VIERING : SLACHTOFFER ZIJN…

Dominicus Gent

Viering van zondag 28 april 2024

SLACHTOFFER ZIJN…

 

                                                                                                              

Goede morgen.
Gij die liefde zijt…
wat een heerlijk idee
om ons zondag na zondag uit te nodigen
rond uw woord en de tekenen van brood en wijn.
Wees bij ons
Gij die licht en warmte zijt

(paaskaars)

Welkom wij allen
die op Zijn uitnodiging zijn ingegaan.

 

Slacht-offer is een  vreemd en vreselijk begrip uit onze taal: slachten en offeren…. Maar het woord verbleekt bij de realiteit van wie slachtoffer ís van geweld, misbruik, armoede, uitsluiting…

Toch zoeken we vandaag te vieren rond slachtoffer-zijn, slachtoffers-nabij-zijn… We voeden de hoop dat we ooit (misschien, soms, even) voorbij slachtoffer-zijn kunnen groeien en/of kijken.

Het is een kwetsbaar onderwerp dat gepaste taal zoekt maar tegelijk veel zwijgen vraagt. We willen de stilte ruimte geven en veel zingen. We mochten al ervaren dat ons zingen het onuitspreekbare dichter benadert.

We openen met Babs Gons, een spoken-word artieste

 

ALS JE NOOIT IN HAAR SCHOENEN HEBT GELOPEN

als je nooit in haar schoenen hebt gelopen
nooit met je sleutels tussen je vingers
door het donker bent gefietst
een hoodie extra large over je jurk hebt aangetrokken
je hakken verwisseld voor sneakers
om zo hard mogelijk door de nacht naar huis te trappen

als je nooit in haar schoenen hebt gelopen
niet weet hoe uitputtend het is om ogen en oren
over je hele lichaam te dragen
de haren in je nek als alarmbellen
te laten vertellen
wanneer je moet maken dat je wegkomt
je altijd in je hoofd aan het rekenen bent
hoe laat je waar aankomt
wanneer je dan weer moet vertrekken
niet hardlopen in het donker
niet via het park
groepjes vermijden
nooit je drankje onbeheerd laten staan

als je nooit in haar schoenen hebt gelopen
niet weet hoe het voelt
om opeens geen adem meer te kunnen halen
omdat de taxi onverwachts afslaat,
omdat iemand opeens een deur in het slot draait

als je niet weet hoe het is om stoerder te gaan lopen
net te doen alsof je belt,
een busje haarlak in je mouw te moeten dragen
via winkelruiten in de gaten te houden
wie er achter je loopt
een omweg naar huis te nemen
omdat je niet wil dat je achtervolger weet waar je woont …
om dan toch soms het grootste gevaar thuis te treffen
want het zijn vaak bekenden

als je niet weet hoe het isom in haar schoenen te lopen
om niet gehoord, niet geloofd
niet geholpen te worden en de volgende dag
gewoon weer een nieuwe dag te moeten  beginnen
de verse wonden, de schadeonzichtbaar op je huid onder je kleding

als je niet weet hoe dat voelt vertel haar dan nooit
wat ze moet doen
wat ze moet dragen
dat ze moet baren
hoe zich te gedragen
hoe ze moet bewegen
wanneer te spreken
hoe ze haar lichaam
hoe ze haar leven

maar leer de wereld van haar houden
zo hard dat ze nooit meer achterom hoeft te kijken
zo hard dat ze mag dansen wanneer ze wil en
gaan waarheen ze maar wil
laat de wereld nu verdomme eens
hartgrondig van haar houden

Babs Gons

        (uit: Doe het toch maar, Uitgave Atlas Contact)

 

 

Babs Gons verheldert indringend -en voor vrouwen en moeders van dochters herkenbaar-  de tentakels van slachtofferschap. Haar aanklacht maant aan tot erkenning van het leed van slachtoffers in het algemeen, tot respect voor hun verhaal.

