Kwetsbaarheid


Dominicus Gent

Viering van zondag 16 augustus 2015

Kwetsbaarheid in het rolmodel

 

Goedemorgen en van harte welkom. Moge dit uur van samenzijn, bidden, zingen en vieren, ons verzoenen met onszelf, met mekaar, met de aarde en met de hemel.
Zo zie je maar hoe je in een zin een heel levensprogramma kan samenvatten.
Daarom komen we ook regelmatig samen in deze zondagsvieringen, om ons telkens weer op die weg te zetten. En bij het aansteken van de Paaskaars bidden we om licht van het evangelie en dat uit de wirwar van onze levens een weg te voorschijn zou komen.

Paaskaars

Gij, enige,
die ons kent zoals wij zijn, die ons doorgrondt in hart en nieren,
die ons dichterbij zijt, dan wij onszelf zijn,
maak ons open en ontvankelijk voor de klank van uw Stem
die in ons spreekt
die ons aanspreekt en oproept
verder te zien dan wat te zien
en te luisteren voorbij de woorden
Wees hier aanwezig.

Beelden van kwetsbaarheid, Marlene Dumas – ingaan tegen de gangbare cultuur
Een van de geneugten van vakantie is dat er ruimte komt om van cultuur te genieten en nieuwe mensen en beelden te ontdekken. Zo kan je anderen van diverse pluimage ontmoeten door samen muziek te maken of het werk van een beeldende kunstenaar leren kennen. Als het goed zit, dan toont de mens zich heel vrij en eerlijk in een vakantieomgeving, net zoals in de kunst. De eigen persoonlijkheid, de mogelijkheden en moeilijkheden, grote en kleine kanten en daar doorheen het universeel menselijke komen tot uiting. Voor de aandachtige kijker laat het een licht op de wereld schijnen waardoor we weer wat dichter bij de waarheid en het beter begrijpen komen. Zo’n ontdekkingstocht geeft verse zuurstof en vernieuwde kracht om er tegenaan te gaan.

Op zo’n mooie vakantiedag mocht ik een tijd geleden het werk van Marlene Dumas ontdekken in een tentoonstelling met als titel `The image as burden’, `het beeld als een last’. Van haar zegt The Guardian dat ze een van de meest onbekende bekende schilders is vandaag. Ze is een Nederlandse vrouw op rijpere leeftijd, die een groot deel van haar jeugd in Zuid-Afrika doorbracht. Ze loopt over van enthousiasme, maar voelt zich niet boven een ander staan. Van kindsaf en tot op vandaag blijft ze onzeker over haar talent als schilder, maar ook meer algemeen zet ze zich in de kring van mensen die minder succesvol zijn en soms grote fouten kunnen maken. Haar schilderijen gaan bijna zonder uitzondering over `leven versus dood’. Het zijn niet de stijlvolle schilderijen die men daar in Zuid-Afrika van een vrouw verwacht. Stuk voor stuk dragen ze een boodschap in zich, de laatste jaren ook steeds meer politiek.

Recent werd een werk van haar verkocht door Sotheby’s voor 3.1 miljoen pond. Ze was er aanvankelijk beschaamd over dat men daar zoveel geld voor neertelde, en voelde zich egocentrisch. Terugkijkend beseft ze: ik was het meest gelukkig toen ik genoeg geld had om van te leven en niet meer dan dat. Toen ze helemaal in het begin haar eerste stappen in het schilderen zette, kocht men van haar alleen een schilderij als men het heel echt mooi vond. Nu ze zo’n sterke reputatie heeft verworven in hogere kunstkringen ligt dat helemaal anders. Haar imago krijgt willens nillens een eigen stuwkracht. Zelf ziet ze haar werk liever naar een instelling gaan dan naar verzamelaars voor zoveel geld. En met ouder worden, zegt ze, vindt ze een tentoonstelling in een kleine ruimte soms meer bijzonder dan die in het MoMa in New York.

