Levengevende barmhartigheid (2)

Dominicus Gent

Viering van zondag 03 februari 2019

Levengevende barmhartigheid 

 

 

Van harte welkom op deze eerste zondag van de maand februari. Terwijl het weer zich van zijn guurste kant laat zien en het wereldklimaat zich ook op andere terreinen kil en soms meedogenloos toont,  wijden wij een tweede viering aan het thema  diaconie en barmhartigheid. Vormen van mens-zijn en menselijk handelen die warmte binnenbrengen, voor de ontvanger en de schenker.  Wij maken hier ruimte om samen te denken  en spreken over wat mens zijn ten diepste betekent en hoe zich dat verhoudt tot ons beeld van God.  We steken de Paaskaars aan.

 

Evangelie: Lucas 7, 36-50

Een van de farizeeën vroeg Hem eens bij zich te eten. Hij trad het huis van de farizeeër binnen en ging aanliggen. 37Een vrouw nu die in de stad als een zondares bekend stond, was te weten gekomen, dat Jezus in het huis van de farizeeër te gast was. Zij nam een albasten vaasje met balsem mee 38en ging schreiend achter Hem, bij zijn voeten, staan. Haar tranen maakten zijn voeten nat, die ze met haar hoofdhaar afdroogde. Zij kuste ze keer op keer en zalfde ze met de balsem. 39Toen de farizeeër die Hem uitgenodigd had dit zag, zei hij bij zichzelf: ‘Als dit een profeet was zou Hij weten wie en wat voor een vrouw het is die Hem aanraakt; het is immers een zondares.’ 40Jezus gaf hem ten antwoord: ‘Simon, Ik heb u iets te zeggen,’ waarop deze zei: ‘Zeg het, Meester.’ 41‘Een geldschieter had twee schuldenaars, de een was hem vijfhonderd, de ander vijftig denariën schuldig.42Omdat zij die niet konden teruggeven, schold hij ze aan allebei kwijt. Wie van hen zal nu het meest van hem houden?’ 43‘Ik veronderstel,’ antwoordde Simon, ‘diegene aan wie hij het meeste heeft kwijtgescholden.’ Jezus zei tot hem: ‘Uw oordeel is juist.’ 44Daarop keerde Hij zich tot de vrouw en zei tot Simon: ‘Ge ziet die vrouw daar? Ik kwam uw huis binnen; gij hebt niet eens water over mijn voeten gegoten, maar mijn voeten zijn nat geworden door haar tranen en zij heeft ze met haar haren afgedroogd. 45Gij hebt Mij niet eens een kus gegeven, maar zij hield, sinds Ik binnenkwam, niet op mijn voeten te kussen. 46Gij hebt mijn hoofd niet met olie gezalfd, maar zij heeft mijn voeten gezalfd met balsem. 47Daarom zeg Ik u: haar zonden zijn haar vergeven, al waren ze vele, want zij heeft veel liefde betoond. Aan wie weinig wordt vergeven, hij betoont weinig liefde.’ 48Daarop sprak Hij tot haar: ‘Uw zonden zijn vergeven.’ 49De medeaanliggenden vroegen zich af: ‘Wie is deze man, die zelfs zonden vergeeft?’ 50Jezus zei tot de vrouw: ‘Uw geloof heeft u gered: ga in vrede.’

 

