen schept toekomst. Het zijn tezelfdertijd gewaagde en schamele uitdrukkingen om die mysterieuze werkelijkheid te verwoorden die we af en toe mogen ervaren.
Het evangelie roept op om te kiezen voor deze weg, geleefd in Jezus van Nazareth. En daaraan hebben we ons, allen samen toevertrouwd.
De radicaliteit van deze levensweg beluisterden we in het evangelie vandaag: achtereenvolgens zijn er twee mensen die alles verkopen om de verborgen schat in de akker of om de kostbare parel te kunnen kopen. Dat ene, daarvoor hebben ze blijkbaar moeiteloos alles over. Want wat een reusachtig geschenk is het om die schat, om die parel te ontdekken.
Het is heerlijk toch om zo helder onderscheid te kunnen maken tussen wat het allerbelangrijkste is en daar consequent naar te handelen. Het evangelieverhaal vertelt ons niet hoe oud die twee mensen zijn wanneer ze hun schat vinden. Het doet er blijkbaar niet doe.
In onze levens merken we dat het wel eventjes zoeken is alvorens we zoveel duidelijkheid krijgen. En het consequent blijven kiezen hiervoor kan best wel eens lastig zijn. Soms tasten we op goed geluk een beetje af waar we naartoe moeten met dat verlangen in ons om een goed mens te worden. Om iemand te zijn die met haar persoonlijke rijkdom het levensbelangrijke verschil maakt voor anderen; om iemand te zijn die zijn hart verpandt om de wereld een beetje mooier te maken.
Het evangelieverhaal vertelt ons evenmin wat die schat precies bevat of waarin de pracht van de parel bestaat. Maar de context van beide kleine gelijkenissen en het levensverhaal van Jezus vertellen ons heel duidelijk waarover het gaat: de schat en de parel die zich laten vinden zijn de liefdevolle God die we in Jezus zien en die ons wil raken. Zijn liefde is als zuurdesem die ons helemaal wil doortrekken. Die liefde wordt in ons leven op heel diverse wijzen gedeeld en beleefd. In de opvoeding en vorming van kinderen in het gezin en in het werk, in zorg voor de meest kwetsbaren: zieken, vreemden, eenzame mensen.
Jullie hebben op uw weg, op uw manier de schat en de parel gevonden en we zijn blij dit met jullie te mogen vieren.
Lied van weg en omweg
Die mij getrokken uit de schoot
mij mens genoemd hebt en geëigend
mijn ogen wende aan het licht
mijn voeten zette dat ik stond
mij hebt doen weten dat ik gaan kon
dat ik zou komen waar Gij zijt
die als ik neerzit aan de kant
van weg en omweg, moe en dorstig,
mij overschaduwt met uw Naam
die toen ik neerlag in het stof
mij hebt omgeven met uw duister
dat geen gedierte mij verslond
die ongezien mij trekt tot U
U zal ik ongezien vertrouwen –
laat mij niet over aan mijzelf.
die ongezien mij trekt tot U
U zal ik ongezien vertrouwen –
laat mij niet over aan mijzelf.
T: Huub Oosterhuis M: Antoine Oomen
ONTFERMING
Elkeen hier aanwezig is een heel persoonlijk parcours gelopen, gegaan, gestapt, gewandeld, ook op eigen tempo. Heel bijzondere unieke levensverhalen blijven hier onuitgesproken. Toch is het voor elk van ons een leerweg in vertrouwen, in overgave aan wat ongezien ons trekt. Voor al wat onverzoend blijft, voor al wat we fout deden, bidden we: laat mij niet over aan mijzelf, neem het van mij en neem mij, hier ben ik. Laten we luisteren naar dit lied…
Wat ik gewild heb
Wat ik gewild heb
wat ik gedaan heb
wat mij gedaan werd
wat ik misdaan heb.
Wat ongezegd bleef
wat onverzoend bleef
wat niet gekend werd
wat ongebruikt bleef.
Al het beschamende
neem het van mij
en dat ik dit was
en geen ander
dit overschot van
stof van de aarde:
dit was mijn liefde
Hier ben ik.
T: Huub Oosterhuis M: Antoine Oomen
ZEGENING EN ZALVING
Handoplegging (zegenbede voor de micro uitgesproken)
Ooit waren het handen die ons optilden uit de moederschoot en ons het leven lieten zien
en zeiden, op hun manier: besta!
Besta, mensenkind, we willen dat je het leven verder draagt
in groeien en bloeien en delen.
