Dominicus Gent
Viering van zondag 23 juli 2017
Sabbat – zondag – rustdag…
Welkom in het Gents
Goedemorgen en welkom iedereen op deze viering, op de laatste zondag van de ‘Gentse Feesten‘.
Ik ben Frank, en Annemie en Paule hebben mij gevraagd om jullie hier vandaag te verwelkomen.
Samen met Annemie ben ik vrijwilliger in de Zuidpoort en probeer ik daar op mijn manier een bijdrage te leveren in de strijd tegen armoede.
Als rasechte Genteneire ben ik fier op mijn stad en zijn toale.
Gent is een hele week lang een plaats waar iedereen welkom is om te fiesten.
Een stad waar een mengeling van kleur, cultuur, plezier en ontmoeting hoogtij viert en iedereens gelijke is. Dus EEN groot volksfeest.
Annemie en Paule willen de gelegenheid niet laten voorbijgaan om iets van deze jaarlijkse gebeurtenis ook in jullie viering te laten doorschemeren.
Bij een feest horen kaarsen, zo ook bij deze viering.
Laat ons daarom eerst de Paaskaars aansteken als symbool van ‘Zijn Licht‘, ‘Zijn Aanwezigheid‘ in ons samenzijn nu hier.
Dit is een huis waar de deur openstaat
waar zoekers en zieners,
genood of gekomen,
hun harten verwarmen,
van toekomst gaan dromen,
waarin wat hen drijft tot herkenning gaat komen
de vonk van de Geest in hun binnenste slaat.
Evangelie : Marcus 2 : 23 – 28, vertaald in het Gents door Jan De Vuyst
Eens ging Jezus op de sabbat door een korenveld en zijn leerlingen begonnen onder het gaan aren te plukken. De Farizeeën zeiden tot Hem: “Waarom doen ze op sabbat iets wat niet geoorloofd is?” Hij gaf hun ten antwoord: “Hebt gij nooit gelezen wat David deed, toen hij gebrek had en hij en zijn metgezellen honger kregen? Hoe hij onder de hogepriester Abjatar het huis van God binnenging en van de toonbroden at, die alleen de priesters mogen eten, en hoe hij er ook van gaf aan zijn metgezellen?” En Hij voegde eraan toe: “De sabbat is gemaakt om de mens maar niet de mens om de sabbat. De Mensenzoon is dus Heer, ook van de sabbat.”
Overweging: Joodse en christelijke sabbat
Het vierde gebod uit de 10 geboden spreekt over de sabbat. Het was de opdracht van God om op de sabbatdag een rustdag te houden.
Voor gelovige joden is dit nog steeds belangrijk. De sabbat is de 7de dag van de joodse week. Het is een algemene rustdag waarop het werk wordt gestaakt en de joden uitrusten van alle dagelijkse bezigheden. Ze begint op vrijdagavond bij zonsondergang en eindigt op zaterdagavond bij het intreden van de duisternis.
In de joodse traditie wordt sabbat voorbereid door de vrouw van het huis. Zij bakt het sabbatbrood (challes), bereidt een feestelijk maaltijd, dekt de tafel en steekt de twee kaarsen van de sabbatskandelaar aan. Het hoofd van het gezin leidt vervolgens de sabbat in, hij zegent de wijn, wast de handen en breekt het brood. Hierna kan de feestmaaltijd beginnen. Na de maaltijd bezoekt men de synagoge, waar de sabbat als een bruid wordt verwelkomd.
’s Zaterdagochtend wordt de synagoge opnieuw bezocht en de rest van de tijd is er om te leren, te lezen en te ontspannen. De sabbat is de dag waarop de joden stilstaan bij het scheppingswerk.
Tegelijkertijd kijken ze verwachtingsvol uit naar de definitieve voltooiing van de schepping in het enige Messiaanse wereldrijk. De betekenis van de sabbat zou je kunnen samenvatten met het woord SJALOOM, wat staat voor volheid, harmonie, vrede en rust.
