Gedaanteverandering: de 25%-revolutie… (Vasten 2)

Dominicus Gent

Zondagviering van 13 maart 2022

Gedaanteverandering: de 25%-omkering

(Vasten 2)

 


Welkom allemaal hier vandaag op de tweede zondag van de veertigdagentijd in deze kerk, welkom aan de mensen thuis, achter de schermen.
We zijn hier samengekomen om te vieren wat nog niet is, maar wat zou kunnen zijn, wat ooit zal zijn.
We willen hier voor elkaar het visioen levend houden van een wereld zonder oorlog en geweld, een leefbare plek voor ieder mens. Een leven in vrede.

Maar we komen ook samen om onze machteloze woede te delen om zoveel onmenselijk lijden, om ons gevoel van ontreddering te delen over de beelden van dood en verwoesting die deze dagen nog maar eens op ons netvlies branden.
En ook om onze solidariteit uit te drukken met de onschuldige slachtoffers, met de hulpverleners, met alle mensen die op welke manier ook een steentje bijdragen om te tonen dat de goede krachten het halen. Dat dat licht het duister moge verdrijven en ommekeer in gang zet.

Laten we ons daarbij blijvend begeleiden door het licht van de paaskaars.
En zingen we ons tot gemeenschap

 

Een lied op de drempel

Dag mensen, welkom hier rond brood en wijn,
wij willen vieren met elkaar geloof en samenzijn.

Groeten wij eerst de Naam die ons geschapen heeft,
dag vader, moeder, levensbron, dag vraag die ons omgeeft.

Zegenen wij de Mens die trouw bleef totterdood,
dag kwetsbaar beeld van God met ons, met al wie leeft in nood.

Vlug Adem blaas ons aan, breek open wie verstart,
dag warme straling, nieuw begin maak zacht wie is verhard.

Komt allen, zingen wij het lied dat ons verbindt:
dat leven ons is aangezegd, bemind elk mensenkind.

Tekst: Wout Nachtegaele – muziek: Eric Thiman

WOORDDIENST

De laatste strofe voegde ons allen toe aan de Heilige drie: aan de Naam, de Mens en de Adem. In deze moeilijke tijd is het deugddoend om de belofte van verbondenheid, de aanzegging van léven én de bevestiging geliefd te zijn te horen.
Het evangelie van vandaag verhaalt iets gelijkaardigs.

Lucas componeert zijn evangelie als een reisverhaal met bestemming Jeruzalem. Jezus ontmoet reeds tegenstand en vijandschap en voorvoelt wat hem daar te wachten staat. Vooraleer hij vertrekt, kiest hij drie apostelen om met hem te bidden op de berg Tabor: Petrus -uiteraard- en de broers Johannes en Jakobus.

Lc 9, 28b-36:  Jezus nam Petrus, Johannes en Jakobus mee en ging de berg op om te bidden. 29 Terwijl Hij aan het bidden was, veranderde Hij van uiterlijk en werden zijn kleren stralend wit. 30 Ineens waren er twee mannen met Hem in gesprek. Het waren Mozes en Elia, 31 die in heerlijkheid verschenen en over zijn heengaan spraken, de voleinding van zijn leven in Jeruzalem. 32 Petrus en de anderen waren overmand door slaap; toen ze wakker werden, zagen ze zijn heerlijkheid en de twee mannen die bij Hem stonden. 33 Toen die weer van Hem wilden weggaan, zei Petrus tegen Jezus: ‘Meester, het is maar goed dat wij hier zijn; laten wij drie hutten maken, een voor U, een voor Mozes, en een voor Elia.’ Hij wist niet wat hij zei. 34 Terwijl hij nog sprak, kwam er een wolk die hen overdekte; ze schrokken toen ze in de wolk terechtkwamen. 35 Uit de wolk klonk een stem: ‘Dit is mijn uitverkoren Zoon; luister naar Hem.’ 36 Toen de stem klonk, bleek Jezus alleen te zijn. Zij zwegen hierover en vertelden destijds aan niemand wat ze hadden gezien.

Jezus bidt, raakt in gesprek met twee bekenden en verandert van gedaante. De leerlingen zijn in slaap gevallen, worden wakker en willen die stralende Jezus met Mozes en Elia bij zich houden, drie tenten bouwen… Dat is echter niet de bedoeling.