Laat ons hier en nu ingaan op haar slotzin: slachtoffers hartgrondig lief te hebben. Laten we onze bereidheid uitzingen om ieder slachtoffer – van welk geweld dan ook- lief te hebben, hen een naam en bestaansrecht te geven. Bidden wij dat slachtoffers altijd bij dat groot mysterie van Liefde gekend en genoemd mogen zijn.  

 

Lied : Voor mensen die naamloos

Voor mensen die naamloos,

kwetsbaar en weerloos

door het leven gaan;

ontwaakt hier nieuw leven,

wordt kracht gegeven:

wij krijgen een naam.

Voor mensen die roepend,

tastend en zoekend

door het leven gaan:

verschijnt hier een teken,

brood om te breken,

wij kunnen bestaan.

Voor mensen die vragend,

wachtend en wakend

door het leven gaan:

weerklinken hier woorden,

God wil ons horen,

wij worden verstaan.

Voor mensen die hopend,

wankel gelovend

door het leven gaan:

herstelt God uit duister

Adam in luister:

wij dragen zijn naam.

T: Henk Jongerius   M: Jan Raas

 

 

WOORDDIENST 

Voor mensen die naamloos, kwetsbaar en weerloos door het leven gaan.

Voor mensen die roepend, tastend en zoekend door het leven gaan

 

Voor het meisje van 17 dat onder de tram is terecht gekomen.

Voor de man die psychisch getergd wordt door zijn partner.

Voor het kind van 3 dat een kokende pot water over zich trok.

Voor Mohamed die geen betaalbaar huis vindt voor zijn gezin van 5 kinderen.

Voor het dorp in Peru dat zwaar te lijden heeft onder de uitbuiting van een mijnbouwbedrijf  dat al hun bossen wegkapt.

Voor de bewoners van Pepinster die nog steeds geen volledig bewoonbaar huis hebben na de waterbom in 2021.

Voor het meisje die zich via sociale media naakt heeft getoond.

Voor de geplette moeder tussen het beton in Gaza en haar 3 kinderen die honger hebben.

Voor de ontelbaren die in het internaat, in de sacristie, op kamp,… lastig gevallen werden en misbruikt door kerkmensen.

Voor de soldaten in de verzopen loopgrachten in Oekraïne en de kinderen die moeten overleven in ijskoude tenten.

Voor Veer Dusauchoit die enkel en alleen omdat ze vrouw is geweigerd wordt door de kerk voor de diakenopleiding.

Voor de Congolese fabriekswerker die leeft en werkt op een rijke grond en daar amper een hongerloon voor krijgt.

Voor de verwaarloosde tiener die opgroeit in een gezin waar drugs en geweld de hoofdrol spelen.

Voor…

Voor al deze slachtoffers en hun miljoenen lotgenoten bidden wij vandaag: Dan nog…

  

Lied : Dan nog

Dan nog, dan nog

klamp ik mij klamp ik mij

vast aan jou of je wil of niet

Op ongenade of genade

ik zal red mij red mij roepen

of zoiets als heb mij lief.

 

VER-dragen en VERDERdragen

Om een antwoord te vinden op de vraag hoe we slachtoffers best nabij kunnen zijn, ging ik ten rade bij Lieve Butaye uit onze gemeenschap. Zij heeft zich lang ingezet voor slachtofferhulp. Ze heeft die hulp, samen met anderen, heel graag geboden, zei ze. En, het voornaamste is dat je biedt wat het slachtoffer zelf wil, voegde ze er krachtig aan toe.

Uit een voordracht over partnergeweld bleef mij de volgende gedachte goed bij. We kunnen best VERdragen en VERDERdragen. Verdragen dat slachtoffers het moeilijk hebben om er over te praten.

