Pasen 2015

Dominicus Gent

PAASVIERING

zondag, 5 april 2015

 

Bijzonder welkom op deze paasviering die tegelijk ook een Dominicus-Deluxe familieviering is. Mag ik dan ook speciaal de kinderen en de jongeren welkom heten.

En ook u allen die hier op deze hoogdag mee komt vieren
het paasverhaal dat ons beslissend aanzegt dat het leven kan kantelen
van dood naar leven, van donker naar licht.

Er zijn zo van die beslissende momenten in het leven
waar we de horizon van ons bestaan zo ver mogelijk uitrekken
om te vinden waartoe dit leven bestaat.

In een eerste blik vinden we vinden onszelf
als nietige mensen in het machtig achtergronddecor
van de grote aarde, van de natuur en van de geschiedenis, van de schepping.
Ergens op een blind doordraaiende aarde met eb en vloed,
winter en zomer, donker en licht, dag en nacht.
Een oneindige reeks van dode natuurkrachten etsen dit aardse bestaan
waarin wij mensen een hechtplaats moeten vinden om te leven
en waarin de dood schijnbaar het overwicht haalt.

Ons leven is gedreven door een diep verlangen
een antwoord wil geven aan de dood.
Daartoe schrijven wij aan elkaar verhalen
waarin het antwoord zit.

Wij vieren vandaag
dat tegenverhaal
dat als we elkaar werkelijk in ons hart dragen,
dat als we elkaar concrete liefde betonen,
dat de dood daarbij verbleekt,
en dat we ons als vanzelf opgetrokken weten
tot mensen die belangrijk zijn en onvervangbaar.

Als het licht en het donker wordt in ons bestaan omwille van een ander,
dan is het donker doordringend en zwarter dan de donkerste nacht
maar als dan de morgen aanbreekt
dan is dit licht, onstuitbaar, niet te doven, een afstraling van het mysterie
dat ons van verre verbindt met elkaar en met deze wereld.

Zingen wij over dit licht met het openingslied, evenwel met een pauze na de 1e strofe. Ik wil de kinderen dan uitnodigen om op hun manier dit lied te ondersteunen door de tafel te versieren met lichtjes en bloemen…

Openingslied: Licht ontloken aan het donker…

Lezing 1 Kor. 15, 1 – 11

Broeders en zusters, ik herinner u aan het evangelie dat ik u verkondigd heb, dat u ook hebt aangenomen, dat uw fundament is en uw redding, als u tenminste vasthoudt aan de boodschap die ik u verkondigd heb. Anders bent u tevergeefs tot geloof gekomen.

Het belangrijkste dat ik u heb doorgegeven, heb ik op mijn beurt ook weer ontvangen: dat Christus voor onze zonden is gestorven, zoals in de Schriften staat, dat hij is begraven en op de derde dag is opgewekt, zoals in de Schriften staat, en dat hij is verschenen aan Kefas en vervolgens aan de twaalf leerlingen. Daarna is hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders en zusters tegelijk, van wie er enkelen gestorven zijn, maar de meesten nu nog leven. Vervolgens is hij aan Jakobus verschenen en daarna aan alle apostelen. Pas op het laatst is hij ook aan mij verschenen, aan het misbaksel dat ik was. Want ik ben de minste van de apostelen, ik ben de naam apostel niet waard omdat ik Gods gemeente heb vervolgd. Alleen dankzij zijn genade ben ik wat ik ben. En zijn genade is bij mij niet zonder uitwerking gebleven. Integendeel, ik heb harder gezwoegd dan alle andere apostelen, niet op eigen kracht maar dankzij Gods genade. Hoe dan ook, of zij het nu zijn of ik, wij verkondigen allemaal dezelfde boodschap, en door die boodschap bent u tot geloof gekomen.

Lied: Openbaring

Overweging : Paaservaring: bekering tot de weg van Jezus

Paulus bracht ons een oud getuigenis over opwekking en verschijning van Jezus. In de oorspronkelijke Griekse tekst staat er: ‘hij liet zich zien’, ‘hij toonde zich’.
Ons geloof dat het verhaal van Jezus van Nazareth het verhaal van een Levende is, steunt op de overtuiging van de traditie: hij is na zijn dood opgewekt, ‘opgestaan, verrezen’. Dat is niet het geloof in een dode die na twee nachten in een graf weer levend werd. Zelfs is onzeker of Jezus begraven werd; doorgaans werden terechtgestelden in een massagraf gedumpt.
Voor wat Jezus’ volgelingen is overkomen in de dagen, weken, maanden, jaren na zijn terechtstelling zoeken zij woorden. Het laatste wat mensen moeten doen als ze met overweldigende ervaringen (rouw, vreugde, lichamelijkheid, liefde) te maken krijgen is erover zwijgen. Zij vinden voorstellingen en begrippen die afkomstig zijn uit hun wereld- en mensbeeld en uit hun joodse religieuze context. Het lege graf en de verschijningen zijn symbooltaal die uitdrukt wat Jezus voor hen betekent.