Zij is niet de enige figuur waarvan een beeld wordt opgehangen dat een vrij eenzijdige en soms ronduit misplaatste belichting krijgt. Zoiets blijft in het algemeen niet zonder gevolgen. Neem nu Maria wiens feest het gisteren was. Vooral haar bescheidenheid en dienstbaarheid, gehoorzaamheid en zuiverheid werden en worden in de verf gezet. Wie dat als norm en streefdoel voor de vrouw naar voor schuift heeft naar mijn gevoel toch een en ander op zijn geweten. Het is een van de redenen waarom ik maar al te graag de kans tot bijsturing kreeg, toen ik jaren geleden in de jongensschool in Burundi gevraagd werd om het wekelijkse gebed tot Maria te leiden. Mijn doel was om het beeld wat bij te stellen voor die opgroeiende jonge mannen. Jammer genoeg bleek de school na de eerste keer te vinden dat mijn diensten voor het Mariaal gebed niet verder nodig waren en heb ik dat uiteindelijk maar 1 keer moeten doen…

In de seculiere wereld die ons omringt worden evenzeer rolmodellen naar voor geschoven die typisch eenzijdig worden belicht, zij het met super prestaties op andere terreinen. Bill Gates is rolmodel voor ondernemers, Naomi Campbell belichaamt het vrouwelijke schoonheidsideaal, Che Guevara toont de weg aan vrijheidsstrijders, Christiano Ronaldo aan voetballers . Van elk van hen worden de prestaties op 1 punt van succes in de verf gezet en als streefdoel voorgehouden. Vaak echter worden die prestaties gerealiseerd ten koste van andere dimensies van de mens.

Het grote werk van Marlene Dumas dat de titel `Modellen’ draagt, gaat een verrassend andere kant op. Op de muur vol portretten van mensen wordt ons een aparte spiegel voorgehouden. Jawel, je herkent er de klassieke modemodellen, zoals Naomi Campbell, maar vooral ook portretten van onbekende mensen. De laatste werden geschilderd op basis van foto’s van bewoners van een psychiatrische instelling. Op de gezichten van die mensen zijn vragen, onzekerheid, angst. pijn en soms ook verwrongenheid af te lezen. We zien het modemodel niet op een piekmoment in de schijnwerpers verschijnen, maar op een moment dat het duidelijk niet zo goed gaat. Op een moment dat ook zij naast die andere mensen staat en in wezen weinig van hen verschilt.

Om de jonge generatie niet met frustrerende of onbereikbare modellen op te zadelen, niet het idee te geven dat spontaan en volgehouden succes de norm is, is het belangrijk om een realistisch beeld te schilderen.

Vooral omdat een gedreven leven betekent dat je ook onbegane paden bewandelt, dingen in vraag stelt, iets nieuws probeert en dus risico’s neemt. Voor een visie die echt de moeite waard is, die men met passie beleeft, durft men meer. Met de grootte van de droom kan de realisatie, al is het maar gedeeltelijk, des te beter smaken – als ze komt. Maar een groot risico nemen betekent matematisch dat voor elk gelukt verhaal er heel veel meer zullen sneuvelen. Als de droom voor ons belangrijk genoeg is zal het echter niet bij die ene poging en mislukking blijven en kan men de afgelegde weg in perspectief plaatsen. Dit lukt des te beter als men zich goed gedragen en omringd weet. Men krabbelt recht en ploegt na verloop van tijd voort, met evenveel of meer enthousiasme en als het goed is rijker en dieper dankzij de ervaring. En telkens opnieuw wordt zo weer een steentje verlegd….

Het delen van zo’n ervaring, mensen niet vastpinnen op piekmomenten van succes of mislukking maar in hun volle dimensie tot hun recht laten komen, dat mogen we hier in Dominicus meemaken. Het opent een wereld die geen einde heeft, een woord dat ons bevrijdt en opneemt in zijn vrede.

We zingen het lied: Ik sta voor u in leegte en gemis...

Kwetsbaarheid en christelijk mensbeeld
De kwetsbaarheid van mensen in beeld brengen is een delicate aangelegenheid. Om velerlei redenen. Als de bootvluchtelingen na een hachelijke overtocht ’s nachts in de vroege ochtend een fel spotlicht op zich gericht krijgen opdat de camera hun stranden kan filmen… dan vraagt zelfs een doorgewinterde journalist zich af of hij niet beter de mensen uit het rubberbootje zou helpen in plaats van toe te kijken en commentaar te geven.
Heel vaak krijgen mensen toch ongevraagd en in een penibele situatie een fototoestel of camera op zich gericht. Vluchtelingen, maar ook zieken, ouderen, gekwetsten, doden, …Wellicht heel dikwijls met goede bedoelingen, om te informeren, te appelleren, tot solidariteit op te roepen. En heel dikwijls is dat ook effectief. Toch zit in dat ongevraagd in beeld brengen iets onjuist. Ik kan er de vinger niet opleggen wat er mis mee is maar hoe vaak het ook gebeurt, het zou nooit vanzelfsprekend mogen zijn. Wanneer kwetsbaarheid getoond wordt moet dat toch altijd eerst de keuze zijn van de persoon zelf. Dat lijkt mij in een gewoon gesprek zo, dat lijkt mij bij het in beeld brengen zo.