Die eerste belofte van zegen, die hebben handen bewaard.
Daarom vroegen de mensen die Jezus absoluut wilden zien,
of hij hen de handen wou opleggen, hen wilde aanraken.
Zoals mensen voor elkaar een zegen kunnen zijn
en leven-gevend
zo willen we jullie nu de handen opleggen
en bidden dat je omarmd mag worden door Liefde.
Mogen we de begeleiders uitnodigen om jullie hand op of omheen de schouder van jullie naaste te leggen en aan jullie allen om recht te staan en een hand in een zegenend gebaar uit te strekken en de tekst op blaadje in de gemeenschap mee te bidden:
Lieve mensen,
wij willen jullie zegenen met dankbaarheid
voor de weg die we samen mogen gaan
en voor alle leven dat jullie mogen delen met wie je lief is.
We willen jullie zegenen met het vertrouwen
dat er altijd toekomst is
ook wanneer het tastbare leven broos is geworden.
We willen jullie zegenen met warmte en liefde.
Want dat moeten we durven geloven:
dat het de liefde is die ons blijft verbinden
over alle grenzen heen.
En wij bidden om Gods Geest die adem geeft,
troost , kracht en vertrouwen.
Wees geborgen in Gods hand.
Zalving
De voorgangers gaan langs bij elke persoon om de handen te zalven:
Naam…, wij zalven en zegenen jou met (Gods) liefde, vrede en kracht.
Lied: Geboorte
Jij bent geen klei gebleven
geen ebzand akker harde vloer
geen lemen pot geen stenen muur
jij bent zoals jij speelt
jij lieve mens van ons
van aarde
Jij bent geen licht gebleven
geen poolster bliksem zonnesteek
geen straatlantaarn geen smeulend vuur
jij bent zoals jij straalt
jij lieve mens van ons
van hemel
Jij bent geen zaad gebleven
geen graspol rogge roosmarijn
geen mierenhoop geen vogelei
jij bent zoals jij lacht
jij lieve mens van ons
van zoenen
Jij bent geen nee gebleven
geen waan geen angst geen eigendom
jij hoort bij ons bij allemaal
jij bent die ik nu noem
jij lieve mens van ons
bij name
T: Herman Verbeek M: Lieven Termont
GEBED VOOR ALLE KWETSBARE MENSEN
Groot Mysterie,
We zalfden de handen van wie ons dierbaar zijn.
We bidden voor mantelzorgers, jong en ouder, die dag en nacht zorgzaam zijn.
Bidden dat ze kracht putten uit waardigheid en verbondenheid met de gemeenschap en met U. We bidden dat onze maatschappij mee zorg blijft dragen voor wie kwetsbaar is en daar de nodige middelen voor vrijmaakt.
We bidden voor de vele mensen die ziek en eenzaam zijn en niet omringd worden door familie of vrienden, op straat wonen, in armoede, in oorlogsgebieden. We bidden dat Gij U naar hen en ons toekeert, dat wij ons toekeren naar elkaar. Dat het mag zijn.
Zingen we dit ook samen:
Keer U om naar ons toe,
keer ons toe naar elkaar.
TAFELDIENST: En niemand valt of hij valt in uw handen…
We gaan, zoals we elke week doen, aan tafel, om leeftocht en verbondenheid met Jezus van Nazareth.
Groot Mysterie,
Gij die weet wat in mensen omgaat, roept ons hier bijeen rond Uw tafel. Bij U valt niemand of Zij valt in Uw handen.
En Uw handen zijn ook onze handen.
In navolging van Uw Zoon breken wij brood en zegenen de beker met wijn.
We steken een kaars aan voor mensen die op andere plaatsen met ons verbonden zijn.
We steken kaarsjes aan voor hen die overleden zijn en voort leven in ons hart.
We zingen samen het tafelgebed:
Lied: Gij die weet
Gij die weet wat in mensen omgaat
aan hoop en twijfel, drift, plezier, onzekerheid.
Gij die ons denken peilt
en ieder woord naar waarheid schat
en wat onzegbaar onmiddellijk verstaat.
Gij toetst ons hart
en gij zijt groter dan ons hart.
Op elk van ons houdt Gij uw oog gericht.
En niemand, of hij heeft een naam bij U.
En niemand valt of hij valt in uw handen
en niemand leeft of hij leeft naar U toe.
Maar nooit heeft iemand U gezien.