Ons geloof ontspringt aan het geloof van die eerste leerlingen. Zoals Paulus, hebben ook wij ontvangen wat wij doorgeven: het geloof in Jezus als Ikoon van het goddelijke en Ikoon van een mens die zijn leven volkomen aan God toevertrouwt. Hun Paaservaring – wat zij ‘verrijzenis’ noemen -, is de bron van ons geloof.
Maar kunnen wij ervaren, wat zij ervaren hebben?
Levend in een andere wereld waren hun ervaringen anders dan de onze en ze drukten zich anders uit. Maar onze gemeenschappelijke menselijkheid waarborgt dat hun en ons kritisch geloof op gelijkaardige ervaringen steunt. Ook voor ons geldt dat we niet moeten zwijgen over wat ons ten diepste raakt en bezielt.

De Paaservaring van Jezus’ leerlingen is tweeledig. Het zijn (1) de steeds weer herinnerde en doorvertelde verhalen over zijn leven, én, (2) daarop steunend, hun ervaring dat hij na zijn dood op een nieuwe en andere wijze aanwezig was.
Hun herinneringen, verrijkt met hun geloof, vinden wij in de evangelies en in het Nieuwe Testament.
Hoe een kleine groep vrouwen en mannen, rondtrokken met die profeet Jezus; een profetische beweging van Galileeërs in een bezet land, onderdrukt en uitgebuit door eigen en vreemde heersers. Zij geloofden in zijn boodschap, maakten mee hoe hij genezend en bevrijdend omging met mensen, alle mensen. Hij was vol van de kracht van Gods Geest. Schoorvoetend volgden zij hem naar Jeruzalem, waar hij bejubeld door pelgrims als profeet / koning, rijdend op een ezel, binnentrok. Zijn openlijke strijd tegen de tempel, het religieuze establishment, en de zalving door een vrouw werden hem fataal. Een verrader in eigen rangen zorgde dat hij tussen de honderdduizend pelgrims in de stad werd herkend en aangehouden. Vonnis en terechtstelling, de dood aan de folterpaal, volgden onmiddellijk. Alle leerlingen vluchtten. Enkele vrouwen kijken toe van ver.
Het boegbeeld gedood, de beweging onthoofd, uiteengeslagen.

Welke emoties overvallen mensen als een beloftevolle, jonge mens te vroeg en onrechtvaardig om het leven komt?
Boosheid en pijnlijk verdriet. En pas nu hij weg is, snapten zijn leerlingen hoeveel hij als mens betekende, pas dan beseften zij hoe present hij was, hoe diep zij in liefde met hem verbonden waren, en hoe, ook dood, die aanwezigheid en verbondenheid gebleven zijn.
Dankbaarheid omdat zij dicht bij hem stonden, zijn vertrouwen genoten. En daaraan gekoppeld schaamte en schuldgevoel omdat ze tekortschoten, hem slechts volgden omdat hij voorging, kleingelovig bleven (zoals hij zegde); en omdat ze – ook al konden ze niets doen tegen hogepriester en landvoogd – op het cruciale moment laf waren geweest.

Was dit het einde van hun geloof in een reddende en bevrijdende God?

Enkele vrouwen rapen hun moed bijeen en gaan zijn lichaam zoeken. Ze vinden het niet. Simon, de Galileese visser, Kefas, hij, de Rots, (Petrus), huilend als een kind, kapot van schuldgevoelens omdat hij beweerd had zijn geliefde meester niet te kennen, is een van de eersten die tot bezinning komt. Tot bekering. Tot het inzicht dat Jezus’ weg van liefde, verzoening en gemeenschap de enig mogelijke was, én, is; ja, dé weg is om als mens te leven; overgave aan God door zich helemaal aan de mensen te geven. Die bekering is Petrus’ paaservaring. Daar begint de jubel van het alleluia.
Anderen volgen. Hun herinnering aan de levende Jezus is nu verbonden met de betekenis van zijn kruisdood. In beide zien zij Gods werk. Jezus krijgt namen ‘boven alle namen’. En zij komen weer samen, zij bidden, zij doen wat hij heeft voorgedaan. Dat zal hen loswrikken van hun joodse geloof.

Ook ons Paasgeloof bevat die twee elementen: geraakt worden door Jezus’ boodschap en leven, en, ons bekeren tot zijn levensweg. Dat is onze opstanding tot het volle leven. Alleluia.
Zo moge het zijn.