Dit evangelieverhaal is bekend als het ‘trans-figuratie-verhaal’ (!?-slik). Destijds moet ik (minstens één) les scheikunde gemist hebben. ‘Trans’ betekent ‘aan géne zijde van het centrale atoom of de dubbele binding; aan déze zijde spreken we van ‘cis’. Een begrip dat vorig jaar de Gentse actualiteit haalde bij de heisa rond cis-mannen.
Trans-seksualiteit helpt mij bij het beter verstaan van trans-figuratie. Aan de zijlijn waren we in familiekring getuige van de worsteling en het aanvaardingsproces van ouders van een transvrouw. Het ingrijpende van deze letterlijke ‘transfiguratie’ is overweldigend voor alle betrokkenen.
Harry Potter-kenners weten dat je op Zweinstein les krijgt in transfiguratie, het van gedaante veranderen.

Alle gekheid op een stokje – bij Jezus kwam er geen scheikunde of tovenarij aan te pas en de transfiguratie was niet gender-gerelateerd.
Maar, net als andere woorden met ‘trans’ -denk maar aan transfusie, transfert, transitie- gaat het niet om een evolutie in de lijn van algemene verwachtingen maar over een sprong, een ommekeer, een kantelpunt.
Ook voor sociale veranderingen bestaat zo’n kantelpunt, daarover straks meer.

Hoe kunnen we het transfiguratieverhaal verstaan? Wat is hier dat kantelpunt?
Het verhaal situeert zich vlak voor de afreis naar Jeruzalem. Jezus voorvoelt wat hij zich op de hals haalt. Er is in het bekende Galilea al tegenstand en er zijn misverstanden, ook bij de apostelen. Dat zal in Jeruzalem niet anders zijn.
Jezus trekt zich terug op de berg Tabor en bidt. In dat bidden ontmoet hij Mozes en Elia. Dat is cruciaal en betekenisvol. Ze vertegenwoordigen de wet en de profeten. Enerzijds de traditie en het vertrouwen dat bevrijding mogelijk is -ook al zie je er zelf niet alles van. Anderzijds de belofte van Elia’s terugkeer bij de komst van de Messias.
De mannen draaien bij dit gesprek niet rond de pot. Ze spreken over Jezus’ heengaan (letterlijk staat er zijn ‘exodos’). Hij zal het in Jeruzalem voleindigen. Jezus is geen lijdend voorwerp dat de exodus moet ondergaan, hij is de actor die zelf het heengaan zal voltrekken, net als Mozes en Elia destijds. Vijandschap en dood zullen niet het laatste woord krijgen.
Deze ontmoeting, dit inzicht fungeert als kantelpunt.

Jezus verandert door het gebed en de ontmoeting. Die verandering is ingrijpend en is hem aan te zien. Hij beseft wat hem te wachten staat en hij straalt. Hij raakt niet ontmoedigd, integendeel: alles wordt helder, verblindend helder.
Het roept het radio-interview met Stijn De Paepe in herinnering kort voor zijn dood. De dichter ziet de ellende van zijn ziekte en de gevolgen voor zijn omgeving en tegelijk straalt hij voor zoveel mensen kracht uit. Ik zie het ook bij de jonge zwaar zieke chef van het Gentse restaurant Cochon-de-Luxe. In zijn columns verzwijgt hij de gruwel van zijn kanker niet en toch is hij zo bezield. Hij vindt de juiste woorden, hij inspireert anderen. Er valt hier te leren wat leven is: niet de kwantiteit maar de kwaliteit van aanwezigheid telt.
We zien dat stralen ook bij mensen die elkaar graag zien. Bij sporters die een wedstrijd winnen waarvoor bookmakers andere namen noemden. Of bij acteurs die na lange lockdown hun publiek terugzien. En ouders in prille verwachting verraden zichzelf met hun stralende blik lang voor iemand officieel mag weten dat er een baby komt.

De apostelen hebben het gesprek gemist, ze waren door slaap overmand -dat bidden en spreken duurde langer dan hun uithoudingsvermogen- maar nu zijn ze klaarwakker. Ze zien de gedaanteverandering bij Jezus én zijn twee gesprekspartners. Ze zien Hem stralen.
Dat moment wil Petrus vasthouden. Hij wil het laten duren en drie tenten bouwen voor Jezus, Mozes en Elia… Hij wil a.h.w. Jeruzalem uitstellen in de hoop dat het ook afstellen wordt. “…hij wist niet wat hij zei” schrijft Lucas. God grijpt in, overschaduwt het gezelschap met de woorden die ook klonken bij Jezus’ doop in de Jordaan: “Dit is mijn Zoon, de Uitverkorene” en voegt eraan toe: “luistert naar Hem!” (uitroepteken).