Overweging over evangelie

We hebben gekozen om met dit evangeliefragment de viering te beginnen omdat het verhaal zoveel zegt over barmhartigheid. Wat hier gebeurt, raakt mij diep. Om te beginnen: deze vrouw, deze prostituee. Wat een hoop, wat een verlangen naar erkenning drijft haar om te durven binnenkomen in dit huis vol mannen. Zij weet maar al te goed hoe mannen haar zien, hoe mannen haar gebruiken. Maar niets houdt haar tegen om die andere man te zien, waarover ze zoveel gehoord heeft. In zijn ogen wil ze zichzelf anders zien, erkend als mens, hersteld als mens, geliefkoosd als mens, niet meer gebruikt.
En Jezus begrijpt dat, ziet dat haar tranen een heel leven van vernedering, uitsluiting, misschien zelfs misbruik verbergen. Want prostituee word je niet zomaar. Wat is er niet allemaal gebeurd in dat leven van haar. En hij blijft zitten en blijft luisteren. Ik zou allang, gegeneerd, met die vrouw naar buiten zijn gegaan, weg van al die ogen. Jezus niet. Hij blijft zitten, blijft luisteren, geeft haar de volledige ruimte die zij vraagt. Haar verdriet is te groot, het luisteren moet ook groot zijn. Zelfs dat zij geen andere dankbaarheid heeft dan wat ze heel haar leven als publieke vrouw heeft gedaan, begrijpt hij. Hij laat haar zijn voeten masseren, hij laat haar dat parfum, hij laat haar de tranen afdrogen met haar haar. Ik kan het mij voorstellen hoe de mannen die toekijken daarop moeten gereageerd hebben: zij zullen er openlijke erotiek in gezien hebben, er zal geroezemoes zijn ontstaan, opgewonden blikken misschien. Maar Jezus blijft zitten en alle aandacht geven aan die vrouw. Tot Simon de farizeeër, die zich als gastheer waarschijnlijk verantwoordelijk voelde, zich gedwongen voelt om Jezus daarop aan te spreken.
En dan, even wonderlijk als zijn luisteren: Jezus neemt het op voor haar, op een manier die heel duidelijk is. Hij doet dat niet halfslachtig, met excuses of zo. Nee, hoe hij haar verdedigt is zelfs agressief te noemen. Doorbreekt in elk geval de schone schijn, de hypocrisie. Wat een innerlijke vrijheid heeft die man Jezus…

Wat leer ik uit dit geweldige verhaal over barmhartigheid? Ten eerste dat barmhartigheid ontstaat door echt te willen zien. Door je echt te laten raken. Wat diep in mensen omgaat is vaak zo kwetsbaar, dat je echt goed moet willen kijken om ook echt te zien wat de diepe pijn is. Los van etiketten, vooroordelen, allerlei bezwaren. Zelfs dit evangelieverhaal kijkt nog door een mannenbril en noemt de vrouw een zondares, en spreekt niet over al die mannen die haar hebben gebruikt, niet alleen in haar leven, maar zelfs daar op dit eigenste moment… 
Ten tweede leer ik dat barmhartigheid meer kan zijn dan zomaar een vriendelijke daad, hoe belangrijk ik vriendelijkheid ook vind. Wat we hier zien is de barmhartigheid van wat de Beweging voor mensen met laag inkomen en kinderen een medestander noemt. Iemand die mee vecht, mee steunt, mee blijft staan. Tegen het onrecht, tegen de uitbuiting, tegen de ontmenselijking. Wat Jezus daar doet, door zo publiek haar de ruimte te geven, is een aanklacht. Een publieke aanklacht tegen het onrecht dat mensen zoals zij wordt aangedaan. En die mannen rond haar hebben die aanklacht wel degelijk gevoeld…
Ten derde leer ik hoezeer barmhartigheid lichamelijk is. Heel het evangelie is lichamelijk, ik weet het, het gaat om menswording, in de meest letterlijke betekenis van het woord. Elke keer weer opnieuw geboren mogen worden, na de vele vormen van ontmenselijking die mensen kunnen ontmoeten. En om geboren te kunnen worden, moet er iemand meehelpen. Moet er iemand baarmoeder zijn. U weet dat in het woord erbarmen het woord baren zit. Iemand moet een ander mens helpen leven te krijgen. Dat is barmhartigheid: echt zien, bewogen worden en erbij gaan staan…

 

Barmhartigheid voor ons

Barmhartigheid is niet alleen iets dat we aan anderen betonen,  maar ook iets wat aan ons betoond wordt, telkens opnieuw.  Zonder die barmhartigheid is er geen leven, zijn we ten dode opgeschreven: letterlijk en figuurlijk.  De zaligspreking geeft die natuurlijk wetmatigheid in al haar wederkerigheid  goed weer. 

Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden. 5 Gelukkig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten. 6 Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. 7 Gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden.

Het verwoordt een belofte, maar wellicht meer dan dat een inzicht in de aard der dingen, hoe het een het ander genereert. Hoe mededogen cynisme doorbreekt. 

Mede vanuit dat besef en de eigen ervaring als ontvanger van barmhartigheid komt een respons op het appel van een ander die ons raakt op heel natuurlijke wijze. We herkennen in die nood onze eigen nood. Dan kunnen we delen van de overvloed die ons te beurt valt en daar iets van doorgeven, het leven zelf.  En het bijzondere is dat je niets verliest door het uit te delen maar er integendeel zelf rijker van wordt; bij het delen van het brood, blijkt er plots brood, leven in overvloed. [Helemaal anders wordt het natuurlijk als dit een plan wordt, uitgevoerd om het eigen aureool op te poetsen, bron van trots en eigen waarde]. 

Je herinnert je misschien de film Pay it forward met Helen Hunt.  De twaalfjarige zoon krijgt op school in de lessen sociale opvoeding de opdracht om   een plan op te zetten en uit te voeren dat van de wereld een betere plek zal maken.  Hij  bedenkt een plan waarin een netwerk van goede daden, zeg maar, exponentieel toeneemt. Wie zo’n daad ervaart heeft de opdracht om  aan drie andere mensen op zijn of haar beurt een dienst te bewijzen. Iets dat inspeelt op een nood die ze niet zelf  eigenhandig kunnen lenigen. Het wordt een leuk verhaal van creatieve plannen en onverwachte wendingen natuurlijk met een happy end.     Barmhartigheid ontvangen doet iets: het kleurt de omgeving en het roept op om het zelf aan anderen te betonen: pay it forward is besmettelijk.

‘Pay it forward’ is de naam van het principe waarbij de begunstigde  van een goede daad zich omdraait en niet iets terug doet voor de schenker, maar juist aan iemand anders. Een jonge mens die onderwijs genoot en op zijn beurt de kennis doorgeeft. Die beperkte inspanning rendeert: de vijf broden worden manden vol.

Zich rechtstreeks laten aanspreken door het gelaat van een ander, de bedelaar een aalmoes geven, dat is een ding. Er zijn echter ook ander manieren om aan barmhartigheid te doen: aan structurele oplossing werken bijvoorbeeld. Velen werken samen, je bent als individu niet iemands held. Het tegendeel is vaak waar, de gevestigde begunstigden geven hun voorrecht niet zomaar prijs. Zij  hebben de macht en zijn mondig, soms meedogenloos. Dat heeft ook Jezus ondervonden. De impact  van dit soort werk laat zich niet altijd meteen zien, maar ze is des te groter.

Een eerder straf verhaal van levengevende barmhartigheid in al haar lichamelijk vorm ook, beluisterde ik niet zo lang geleden.

Een groep vrienden kwam bijeen naar aanleiding van een studiegenoot die overleden was. Een oudere man sprak merkwaardig duidelijk,  maar opvallend langzaam, herstellende als hij was van een zwaar herseninfarct dat hem weinig overlevingskans gaf.  Hij verklaarde dat hij zijn leven te danken had aan de behandelende arts.  Hij herinner zich hoe die arts langskwam toen hij uit coma was.