Dat enkel nabijheid, heel actief en lang luisteren in volle openheid, zonder oordelen, hen mogelijk kan helpen. Openstaan voor woede, sprakeloosheid, machteloosheid, immens verdriet en soms ook schaamte en schuldgevoelens. “Het moet uit mijn lichaam geraken, ik moet het kunnen uiten” hoorde ik iemand zeggen. Het is heel krachtig en bewonderenswaardig van het slachtoffer als hij/zij het durft te zeggen. Erkenning van de ernst van het voorval en het normaliseren ervan kan heel bevrijdend werken.

Een kind dat opgroeit zonder liefde is als een vaas zonder bloemen, hoorde ik een opvoedster zeggen. Het zal je maar overkomen. Een maatschappij die er in slaagt bloemen in die vaas te zetten is het waard een waardige, schoonmenselijke maatschappij genoemd te worden waar iedereen de kans krijgt gelukkig op te groeien.

Maar tegenover slachtoffers van terreur en oorlogsgeweld, van natuurrampen, van corruptie  staan we nog machtelozer. Hoe kunnen we hen nabij zijn? Guido Vanhercke verwoordde het mooi in een boodschap op Bijlichten.be (https://bijlichten.be/tegen_de_vernieling/ We voelen woede omdat we weten dat de dag waarop de grootgeldmaffia en de oorlogszuchtigen voor de rechter zullen komen nog veraf ligt .    

Maar er is ook verlorenheid: Ik heb hier mijn goed leven en er zijn zoveel plekken van ongelooflijke en onrechtvaardige miserie. Samen met Guido spreek ik mijn hoop uit dat we die slachtoffers zullen blijven nabij zijn door het onrecht aan te klagen en veroordelende woorden te zoeken voor de gruwel. Door voorbeelden te tonen van mensen die moedig nieuwe wegen banen, met een groot hart en een groot verstand. We kunnen best blijven geloven in het werk van al die onzichtbaren die nieuwe wegen zoeken en vinden, die mensen bijeenbrengen, die hun lijf en leden erin gooien om die logge instanties een andere richting in te duwen. In dit kader verwijs ik graag naar het boek van Eva Smets, algemeen directeur van Oxfam België: Kantelen; Belgische recepten voor de donuteconomie. Doorspekt met voorbeelden en getuigenissen van experts in diverse domeinen toont ze dat de houding die de politici vaak aannemen niet overeenkomt met de werkende alternatieven die al voorhanden zijn.

Hoe kunnen we slachtoffers niet enkel kunnen verdragen en nabij zijn, maar zelfs kunnen VERDERdragen, voorbij hun slachtoffer zijn?

Lieve benadrukte dat onrecht welke aan slachtoffers wordt aangedaan heel lang kan blijven hangen en in veel gevallen voor altijd. We kunnen er best blijvend oog voor hebben en ingaan op hun specifieke noden. Veelal bestaat het helen eruit om te leren ermee te leven. Dit lukt het best met begripsvolle mensen rond jou.

Ik wil eindigen met de woorden van Lode Walgrave, emeritus hoogleraar criminologie aan de KU Leuven: herstel verwijst niet zozeer naar het bieden van (al of niet materiële ) compensatie, maar naar zorgrechtvaardigheid, waarmee medeleven, liefde, genezing en welzijn centraal komen te staan. Met weinig woorden gezegd: Er zijn tekenen van hoop! We blijven er samen in geloven, en ik draag je mee. Zingen we dit samen uit:

 

Tekenen van hoop

Als hier of daar een vrouw wordt opgericht

en zich, rechtop gekomen warmt in licht,

wordt weer een stukje schepping afgemaakt:

zij is tot haar bestemming aangeraakt.

Als ergens eens, een man tot vrede komt

en zich niet langer in de strijd vermomt,

dan weer is het de levenskracht die wint:

hij durft het aan met zachtheid, als een kind.

Als in de buurt twee mensen samengaan

en elk het aandurft niet alleen te staan,

dan wint de liefde weer van angst de strijd:

zo komen mensen tot barmhartigheid.

