VIERING : VROUWELIJK LEIDERSCHAP

Dominicus Gent

Viering van zondag 11 februari 2024

VROUWELIJK LEIDERSCHAP

(Reeks: Leiderschap 4/4)

Goede morgen aan jullie allen hier aanwezig en ook aan de mensen die thuis deze viering volgen. Vandaag is het de vierde en laatste keer dat we reflecteren rond ‘leiding’ en wel met de focus op vrouwelijk leiderschap.
Met grote dankbaarheid denken we aan de vele onzichtbare en zichtbare vrouwen die dagelijks verantwoordelijkheid nemen in de zorg voor hun naasten, de aarde, het werk dat ze doen. Als opvoeders, zorgkundigen, gezondheidswerkers, leraren, boerinnen, medewerkers in parochies, … we kunnen nog lang doorgaan.
We steken het Licht van de Paaskaars aan. De vlam die ons herinnert aan de manier van leiding die Christus ons kwam leren en mensen uitnodigt om elkaar te dragen en nieuwe kansen te geven.

 

Zingen we de viering open: Tekenen van hoop 

Als hier of daar een vrouw wordt opgericht
En zich, rechtop gekomen warmt in licht,
Wordt weer een stukje schepping afgemaakt:
Zij is tot haar bestemming aangeraakt.

Als ergens eens, een man tot vrede komt
En zich niet langer in de strijd vermomt,
Dan weer is het de levenskracht die wint:
Hij durft het aan met zachtheid, als een kind.

Als in de buurt twee mensen samengaan
En elk het aandurft niet alleen te staan,
Dan wint de liefde weer van angst de strijd:
Zo komen mensen tot barmhartigheid.

Als wij hier samen delen onze kracht
En leren hoe de minste wordt geacht,
Dan bouwen wij weer verder aan het Rijk
En mogen daarmee zijn aan God gelijk.

T: Gea Boessenkool M: Berre van Thielt

 

Lezing: Romeinen 12:3-8

Als Gods boodschapper zeg ik tegen ieder van u: beoordeel uzelf eerlijk en denk niet te hoog van uzelf, bepaal uw eigen waarde naar de mate van het geloof dat u van God ontvangen hebt.

Een menselijk lichaam bestaat uit vele delen en die delen doen niet allemaal hetzelfde. Zo is het ook met ons. Al zijn we met velen, door onze verhouding tot Christus vormen wij samen één lichaam. En wij zijn stuk voor stuk leden van dat lichaam. Wij horen bij elkaar. De gaven die God ons heeft gegeven, zijn verschillend. Wie namens God moet spreken, doet dat naar het geloof dat hij daarvoor krijgt. Wie moet helpen, krijgt daar de kracht voor. Wie moet onderwijzen, krijgt de gave om te onderwijzen Wie anderen moet aansporen en bemoedigen, krijgt daar de woorden voor. Wie iets moet uitdelen, krijgt de gave om eenvoudig te blijven. Wie leiding moet geven, krijgt daar de wijsheid voor. Wie zich ontfermt over mensen die het moeilijk hebben, doet dit met opgewektheid.

 
We hoorden een bekend fragment uit de brief van Paulus aan de Romeinen. Hij verwoordt daarin zijn visie op de geloofsgemeenschap. Het beeld van het lichaam is bekend: het is uitdrukking van hechte verbondenheid. Allen zijn verschillend, en allen zijn gelijkwaardig. Er is ten tijde van Paulus uiteraard nog geen sprake van een organisatie met afgebakende ambten en competenties. Het is ook nooit Paulus’ ambitie geweest zich daar mee in te laten. Wat niet betekent dat er geen mensen zijn die richting geven. Paulus is er ongetwijfeld één van. Hij straalt een opmerkelijk zelfvertrouwen uit. Hij beroept zich daartoe op zijn ontmoeting met de verrezen Gekruisigde. “Saulus waarom vervolgt ge mij?” Terwijl hij onderweg is om die nieuwe beweging rond Jezus een halt toe te roepen hoort hij een stem. Die stem opent hem de ogen voor een nieuw inzicht. Het inzicht dat liefde de bekroning is van de wetsgetrouwheid. Hij drukt het ook uit in deze gebalde uitspraak: “Ik leef niet meer, Christus leeft in mij”. In die geest organiseert Paulus rond het jaar 50 de geloofsgemeenschap van Korinthe.