Voor de christelijke gemeenschap is er een verschuiving gekomen naar de zondagsrust. Van de Nieuw-Testamentische gemeenschappen weten we dat ze ‘elke dag‘ samenkwamen om God te dienen, en dus zeker niet alleen op zaterdag.
Maar als er toch een dag in de week moet zijn waarop christenen bij voorkeur elkaar zouden ontmoeten, dan moet het wel de opstandingsdag van Jezus geweest zijn, dat is de 1ste dag van de week (dus zondag). We lezen in de Handelingen : ‘En op de 1ste dag van de week, toen de discipelen bijeengekomen waren om brood te breken, sprak Paulus hen toe.’ Of we nu op zaterdag of op zondag rustdag nemen doet er in feite niet toe. De eigenlijke betekenis van sabbat is dat God zorgt voor de mensen en hen rust gunde. Zo zegt Jezus ook in Marcus 2 dat de mens er niet is ter wille van de sabbat maar de sabbat ter wille van de mens.
Als Jezus met de discipelen door een veld met tarwe loopt, gaat het niet over het voorzien in het dagelijks onderhoud. Hier is dus geen sprake van werk voor het dagelijks brood. Jezus gaat zelfs nog een stap verder als Hij zich verantwoordt met de geschiedenis van David die van de ‘toonbroden‘ eet.
Nood breekt hier wet. Stel je voor dat het sabbatsgebod hier strikt zou zijn gehandhaafd. Dit zou de dood betekent hebben van David en zijn mannen.
De sabbat is er ter wille van de mens en niet omgekeerd. Jezus weet als geen ander dit gebod naar waarde te schatten en toe te passen in het kader van de zorg van God voor zijn volk.
De sabbat geeft ons maar voor een korte tijd rust maar Jezus geeft voor altijd rust. Hij is de volmaakte sabbat waarin we eeuwige rust en vrede ontvangen.
Moge de Geest van God in ons blijven om dit te blijven geloven en door te gaan.
Overweging: zondag, een handpalm naar het licht…
Een kleedje bestellen, gepaste schoenen erbij… een druk op de toets, en Zalando of Bol.com ontvangen je order op gelijk welke dag of tijdstip. Levering binnen 24 uren. Niet goed, gratis retour.
Koopzondagen, hoog- of laagdag, altijd is er wel een winkel open, zijn meer en meer mensen verplicht om op zondag te werken, opdat onze behoeften onmiddellijk kunnen ingevuld worden. We leven in een 24-uur- economie.
Wanneer is er tijd voor rust, pauze in ons hectisch levensritme ? Hebben we daar nood aan ?
De Joden hebben de Sabbat, in onze westerse beschaving is de zondag, een dag van rust en een dag des Heren ingevoerd.
In de bijbel is er steeds na een intense activiteit een periode van rust. God schiep de wereld en rustte de 7de dag. Israelieten bewerkten hun land gedurende 7 jaar om vervolgens het land een jaar braak te laten liggen. Zo werd de aarde niet uitgeput door gewassen voort te brengen. Wij putten de schepping uit omdat we onze drang naar consumptie niet meer onder controle hebben. Onze indrustrie, winstbejag en ijver vermoordt die rijkdom aan aardse schatten.
Paus Franciscus haalde aan dat we ‘nooit eerder ons gezamenlijk huis zo hebben mishandeld en gewond als de laatste twee eeuwen. Wegwerpindustrie, biodiversiteit, waterproblematiek, olie- en gasvoorraden die slinken. Deze problemen van overconsumptie zijn ons allen bekend.
Maar de mensen kunnen niet zo goed meer omgaan met die dag rust. Er wordt doorgewerkt, sommigen gaan zich afmatten door intense sportbeleving of er wordt gefeest tot het morgendgloren met behulp van ectasy of andere verdovende en oppeppende middelen.