Als wij hier samen delen onze kracht

en leren hoe de minste wordt geacht,

dan bouwen wij weer verder aan het Rijk

en mogen daarmee zijn aan God gelijk.

T: Gea Boessenkool / M: Berre van Thielt

 

Slachtoffer in de evangelies & Jezus’ houding

De paastijd-vieringen focussen sterk op Jezus als slachtoffer van politiek en religieus geweld. Doorheen zijn leven, lijden, terechtstelling en verrijzenis krijgen we in de evangeliën een sterk voorbeeld van groeien voorbij slachtofferschap. Bovendien beloven die verhalen dat ook wij voorbij pijn, lijden en dood verrijzen kunnen.

Straks -bij het tafelgebed- zullen we met aandrang zingend bidden om net als Jezus gered te mogen worden, niet godvergeten dit leven te moeten uitzitten…want redding lijkt toch vaak een utopie, een onmogelijke belofte, in een tijd die getekend is door geweld en onrecht…(Al kunnen we ons natuurlijk de vraag stellen of er ooit een andere tijd dan deze is geweest.)

Laat ons samen een evangeliefragment van Lucas zingen. Een fragment uit het lied van Zacharias – je weet wel: de man die niet kon en durfde geloven dat hij en zijn vrouw Elisabeth op hun hoge leeftijd nog een kind zouden krijgen en die letterlijk met stomheid werd geslagen. Tot wanneer hen een zoon overkomt en kersverse vader Zacharias noteert dat ze hem Johannes moeten noemen. Een naam één en al belofte: God is genadig…. Vanaf die naamgeving kan Zacharias terug spreken en looft hij God. Een lied van hoop en vertrouwen, ook in diepe duisternis.

 

Lied : Een schoot van ontferming

Een schoot van ontferming is onze God.

Hij heeft ons gezocht en gezien

zoals de opgaande zon aan de hemel.

Hij is ons verschenen

toen wij in duisternis waren

in schaduw van dood.

Hij zal onze voeten richten

op de weg van de vrede.

 

In tegenstelling tot enkele sterke slachtofferverhalen in het eerste testament zijn de slachtoffers in de evangeliën overwegend passief en anoniem beschreven. Maar wel herkenbaar tot op vandaag:

Ze zijn melaats …en worden gemeden.Ze zitten aan de kant of aan de stadspoort …en bedelen.  Als ze al roepen, worden ze de mond gesnoerd.

Ze liggen op een draagberrie …die anderen door het dak laten zakken.

Ze wachten, …al 38 jaar (!), op in beweging komen van genezend water, 

Ze zijn overvallen …maar men loopt in een boog om hen heen

Ze zijn aanhangsel van iemand die een naam heeft, anders dan het slachtoffer zelf: de schoonmoeder van Petrus, de zoon van Timeus, het dochtertje van Jarius de synagoge-overste, de knecht van de honderdman,

We lezen weinig over wie die slachtoffers zelf zijn, over de diepe pijn van hun lijden, hun uitsluiting, hun eenzaamheid….

Om het wat oneerbiedig uit te drukken, zijn deze mensen bijna beschreven als object voor Jezus’ genezingspraktijk en passen ze op die manier in het pervers maar lang bestaand idee dat zieken en armen er zijn opdat de rijken goede werken zouden kunnen doen om hun hemel te verdienen. De hemel die slachtoffers als het ware automatisch verwerven omwille van hun arm en uitgesloten zijn…

Toch zien we bij enkele slachtoffers -of hun omgeving- iets van kracht midden hun ellende:

Ze wagen zich door een menigte.

De blinde zoon van Timeus róept wanneer hij Jezus nabij weet.

Ze vallen voor Jezus neer in volle vertrouwen,

Al dan niet op verzoek van de slachtoffers brengen anonieme begeleiders slachtoffers hoopvol tot bij Jezus : blinden, verlamden -al dan niet door het dak-, een doofstomme bezetene …

En… er is die vrouw, al 12 jaar door haar bloedvloeiingen in isolement gedwongen, die de zoom van Jezus’ kleed aanraakt.