Hier is een gemeenschap die gedragen wordt door een verscheidenheid van medewerkers. Mannelijke en vrouwelijke onderwijsmensen en catechisten, ziekenbezoekers, mensen die het geld beheren, zij die medemensen kunnen begeesteren of troosten, zij die goed kunnen zingen, zij die niet goed kunnen zingen, en ook zij die leiding geven. Ze staan allen op gelijke voet. Allen dragen bij tot de groei van de gemeenschap. Zij die leiding geven staan niet boven de gemeenschap. Paulus zegt alleen: “Als ge leiding geeft, doe het met ijver”.


En hij wil deze nieuwe levensstijl niet in besloten kring houden. Paulus is bezield door een enthousiasme dat in hem tot leven is gewekt. Hij trekt er op uit, reist rond in heel het Middellandse zeegebied. Hij brengt mensen de goede boodschap dat hun leven niet bepaald wordt door mysterieuze onzichtbare krachten zoals veel Grieken geloofden. Zijn boodschap luidt dat mensen hun leven zelf in handen kunnen nemen. Dat een leven in liefde en gerechtigheid de volheid van leven openbaart.

Het is aan zijn enthousiasme te danken dat hij niet aarzelt een eigen weg te gaan. Het leven in Christus kan niet beperkt blijven tot de joodse gemeenschap. Er is een doorbraak nodig om de goede boodschap van vrijheid en liefde uit te dragen in de wijde wereld. Ook al wordt hij belaagd door sommige orthodoxe joden die vinden dat Paulus veel te ver gaat in zijn interpretatie van de Thora. Hij houdt voet bij stuk.

En hij doet nog meer. Zoals alleen een vastberaden leider aandurft. Tegen alle gangbare sociale normen in houdt hij vast aan de gelijkwaardigheid van alle mensen. “Er is geen jood of Griek meer, slaaf of vrije, man of vrouw – u bent allen één in Christus” (Gal.3,27) Dit brengt Paulus zelf in praktijk door mannen en vrouwen, gehuwd of ongehuwd, te bemoedigen in hun inzet voor de geloofsgemeenschap. We vernemen dat Febe, een welstellende dame, een verantwoordelijke rol speelt in de gemeenschap van Tessaloniki. Paulus noemt haar “onze zuster”, medewerkster in dienst van het evangelie. Ze draagt zorg voor Paulus en zorgt ervoor dat zijn brief in Rome geraakt. Ze was voldoende vertrouwd met Paulus’ ideeën om er ook zelf commentaar bij te geven.


Dat leiderschap ook een gedeelde verantwoordelijkheid kan zijn mag blijken uit de samenkomsten in één of ander huis. Het is de tijd van de huiskerk. Mensen komen bijeen in een of ander huis. Georganiseerd volgens ieders mogelijkheden. Febe moet één van die mensen geweest zijn die gemakkelijk haar huis ter beschikking stelde. Blijkbaar zijn er verschillende mensen die hieraan mee doen. Wie het huis ter beschikking stelt zal allicht ook de voorganger/ster geweest zijn in de dienst van de tafel waarin de gedachtenis aan Jezus wordt gevierd. Het wordt in elk geval gesuggereerd in het slot van de brief aan de Romeinen. Paulus laat zijn groeten overbrengen aan een hele groep mannen en vrouwen, echtparen en enkelingen die op de één of andere manier een soortgelijke verantwoordelijkheid op zich namen.  

Hier wordt het land gezocht

Hier wordt het land gezocht
waar wij gelijken zijn,
niemand apart en geen
kleuren die minder zijn.

Hier wordt de tijd verhaast
dat wij elkaar verstaan, –
handen die wenken en
ogen die opengaan.

Hier wordt de Stem gehoord
die nog niet klinken mag:
mensen die hopen op
ooit hun bevrijdingsdag.

Hier staat een tafel waar
aan ons wordt voorgedaan,
hoe wij genezen van
heersen en misverstaan.

Hier is het woord van Hem
die ons geschapen heeft:
‘Waar is je broeder,
de mens die jou nodig heeft?’

T: Jan van Opbergen M: Jaap Geraedts

 

Vrouwelijk leiderschap 

Vanuit de context van de heersende cultuur 50 jaar na Christus kan je zeggen dat Paulus een revolutionaire daad stelde door mannen én vrouwen, Joden en niet-Joden, gelijkwaardig te noemen. Dat zegt hij ook over de vele taken en talenten die nodig zijn in een gemeenschap. Vrouwen waren toen niet aanwezig in het publieke leven en ontleenden hun levenskansen en rechten aan de man met wie ze gehuwd waren. Ze konden rechtstreeks geen eigen plek innemen. In die eerste Christelijke gemeenschappen kon dit wel en dat is toch zeer bijzonder.