Natuurlijk zijn er niet alleen persoonlijke maar ook sociaal-culturele en wellicht ook ideologische redenen waarom kwetsbaarheid al dan niet een plaats krijgt in de samenleving. Er zijn culturen waarin het feit dat iemand zich versukkelt of valt, als heel vernederend en beschamend ervaren wordt. En mensen spontaan de blik afwenden om de schande niet groter te maken, terwijl tezelfdertijd halfnaakt rondlopen helemaal geen reden tot verlegenheid is. Maar als vrouw iemand recht in de ogen kijken is dan weer wel een reusachtig taboe.

In die zin is het belangrijk ons af te vragen wat de prijs is die mensen betalen voor een hele hoop schoonheidsidealen, voor carrière en maatschappelijk succes, voor alles wat moet doorgaan voor een geslaagd leven. Niet enkel degenen die deze maatschappelijke normen inslikken en verwezenlijken maar ook allen die aan die normen niet kunnen/willen beantwoorden.
Wat gebeurt er met mensen die leven in een cultuur waarin elke mislukking, vergissingen, zwakte, kortom gewone menselijke onvolkomenheid als persoonlijk tekort aangerekend worden en niet als inherent aan mens-zijn? Dat is geen pleidooi voor onverantwoord gedrag, wel de vraag hoe gaan we daar mee om? Point final? Of aan de lijn, nieuwe alinea?

Sommige kunstenaars slagen er wonderwel in een inkijk te bieden in de kwetsbare kant van kinderen, jongeren, mannen, vrouwen. Ze doen dit zonder afbreuk te doen aan de waardigheid en met respect voor de intimiteit van mensen. Meer zelfs : de wijze waarop ze mensen in beeld brengen laat precies de waardigheid en het unieke van mensen oplichten.

In veel hedendaagse romans komt het thema van kwetsbaarheid in zijn diverse facetten sterk naar voren. Ik denk dan aan boeken van Paolo Giordano en van Griet Op De Beeck.
Zij beschrijven verhalen van gewone mensen, geen extreme situaties, heel herkenbare relatiepatronen. Beide auteurs brengen de hunker van mensen in beeld, hun pogen goed te zijn, goed te doen, hun ongeluk, hun mislukken, hun onvermogen, hun ontoereikend zijn, hun dromen en hun desillusies. Ontgoocheling in zichzelf, in een ouder, een vriend, in het leven zelf en hoe hopeloos, onbereikbaar eenzaam ze daarin staan. De personages worden uitzonderlijk genuanceerd benaderd en briljant beschreven. Bovendien kijken beide auteurs met een heel milde en meedogende blik, met heel veel tederheid naar de kwetsbaarheid van hun personages. Maar het blijft zwaar. Niet omwille van dramatische gebeurtenissen maar omdat de personages in hun kwetsbaarheid helemaal reddeloos verloren lopen. Zonder enig perspectief zijn. Er is geen uitkomst, geen uitzicht. De hele tijd door komt er nergens een doorbraak, een opening waar misschien een uitzicht daagt, nee, er is geen enkel perspectief. En de dynamiek van de verhaallijn valt bij de laatste bladzijde dan ook morsdood.
Het liefdevol kijken en teder beschrijven van de auteurs blijkt niet in staat om hun personages, hun creaties te redden van de zinloosheid.

Waarom wordt het gebrekkige, het ontoereikende, het mislukken, of om het even welke vorm van zwakte zo geproblematiseerd? Wat is toch die geweldige angst om belachelijk te zijn (ssssschamelijk zeggen jonge gasten) in de ogen van anderen?