Lied: Openbaring

Overweging: Vrouwen, en al wie hem liefheeft, hebben Jezus over de dood getild…

Dani verwees in zijn overdenking reeds naar het legegrafverhaal dat ons allemaal beter bekend is.
Ik vertaal dit verhaal voor mezelf graag zo: dat de vrouwen Jezus over de dood heen hebben gedragen. Zij waren het die uiteindelijk aanwezig bleven toen Jezus de laatste uren beleefde en zijn leven gaf. Hun aanwezigheid bij dat kruis op de moeilijkste momenten van zijn lijden heeft hem wellicht geholpen om zich aan het leven te kunnen overgeven, ook al ging hij dood. Ook al leden Maria en Maria Magdalena onder het loden gewicht van zijn dood – zo zwaar als het gewicht van een grafsteen – toch dragen zij zijn aanwezigheid verder terug het concrete leven in, het leven zoals het zich afspeelt bij de minsten, bij de meest kwetsbaren, in Galilea. En in hun kielzog gaan de Jezus in de steek latende leerlingen terug mee.

Jezus is verrezen in de vrouwen en in al diegenen die hem gevolgd waren, in al diegenen voor wie Jezus een deel van hun leven was geworden.

Al diegenen die iemand hebben liefgehad, kunnen – denk ik – volgende ervaring beamen: hoe een aanwezigheid niet meer samenvalt met de lichamelijke aanwezigheid. Iemand met wie je jarenlang lief en leed hebt gedeeld, is ook deel gaan uitmaken van de binnenkant. Iemand die je liefhebt is als het ware ingetreden in en onder de huid. Leeft in het hart van de ander. Zijn kracht, zijn adem wordt deel van de ander als die heldere openbarstende morgenster uit het lied dat we net zongen. Wij doen altijd maar alsof wij ieder afgegrensde personen zijn, maar als tussen mensen verbondenheid is gegroeid, dan ervaren wij dat anders.

Dit is geen ervaring uitsluitend voor geliefden. Zij die stem zijn voor hen die monddood zijn gemaakt, ervaren die gekwetste mensen eens zo sterk onder de huid en in hun hart.

Het uitzonderlijke van deze paasboodschap komt voort uit het bijzondere van Jezus’ persoon. In hem heeft het allesomvattende, levengevende mysterie achter de schepping op een weergaloze wijze een gelaat gekregen. Hij belichaamt een werkelijkheid die achter welke vorm van dood terug als een vuur zal aanwakkeren.

Drukken wij dit alles nog eens uit zoals het past op deze paasmorgen: in een geloofsbelijdenis zoals Sytze de Vries die opschreef.

Inbreng gemeenschap: een Paaservaring die je met anderen wil delen?

Inleiding op de tafeldienst

Laten we aan tafel gaan.
Brood en wijn delen, het voedsel dat ons verbindt met elkaar en met Hem die ons vroeg dit te doen om zijn gedachtenis levend te houden. Jezus van Nazareth, met wie wij vandaag zijn bevrijd uit een leven dat geketend was aan de dood. Opgestaan uit levensangst, uit de vrees om lief te hebben en goed te zijn, uit de schrik ons te bekeren tot de weg die Hij is gegaan.
Vandaag, meer dan ooit, weten wij ons verbonden met allen die ons in vele eeuwen zijn voorgegaan aan de tafel van onze Heer, Jezus, de door God Gezalfde; verbonden met al onze geliefde doden die ooit met ons aan deze tafel zaten. Om hen te gedenken steken we kaarsen aan.

En vandaag weten we ons bijzonder verbonden met alle christenen die Jezus’ Opstanding vieren, onze Broeder, onze Vriend. We zijn verenigd in gebed met alle christenen die verjaagd zijn uit hun huizen en als vluchtelingen ronddolen, van wie de kerken in brand zijn gestoken, van wie de naasten werden gedood. We bidden samen met alle vrouwen en mannen die vandaag aan alle tafels ter wereld brood en wijn delen, we bidden voor hun voorgangers en hun gemeenschappen, opdat wij ondanks onze verschillen met allen één mogen zijn.
En bidden we voor onze vijanden: zij die brandstichten, moorden, verkrachten, uitbuiten. ‘Zij weten niet wat ze doen’. Dat hun gedrag ons niet kleingelovig maakt, niet bang. Dat wij blijven geloven in verzoening, gerechtigheid en vrede.

En zingen wij nu het tafelgebed: Gezegend Eeuwige, gij reddende God…

Onze Vader

Vredeswens

Pasen
is opstaan
en een nieuw lied zingen
nog enkel over de toekomst, is geloven dat het kan: de dood achter je laten en leven smaken in zuur, zout en zoet!
Laten we dan elkaar van harte die vrede van Pasen toewensen!

Communie
(Muziek : Sinfonia en openingskoor van cantate « Christ lag in Todes Banden » BWV 4)

Slotlied: Kom in mijn klein bestaan…

*

foto: fresco kerkje Cantabrië (G.Vanhercke)