Geven de schrijvers van het goede nieuws misschien weinig aandacht aan het slachtoffer op zich, Jezus doet dat in elk geval wél. In hem krijgt de lofzang van Zacharias en de eeuwenoude belofte van nabijheid en bevrijding concreet gestalte: Een schoot van ontferming is onze God. Hij heeft ons gezocht en gezien, zoals de opgaande zon aan de hemel. Hij is ons verschenen toen wij in duisternis waren, in schaduw van dood. Hij zal onze voeten richten op de weg van de vrede.

Jezus maakt een begin met de smeekbede van Babs Gons, de spoken-word-artieste, hij gaat hartgrondig van slachtoffers houden:

Jezus zíet hen, … en met dat bijzondere ‘zien’, die bijzondere aanwezigheid begint vaak iets nieuws.

Hij merkt de diepe wanhoop in de geringste aanraking.

Hij raakt aan wie niemand meer aanraakt.

Hij vráagt wat mensen willen, …..

Hij geneest slachtoffers… van meer dan wat zij ooit konden vermoeden, …..

Hij komt voor hen op, ….

Hij maakt hen sterk, …

 

En Jezus doet nóg meer. Hij verwerpt het maatschappelijk reinheidssysteem dat mensen tot slachtoffer máakt. Hij ontmaskert de schijnheiligheid ervan.

Hij breekt de perverse, criminele link tussen ziekte en zonde.

Hij stelt scherp dat zonde het veróorzaken van lijden is, niet het ondergaan ervan.

Bij hem is niemand Godvergeten.

 

Jezus maakt een einde aan de uitsluiting van slachtoffers en brengt hen terug in de gemeenschap… Ja, hij maakt slachtoffers tot het centrum van íeders leven…”wat ge aan de minsten van de mijnen hebt gedaan, hebt ge aan mij gedaan”.
Hartgrondig van hen houden, dat doet Jezus…dóór hem krijgen slachtoffers naam, een gezicht, een leven, een toekomst.

De cappa -cape- van Martinus, de bisschop die zijn halve mantel weggaf om een ander te beschutten werd een relikwie. De ruimte waarin de mantel bewaard werd ging in de 7de eeuw een capella, een kapel heten.

Als wij op zondag samenkomen dan is deze ruimte een cappa van veiligheid waarbinnen we ons geborgen mogen weten in een groot liefdevol mysterie. Een cappa is wat we elk slachtoffer toewensen. Een cappa is wat wij een ander kunnen aanreiken. Een cappa is wat wij geloven dat God voor ons wil zijn: een mantel om ons heen.  

 

Lied : Zo vriendelijk en veilig als het licht

Zo vriendelijk en veilig als het licht,

zoals een mantel om mij heen geslagen,

zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht,

ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen,

dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.

Wil mij behoeden en op handen dragen.

Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd

waakt over mij en over al mijn gangen.

Wie zou ik worden, waart Gij niet bereid

om, als ik val, mij telkens op te vangen.

Ik leef niet echt, als Gij niet met mij zijt.

Ik moet in lief en leed naar U verlangen.

Spreek Gij het woord dat mij vertroosting geeft,

dat mij bevrijdt en opneemt in uw vrede.

Ontsteek die vreugde die geen einde heeft,

wil alle liefde aan uw mens besteden.

Wees Gij vandaag mijn brood, zowaar Gij leeft –

Gij zijt toch zelf de ziel van mijn gebeden.

T: Huub Oosterhuis   M: Bernard Huijbers

 

TAFELDIENST

In deze dagen waarin we zo scherp geconfronteerd worden met slachtoffers van onrecht en geweld stellen we hier een teken dat spreekt van verbondenheid, van een samenleving waar ieder mens gerespecteerd wordt, van inzet voor een wereld waar niemand door geweld wordt getroffen. Ondanks alles blijven we het teken stellen van breken en delen zoals Hij het ons heeft voorgedaan. Een teken van hoop dat de zachte krachten zullen winnen.