Misschien heeft de christelijke traditie, meer dan wij het beseffen, precies op dit punt, op het punt van omgaan met de kwetsbaarheid van mensen, een heel belangrijk aanbod voor onze cultuur.
Als ik de bijbel gemakshalve even herleid tot een verhalenboek dan wordt het bevolkt met personages die niet echt helden of perfecte ethische voorbeelden of opvoedingsmodellen zijn. We moeten het niet te ver zoeken: de beste vrienden van Jezus worden niet bepaald beschreven als de snuggerste van de klas die meteen begrijpen waar het Jezus om te doen is. Hun reacties en vragen getuigen niet altijd van een briljant inzicht. Als het lastig wordt haken ze af, lopen weg of liegen, en laten het aan de vrouwen over om Jezus nabij te blijven. Het toppunt is dat ze dat gebrekkig functioneren veertig jaar later nog optekenen ook.
Maar daar gaat het juist om:
met deze heel gewone, falende mensen, mannen én vrouwen die in de samenleving van hun tijd een onbetekenend bestaan leidden, is de dynamiek, is de geest van een bevrijdend mens- en godsbeeld tot ons gekomen. Met hen is het verhaal dat mensen vrij kan maken, dat mensen redt, tot ons gekomen. Met hen en via opnieuw ontelbare gekende en anonieme mannen en vrouwen die niet als held of supervrouw in de wieg gelegd waren, wordt het ons aangereikt.
Kwetsbaarheid is geen doem, geen gevangenis, mensen zijn geen goden of halfgoden, hoeven dat niet te zijn, slechts 1 is God. Wij zijn niet almachtig. Wij kunnen niet alle problemen oplossen. Dat geeft ons geen alibi om machteloosheid te cultiveren en niets te doen. Veel kan wél en ook mislukken kan. In je kwetsbaarheid gaan staan betekent misschien juist dat je, in het volle besef van je beperkingen en rekening houdend met je beperkte mogelijkheden, toch onvoorwaardelijk ja zegt ten aanzien van het appèl dat op je gedaan wordt. En dat je in die beweging van een ja gaat staan. Want dat ja is een beweging.

Altijd opnieuw wordt dit verteld in zoveel bijbelse verhalen. Die kennelijk over zulke fundamentele aspecten van ons leven gaan, dat ze altijd weer revelatie zijn, openbaring, altijd toekomst hebben en aanbieden.

We lezen en zingen er nu één : het magnificat.

Het lied is een soort charter van christelijk geloven in de toekomst, het beschrijft wat nog niet is, maar waartoe wij geroepen zijn om het dichterbij te brengen.
Dat is niets minder dan de omkering van de gevestigde orde, een ommekeer in onze samenleving.
Wat Maria zo groot maakt, is dat ze tegelijk kwetsbaar en krachtig is. Kwetsbaar als jonge vrouw, tout court, in haar milieu waarin ze wel altijd functie van een ander was, nooit helemaal van zichzelf, kwetsbaar als een ongewenst zwangere moeder, kwetsbaar als elke moeder die haar kind ziet lijden onder het kruis. Maar ze gaat in die kwetsbaarheid staan. Rechtop want ze weet zich gezien door God, de Jahwe van haar geschiedenis, van de geschiedenis van haar volk. Degene die omziet, naar zijn volk, naar elk individu, naar de slavin Hagar wanneer ze de woestijn wordt ingestuurd, naar de vele kleine mensen voor wie geen toekomst weggelegd was en die toch toekomst konden maken.
En zo wordt haar kwetsbaarheid haar kracht. Moge het ook onze kracht worden in ons Ja aan een visioen van gerechtigheid en vrede zoals het uitgezongen wordt in de psalm voor kleine mensen, Psalm 72 (Voor kleine mensen is hij bereikbaar)

Inleiding tafeldienst
Laat ons dan aan tafel gaan met de belofte om oprechte gemeenschap te willen vormen. Hier zijn wij welkom in al onze kwetsbaarheid, vol domheid, drift, plezier, onzekerheid. We durven daarop rekenen omdat anderen dit voor ons beleefd hebben. We gedenken en danken in dit uur dan ook onze lieve doden, voor het openen en delen van de vele facetten van hun bestaan.

We gedenken in het bijzonder ook Jezus, wiens gebaar van breken en delen we hier telkens opnieuw herhalen. Met vallen en opstaan bleef hij doorgaan, bouwend aan dat rijk van gerechtigheid, bezield en bereid om zijn lichaam en bloed te geven tot het uiterste opdat aan ons en aan zij die er extra nood aan hebben een voller leven gegund zou zijn. We gedenken en danken daarbij ook allen ter wereld die in dit spoor stappen en leven voor anderen mogelijk maken.

(afbeelding: marlene Dumas)