In dit heelal zijt Gij onhoorbaar.
En diep in de aarde klinkt uw stem niet.
En ook uit de hoogte niet.
En niemand die de dood is ingegaan
keerde ooit terug om ons van U te groeten.
Aan U zijn wij gehecht. Naar U genoemd.
Gij alleen weet wat dat betekent. Wij niet.
Wij gaan de wereld door met dichte ogen.
Maar soms herinneren wij ons een naam,
een oud verhaal dat ons is doorverteld,
over een mens die vol was van uw kracht,
Jezus van Nazareth, een zoon van Abraham.
In hem zou uw genade zijn verschenen,
uw mildheid en uw trouw. In hem zou voorgoed
aan het licht gekomen zijn hoe Gij bestaat:
weerloos en zelveloos, dienaar van mensen.
Hij was zoals wij zouden willen zijn:
een mens van God, een vriend, een herder,
die niet te eigen bate heeft geleefd
en niet vergeefs, onvruchtbaar is gestorven.
Die in de laatste nacht dat hij nog leefde
het brood gebroken heeft en uitgedeeld
en heeft gezegd: Neemt, eet, dit is mijn lichaam –
zo zult gij doen tot mijn gedachtenis.
Toen nam hij ook de beker en zei:
Dit is het nieuw verbond, dit is mijn bloed,
dat wordt vergoten tot vergeving van uw zonden.
Als je uit deze beker drinkt, denk dan aan mij.
Tot zijn gedachtenis nemen wij daarom
dit brood en breken het voor elkaar,
om goed te weten wat ons te wachten staat
als wij leven hem achterna.
Als Gij hem hebt gered van de dood, God,
als hij, dood en begraven, toch leeft bij U,
red dan ook ons en houd ons in leven,
haal ook ons door de dood heen, nu.
En maak ons nieuw, want waarom hij wel,
en waarom wij niet –wij zijn toch ook mensen.
Onze Vader
Vredeswens
We staan hier in een grote kring
We zien in het midden een kleinere kring
We spreken zo, zonder woorden,
onze ondersteuning en nabijheid uit
Wij dragen jullie
Wij gaan samen met jullie naar een nieuwe wereld
van Liefde en Vrede
Vrede voor allen
Communie
Slottekst
Jesaja: 43 Zo spreekt de Heer, uw schepper: Wees niet bang, want Ik heb u verlost, en u bij uw naam geroepen: gij zijt van Mij. 2Trekt gij door water, Ik ben bij u, gaat gij door rivieren, zij overspoelen u niet. Moet gij door vuur heen, gij zult u niet branden, en de vlammen verwonden u niet. 3Want Ik ben de Heer, uw God : zo kostbaar zijt gij in mijn ogen, zo waardevol: Ik heb u lief. 5 Wees niet bang want Ik ben bij u.
Jesaja 46, 3 Luister naar Mij, u, die werd opgetild vanaf de moederschoot, en sinds de geboorte werd gedragen. 4 Ik blijf dezelfde tot aan uw oude dag. Als u grijs bent zal Ik u nog dragen. Ik heb het gedaan en Ik blijf het doen. Ik zal u dragen en verlossen.
Aandenken
We willen jullie een aandenken meegeven die je kan helpen herinneren aan dit moment. Bij het tot stand komen van ons kunstwerk dat hier in de kerk hangt, hadden we stukjes stof over, waarop met planten gedrukt werd. Met deze stofjes hebben we doosjes beplakt. Het is symbolisch voor deze plek, ons huis, met een deur die opengaat, een ladder om naar de zon te klimmen, een raam waar het licht door schijnt. Elk doosje bevat een parel. Geen echt parel, maar een half-edelsteentje, zodat je niet vergeet dat je een parel bent in Gods hand.
Zegening
Bevelen we elkaar in de hoede van de Eeuwige met een zegening:
Bevelen wij elkaar in de hoede van de Eeuwige;
Zegene ons de grote NAAM:
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Voor wie zoeken in de stilte
naar een vuur voor hart en handen:
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Voor wie zingen op Gods Adem
van de hoop die niet zal do-ven:
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Voor wie roepen om vrede,
van gerechtigheid dromen:
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Voor wie wachten in vertrouwen
dat de liefde zal blijven:
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Het licht van Gods ogen gaat over u op!
De zon van zijn vrede, als een nieuwe dag!
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
Met vrede gegroet en gezegend met licht!
T: Sytze de Vries M: Willem Vogel