Ze vroeg hem wat op te schuiven in het bed,  kwam naast hem liggen en omarmde hem. [Ik moet toegeven dat ik op dat punt toch even dacht: die man heeft dat gedroomd in zijn comateuse toestand]. Maar nee,  en zij zei:  ‘Ik heb jou als kind gekend in de parochie en gezien hoeveel mensen je geholpen hebt, hoe je voor hen hebt gezorgd.  Ik ben er jou nog altijd erg dankbaar om, het heeft me geïnspireerd om arts te worden.  Nu wil ik op mijn beurt voor jou zorgen. Ik zal alles in het werk stellen om jou hierdoor te helpen.  Ik wil dat jij beter wordt. Zij heeft de daad bij het woord gevoegd, kwam elke dag kijken. Hij kreeg kine voorgeschreven en de kinesist werd op de voet gevolgd. En hij kwam er door, nu zoveel tijd later is hij aardig op weg om weer goed te functioneren, in het besef dat hij zijn leven te danken heeft aan bijzonder toegewijde arts, aan barmhartigheid beleefd in het spoor van Jezus.   Het wordt extra mooi als   structurele en de kleine interpersoonlijke barmhartigheid samen komen.

Zelf dacht ik: misschien moeten we met onze vieringen ook eens durven op verplaatsing gaan. Bijvoorbeeld naar een WZC waar iemand uit onze gemeenschap nu woont en er zeker deugd zou aan hebben. 

Er zijn oneindig veel manieren waarop elk van ons  kan waarmaken wat we bezingen in het lied…

 

Tafelgebed

Laten we aan tafel gaan.
Laten we met kleine gebaren uitdrukken wat we met woorden niet volledig konden zeggen: dat we gedeelde mensen zijn, dat we elkaar te eten en te drinken geven, dat we naast elkaar staan in goede en in kwade tijden. Dat barmhartigheid onze God is, die we niet alleen willen laten. Dat we dit doet in het spoor van Jezus, samen met zovelen over de hele wereld verspreid. Om onze verbondenheid met hen uit te drukken ontsteken we het kleine solidariteitskaarsje.
We nemen in dit gedeelde moment van verbondenheid ook mee de mensen in deze stad die zich nu heel alleen voelen, de mensen die pijn lijden in hun lichaam, de mensen op de vlucht voor oorlogsgeweld. En we blijven onze geliefde doden koesteren, als verbondenheid over de dood heen. Zij baanden voor ons de weg…


Vredeswens

Mogen wij beseffen hoeveel geschonken barmhartigheid aan de grondslag van ons leven ligt en er  vreugde aan beleven om het op evenzovele manieren door te geven. Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. Laten wij elkaar als kinderen van God die vrede toewensen.

Muziek communie: Sisters of mercy (Leonard Cohen)

Oh the sisters of mercy, they are not departed or gone.
They were waiting for me when I thought that I just can’t go on.
And they brought me their comfort and later they brought me this song.
Oh I hope you run into them, you who’ve been travelling so long.

Yes you who must leave everything that you cannot control.
It begins with your family, but soon it comes around to your soul.
Well I’ve been where you’re hanging, I think I can see how you’re pinned:
When you’re not feeling holy, your loneliness says that you’ve sinned.

Well they lay down beside me, I made my confession to them.
They touched both my eyes and I touched the dew on their hem.
If your life is a leaf that the seasons tear off and condemn
They will bind you with love that is graceful and green as a stem.

When I left they were sleeping, I hope you run into them soon.
Don’t turn on the lights, you can read their address by the moon.
And you won’t make me jealous if I hear that they sweetened your night:
We weren’t lovers like that and besides it would still be all right,
We weren’t lovers like that and besides it would still be all right.

 

Slottekst: psalm 103, 8-13

Liefdevol en genadig is de Heer
hij blijft geduldig en groot is zijn trouw.
Niet eindeloos blijft hij twisten
niet eeuwig duurt zijn toorn.

Hij straft ons niet naar onze zonden
hij vergeldt ons niet onze schuld.
Zoals de hemel de aarde overspant
zo weeft zijn trouw over wie hem vrezen.

Zo ver als het oosten is van het westen
zo ver heeft hij onze zonden van ons verwijder.
zo kuefdevol als een vader voor zijn kinderen
zo liefdevol is de heer voor wie hem vrezen.