Het momentum is voorbij. Jezus en de leerlingen zijn weer alleen. De leerlingen zwijgen erover. Jezus begint zijn reis naar Jeruzalem.
In de volgende hoofdstukken lezen we de doorwerking van de transfiguratie. Jezus bereidt de leerlingen voor op zijn lijden en sterven, maar het zal duren tot na Emmaüs en Pinksteren eer ook zij een transfiguratie meemaken en stralen.

Laten we ons openstellen voor transfiguratie vanuit de belofte van licht. Het zingen van volgend lied kan daarbij helpen.

Ontwaakt, gij die slaapt

Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten.
Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten.

Wij wachten op licht, maar het blijft donker,
op het licht van de zon, maar wij dolen in duisternis.
Als blinden tasten wij langs de wand,
onzeker als mensen zonder ogen.
Wij struikelen op klaarlichte dag,
in de bloei van ons leven zijn wij als doden.

Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten.
Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten.

Sta op en word helder, uw licht is gekomen.
De glorie van God zal over u lichten.
Hij is een mantel van licht om u heen.
Hij zal u noemen: ‘niet langer verlaten’.
En ’s nachts zal de maan uw licht niet meer zijn,
want God de Heer zal een licht voor u zijn.

Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten
Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten

Wees hier aanwezig, licht in ons midden
Kom ons bevrijden, dat wij herleven
God in ons midden, Jezus Messias

Wees hier aanwezig, licht in ons midden,
kom ons bevrijden, dat wij herleven
God in ons midden, Jezus Messias

Licht van de wereld, kom hier aanwezig,
Zijt Gij de levende, bron van ons leven.
Kom ons bevrijden, Zoon van God.

Licht van de wereld, kom hier aanwezig,
Zijt Gij de levende, bron van ons leven.
Kom ons bevrijden, Zoon van God.

Zijt Gij de levende, licht van de wereld.
Wees hier aanwezig, bron van ons leven.
Kom ons bevrijden, Zoon van God.

Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten
Ontwaakt, gij die slaapt, staat op uit de dood en Christus zal over u lichten

 

We laten ons in de vieringen van de veertigdagentijd af en toe begeleiden door fragmenten uit Mistero Buffo of de Ballade voor grote en kleine poppen van Dario Fo, de stukken zijn nu ongeveer 50 jaar oud. De taal is wat gedateerd, de boodschap niet.

De glorievolle eik van de keizer is aan ’t vallen. Wie had dat kunnen vermoeden
Geen gezwollen stroom, geen orkanen hebben zijn wortels en zijn zware stam versplinterd
Maar ‘t zijn de mieren, miljoenen mieren die geduldig zonder verpozen aan hem knaagden.

Jaar in jaar uit

Weldra horen wij ‘t gekraak en de dreunende bons weerklinken
en de lucht wordt verduisterd door de dwarreling van het stof
als een laatste vloek
en de kleine planten van de wereld zullen eindelijk de zon zien stralen.

Laat je hoofden niet nijgen gezellen, geef de moed niet verloren.
Nee we zijn niet alleen om te strijden, een wereld staat aan onze zijde,
een wereld van hongerende slaven, een wereld van zwarte miserie,
van uitgezogen proletaren, een wereld van strijdende scharen.

Tekst: Dario Fo – Muziek: Paolo Ciarchi
Vertaling: Wannes Van de Velde – De Internationale Nieuwe Scène
Uit: “Ballade voor grote en kleine poppen”

De glorievolle eik van de keizer is geveld. Het symbool van de macht is omgevallen, onverwacht en onvoorzien. Van het ene moment op het andere, zonder dat iemand het had zien aankomen.
Het is een treffend verhaal om te verbeelden waar de campagne van Broederlijk Delen in deze veertigdagentijd op focust. De Broederlijk Delenactie stelt dat het tijd wordt voor de 25% revolutie, ’t is te zeggen, dat je met 25% overtuigden in een maatschappij je voldoende zou moeten hebben om het algemeen sentiment, om de algemene marsrichting te doen omslaan, om de eik te vellen.
Dat minderheden met veel geld en macht en een leger een aanzienlijke impact kunnen hebben op het leven van heel veel andere mensen, dat kunnen we spijtig genoeg iedere dag in het nieuws zien. De menselijke geschiedenis bulkt van dat soort verhalen.