Dit prille begin van de huiskerken duurde echter niet lang. Een zo eigenzinnige manier om evenwaardig naar vrouwen te kijken kon niet optornen tegen de algemeen overheersende mannelijke cultuur.
Ook al komen in de geschiedenis af en toe voorbeelden van sterk vrouwelijk leiderschap, denk maar aan Hildegard Von Bingen, een aantal vrouwelijke heiligen, dit waren uitzonderingen. Vrouwelijk leiderschap situeerde zich vooral impliciet en in onzichtbare dienstbaarheid. Daar werd ze niet enkel gedoogd maar sterk gewaardeerd.

Vandaag zijn vrouwelijke leidinggevenden geen uitzonderingen meer, al zijn er zeker plaatsen waar ze nog schaars zijn: het leger, politie, hoge politieke posten, religieuze organisaties. De scheiding van kerk en staat, de secularisering van de maatschappij, de ontvoogding van arbeiders en vrouwen, althans in het Westen, hebben daartoe bijgedragen.

In religieuze organisaties gaat deze evolutie zeer traag. Het lezen en interpreteren van de religieuze boeken gebeurt nog vaak vanuit het traditionele patriarchale denkkader. Daarin hebben vrouwen geen publieke plaats.
Vrouwelijke en ecofeministische theologen pleiten er voor de religieuze boeken te lezen rekening houdend met de context en cultuur waarin deze geschreven zijn. Niet alleen binnen de Christelijke kerken, maar ook in Islam, Jodendom, Hindu en andere religies werken vrouwelijke theologen aan een eigentijdse interpretatie van het Godsbeeld, mens- en maatschappijbeeld en de relatie met de aarde. Tegelijk kijken ze kritisch naar het koloniale, economische en witte overheersende wereldbeeld. Het gaat er niet om de Bijbel te lezen op een mannelijke of vrouwelijke manier, maar op een kritische wijze die de bevrijding en transformatie mogelijk maken in ons huidige leven. Vrouwen lezen de teksten en formuleren hun dromen vanuit hun verlangen naar een betere wereld. En ze vinden de kracht en de inspiratie daartoe in diezelfde heilige schriften zoals ook Paulus deed. Een sterk geloof hebben én een krachtig leider zijn, is niet tegenstrijdig. Religie kan het leiderschap van vrouwen ondersteunen. Binnen de kerk worden vrouwen de laatste meer betrokken bij het beleid, maar zelden op het niveau waar wezenlijke besluiten genomen worden.

De Nederlandse Vrouwenraad schreef een brochure over een nieuwe kijk op religie en vrouwelijk leiderschap. Eén van de bijdragen is van professor Esther Mombo. Zij is Anglicaanse en hoogleraar theologie in Kenia. Zij spreekt uiteraard vanuit de cultuur en context in haar land.
In Bijbelse tijden, zegt Mombo, was leiderschap door dominantie gewoon. Dat soort autoritair leiderschap staat vrouwen tegen. Vrouwen oefenen eerder leiderschap uit in gemeenschappen op basis van samenwerking en gelijkheid. Nieuwe leiderschapsstijlen in een patriarchale wereld ontwikkelen, waar geluisterd wordt, waar samengewerkt wordt: daar ligt de uitdaging.

“Leiderschap gaat over karakter, roeping, integriteit, gaven en opoffering; het gaat om mensen dienen. Er is behoefte aan verandering, zodat leiderschap gedeeld wordt en er samenwerking komt in plaats van competitie. Mensen zouden gemotiveerd hun eigen weg moeten kunnen gaan in plaats van autoritair leiderschap opgelegd te krijgen. Het getuigt van een ander soort leiderschap als mensen worden aangemoedigd om te besluiten op basis van consensus, in plaats van zich naar autoritaire besluiten te moeten voegen. Ik denk aan leiderschap in de gemeenschap gebaseerd op verbondenheid, co-operatie en gelijkheid.”