We hebben niet alleen fysieke rust nodig maar ook afstappen van de slavernij die de sleur in ons leven brengt en geestelijke ontspanning zijn broodnodig. We moeten ons kunnen ontspannen zodat we een nieuw zicht krijgen op onszelf en op God. Sommigen beroepen moeten wel werken op zondag en hebben dan rust in de week. Maar de rust om in gemeenschap zich naar binnen te keren en zich naar God te richten is in de week toch niet hetzelfde. Op zondag krijgen we kans om in gemeenschap stil te staan, te mediteren, te bidden en te luisteren naar het Woord van God en naar het woord van anderen. Dit kan ik hier in de Dominicusgemeenschap beleven. Het roept bij mij altijd emoties op van verbondenheid, vreugde van de samenzang en het zoeken naar een diepere betekenis van het Woord en het breken van het brood.
Het gedicht van Ida Gerhardt verwoordt voor mij het gevoel van een zondag.
Zondag
Het licht begint te wandelen door het huis
en raakt de dingen aan.
Wij eten
ons vroege brood gedoopt in de zon.
Je hebt het witte kleed gespreid
en grassen in een glas gezet.
Dit is de dag waarop de arbeid rust.
De handpalm is geopend naar het licht.
Mijn kinderen zijn niet religieus maar elke zondagmiddag komen ze eten. Zelfs wanneer wij afwezig zijn zetten ze die gewoonte verder. Elk voorziet dan een deel van de maaltijd. Dit geeft mij altijd een goed gevoel want Jezus zei toch : Waar twee of meer in mijn naam bijeen zijn, daar ben ik in hun midden. Aan tafel is er tijd om bij te praten, om zaken te plannen en bij te leggen. Ondanks de drukte van een groeiend gezin met schoon- en kleinkinderen is dit voor ons een godsgeschenk, een zondagsrust binnen de familie.
De kinderen wandelen door het huis, raken dingen aan en wij eten op een tafel waar een kleed is gespreid. De glazen zijn gevuld. De arbeid is ver weg en ik voel dan mijn handpalmen geopend naar het licht.
Inleiding tot het tafelgebed
Tafelen is meestal een moment om op adem te komen, van eten en drinken maar ook van even stilvallen bij onze innerlijke mens en die van onze tafelgenoten.
Hij die er niet meer is, die mens die wij in herinnering brengen, die onze volmaakte sabbat is waarvan we eeuwige rust en vrede ontvangen, helpe ons hierbij.
Wij delen het brood en de wijn, en we zingen zijn gebed voor rust en bescherming. En meer dan woorden kunnen, dragen deze gebaren ons en geven ze ons de rust en vrede waarop we roepen.
Laten we bij dit tafelgebed ook verbonden zijn bij al wie, waar ook ter wereld, hun weg naar vrede zoeken en willen gaan.
Steken we de kleine kaarsjes aan in de schaal om ons ook te verbinden met onze lieve doden.
Tafelgebed
Jezus Mensenzoon
Die onze weg is naar het leven,
Nam de laatste avond
Dat hij met zijn vrienden samen was
Wat brood,
Liet het in zijn handen rusten
En koesterde het met een eerbiedig zwijgen .
Hij dankte God ervoor
En brak het toen om te verdelen :
Neem allen een stuk, zei Hij , en eet maar.
In dit gebaar kom ik naar jullie
Want voedsel moet gemeenschap sluiten
Van Lichaam en Ziel
Van Lichaam en Bloed
Neem en eet, dit is mijn Lichaam.
Toen nam Hij een beker met wijn
En liet hem rondgaan
Want hun dorst naar diepe verbondenheid was groot
Drink hieruit zei Hij
Deze wijn moet liefde worden
Verwantschap uit hetzelfde bloed
Dit is Mijn Bloed.
Dan is het stil geworden
Als bij een afscheid dat er geen is
De tekens hadden nieuwe hoop gewekt
We leven niet naar een verre toekomst
We leven naar de meest nabije mensen,
Geef jezelf als voedsel,
Geef het voedsel als jezelf
Dan wordt lijden omgevormd tot verrijzenis.
Onze Vader
Vredeswens
Geef mekaar n’een dikke pol of n’ een klop op iemand zijnen schauwer, of n’ een toes om te tunen da me mekoar geerne zien en dat me mekaar den duvel nie goan aandoen.