Hier aan tafel herinneren we ons de mensen die jaren lang samen met ons gevierd hebben; onze lieve doden. Hier aan tafel willen we solidair zijn met allen die waar ook ter wereld ditzelfde visioen willen vieren.

Laten we aan tafel gaan met het tafelgebed                                                                                                           

        Gij die weet wat in mensen omgaat
        aan hoop en twijfel, drift, plezier, onzekerheid.

Gij die ons denken peilt
en ieder woord naar waarheid schat
en wat onzegbaar onmiddellijk verstaat.

Gij toetst ons hart
en gij zijt groter dan ons hart.
Op elk van ons

houdt Gij uw oog gericht.
En niemand, of hij heeft een naam bij U.
En niemand valt of hij valt in uw handen
en niemand leeft of hij leeft naar U toe.

Maar nooit heeft iemand U gezien.
In dit heelal zijt Gij onhoorbaar.
En diep in de aarde klinkt uw stem niet.
En ook uit de hoogte niet.

En niemand die de dood is ingegaan
keerde ooit terug om ons van U te groeten.

Aan U zijn wij gehecht. Naar U genoemd.
Gij alleen weet wat dat betekent. Wij niet.
Wij gaan de wereld door met dichte ogen.

Maar soms herinneren wij ons een naam, een oud verhaal
 dat ons is doorverteld,over een mens die vol was van uw kracht,
Jezus van Nazareth, een Jodenman.
In hem zou uw genade zijn verschenen,
uw mildheid en uw trouw.

In hem zou voorgoed
aan het licht gekomen zijn hoe Gij bestaat:
weerloos en zelveloos, dienaar van mensen.

Hij was zoals wij zouden willen zijn:
een mens van God, een vriend, een licht, een herder,
die niet te eigen bate heeft geleefd
en niet vergeefs, onvruchtbaar is gestorven.

Die in de laatste nacht dat hij nog leefde
het brood gebroken heeft en uitgedeeld
en heeft gezegd:

Neemt, eet, dit is mijn lichaam –
zo zult gij doen tot mijn gedachtenis.

Toen nam hij ook de beker en zei:
Dit is het nieuw verbond,
dit is mijn bloed,
dat wordt vergoten
tot vergeving van uw zonden.
Als je uit deze beker drinkt,
denk dan aan mij.

Tot zijn gedachtenis nemen wij daarom
dit brood en breken het voor elkaar,
om goed te weten wat ons te wachten staat
als wij leven hem achterna. 

Als Gij hem hebt gered van de dood, God,
als hij, dood en begraven, toch leeft bij U,
red dan ook ons en houd ons in leven,
haal ook ons door de dood heen, nu.
En maak ons nieuw, want waarom hij wel,
en waarom wij niet – wij zijn toch ook mensen.

T: Huub Oosterhuis   M: Bernard Huijbers

Onze Vader

Vredeswens                                                                                                                         

Laten we geen vrede nemen met de toestand zoals hij is: met de vele vormen van onrecht, discriminatie en geweld die zoveel slachtoffers maken.

Laten we vrede vinden in de keuzes die we maken, groot en klein, in de stappen die we zetten om onszelf en anderen tot hun recht te laten komen. Mogen we de vreugde van solidariteit proeven als voorsmaak van het Koninkrijk Gods. Geven we elkaar een teken van vrede.

Communie   

 

ZENDING                                                                                                              

Wij moeten gaan. We verlaten straks deze kapel, deze beschutting, maar voelen ons niet verlaten.
Moge elk slachtoffer de zegen van Gods beschermende cappa ervaren.
Moge die als een mantel van liefde en vrede op ons allen rusten, ons beschermen en sterk maken om nabij te blijven en voorbij slachtofferschap te leven en te kijken.
Moge Gods zegen de hoop versterken dat er léven is.