Vrouwelijk leiderschap kan in die zin begrepen worden als een leiderschapsstijl die niet gebonden is aan de gender maar zich vooral situeert in eigenschappen die vrouwelijk genoemd worden: luisterbereidheid, samenwerken, oog en oor hebben voor wie het moeilijk heeft, ondersteunend, in dialoog. Ze is een mogelijke inspiratie en uitweg uit een overheersende economische, uitbuitende consumptiemaatschappij, zowel binnen de Westerse samenleving als op wereldniveau. Ze heeft nog een lange weg te gaan maar is niet meer weg te denken. In Dominicus doen vrouwen en mannen dit al veertig jaar in evenwaardige samenwerking. Dat is iets om heel dankbaar voor te zijn. We zijn hiermee activistisch ook al zien we dat dit niet onmiddellijk leidt tot een verandering binnen de bestaande parochiale werking, maar geloven dat we op termijn inspirerend zijn.
Laat ons een lied zingen voor onze zusters die leiding opnemen, hen zichtbaar maken en op verhaal laten komen.

Zuster maak mij zichtbaar

Zuster, maak mij eind’lijk zichtbaar,
noem vandaag mijn oudste naam,
noem mij wijze noem mij vrouw,
laat de poorten opengaan.

Zuster, kom op uw verhaal,
leg uw leven in uw woord,
zoveel is verkeerd gegaan,
omdat men u niet hoorde.

Zuster, krom hebt gij gestaan,
richt u op en roep uw wet
laat mij uit uw mond verstaan:
uw geloof heeft u gered.

T: Aleidis Dierick M: Berre van Thielt

 

Inbreng, stilte, gebed 

Uitnodiging tafeldienst

Aan deze tafel weten we ons bijeen gebracht in de geest van Jezus van Nazareth. Deze tafel spreekt van verbondenheid en wederzijds vertrouwen. Mogen we als bondgenoten en tochtgenoten van elkaar en van Jezus ons leven telkens weer ontvangen van hem en van elkaar. Mogen wij meebouwen aan het lichaam waar wij deel van zijn.
Wij gedenken ook onze dierbare doden die op hun manier volgeling van Jezus zijn geweest en allen waar ook ter wereld die we als zuster en broeder bij ons aanwezig voelen in het teken van het gedeelde brood.

Gezegend, Eeuwige, Gij reddende God!
In de nacht klonk uw stem, sprak uw hart
In de nacht brak het donker op uw woord van licht
Een dag ongeweten, een uitzicht dat wenkt,
roept Gij wakker voor ons.
Opstaan, vertrouwen en gaan zullen wij naar de morgen,
zingen om U het lied van alle reisgenoten:
Heilig, heilig, heilig, zullen wij U
zingen. Heilig, heilig, heilig,
moeten wij U noemen, met heel de schepping mee uw
grote daden roemen! Zingen wij Hosanna,
hemelhoog Hosanna! Zegen van Godswege,
Hij die komt gezegend met de naam van Hem!
Zingen wij Hosanna, hemelhoog Hosanna!
In de nacht bleef Gij trouw aan het volk van Uw liefde,
aan de Zoon van uw hart.
Uit het geestloze dal van de duizenden doden,
hebt Gij hen tot leven gebracht.
Gezegend, Eeuwige,
Gij reddende God, om de Zoon van uw liefde.
Hij onze geboorte, de nieuwe dag!

Instellingswoorden

Delen wij samen hier in zijn lichaam,
vinden wij leven eens en vooral in zijn bloed.
Voeg ons bijeen tot één levend lichaam,
een tempel van liefde, oase van vrede,
een woning voor U. Dat onze dagen U zullen aanbidden
en eren Uw Naam, doen wie Gij zijt;
Eeuwige, reddende God!

T. Sytze de Vries – M. Willem Vogel

Onze Vader  

Vredeswens  
Laat ons bidden om vrede op al die plekken waar nu wreedheid en oorlog heersen. We kijken niet weg van wat er gaande is, dragen de pijn in ons hart.
En wensen elkaar toch vrede toe en verspreiden die straks verder.

Gebed 

Dankbaar herinneren we ons mensen die leiding gaven in ons leven.
Dankbaar mogen we zijn voor wie op cruciale momenten in de geschiedenis tot moedige vredevolle wijze besluiten inspireerde.
Bidden we om wijze, standvastige, dialogerende, ethische leiders, mannen en vrouwen, die opstaan om voor te gaan op de weg naar een rechtvaardige, evenwaardige wereld voor mensen, dieren, gewassen en aarde.