Het is dan ook enigszins verrassend te horen dat ook een minderheid van “machtelozen” de dingen in een fundamenteel andere richting kan sturen, ook al is er een breed gedragen consensus over het tegendeel. Dat is dus wat in de campagne van Broederlijk Delen toch beweerd wordt.
Maar u weet het of niet, ik ben een ongelovige. Als ik dit soort dingen hoor, dan komt de analytische wetenschapper spontaan in mij naar boven die zegt: “laat me eerst even de feiten en de context zien”, of de dominicaan die steeds op zoek is naar waarheid, of de jezuïet die juist van onjuist wil onderscheiden. Of allemaal tegelijk, maar hoe dat eraan toe gaat, dat wilt u niet weten. De 25% revolutie leek me iets van het gehalte van: met maximaal zeven tussenpersonen zijn we allemaal familie van elkaar (zelfs van Poetin), of op zeven weken tijd kan je een gewoonte afleren. En zeker wanneer iets helemaal contraintuïtief klinkt, dan ben ik helemaal op mijn hoede. Als we spreken over de “macht van het getal”, denken we eerder aan “democratische” aantallen: de helft plus één of zelfs een tweederde meerderheid. Dat die macht “slechts” 25% zou moeten zijn, is tegelijkertijd hoopgevend en misschien ook verontrustend.
We hebben hier in Dominicus Gent de gewoonte om de dingen grondig aan te pakken. Ik wilde er me dus van vergewissen dat het niet om een louter slim marketingverhaaltje gaat en ben dus onverwijld op zoek gegaan naar de bron. Op zoek gaan naar de bron is trouwens een in alle omstandigheden aan te bevelen houding (tenzij je naar zee wil… 😉

Ik vond een publicatie in het Amerikaanse tijdschrift Science, verschenen ergens in 2018. Een geluk want dat is over ‘t algemeen een redelijk betrouwbare bron.
In het artikel beschrijven een aantal wetenschappers van de universiteit van Pennsylvania een sociologisch experiment met online gemeenschappen, met name, welke dynamiek er speelt in groepen wanneer bepaalde dingen gebeuren. Ze vertrokken vanuit de vaststelling dat soms fundamentele veranderingen in de maatschappij zich op heel korte tijd, een paar jaar kunnen voltrekken. De auteurs noemen een aantal sprekende voorbeelden: de aanvaarding van vrouwen als evenwaardig in alle rollen binnen bedrijven, of het bannen van tabaksgebruik. Revoluties die zich op relatief korte tijd hebben voltrokken en waarbij telkens de omslag werd veroorzaakt door kleine groepen die wel heel erg ondernemend of zelfs militant waren. De indruk bestond dat die groepen veel kleiner waren dan wat algemeen in de economische modellen als kritische massa werd aangenomen.
In een experiment hebben de onderzoekers een aantal online groepen gecreëerd waarin mensen twee per twee eerst onderling tot een consensus moesten komen over een bepaald onderwerp: b.v. welke naam een nieuw park zou moeten krijgen. Er werden ook een heel aantal herhalingen gedaan, zodat de overtuiging, of het geheugen van de consensus lang was. Een beetje een nabootsing van sociale conventies die in de maatschappij al tientallen jaren gelden. Eens deze setting geïnstalleerd, bracht men kleine aantallen tegenstemmen in de verschillende groepen. Die moesten er de anderen van overtuigen om een andere naam te kiezen. Wanneer die tegenstemmen 10%-20%-24% vertegenwoordigden van de hele groep, gebeurde er weinig tot niets. Het evenwicht bleef bewaard. Maar zodra het deel tegenstemmers 25% behaalden, sloeg het hele systeem redelijk abrupt om en was de hele groep binnen de kortste keren overtuigd van de alternatieve keuze. De transfiguratie van de gemeenschap was een feit.

Bijzonder, maar enige voorzichtigheid lijkt toch wenselijk, want je zou gerust een aantal terechte opmerkingen kunnen bedenken: de deelnemers werden bijvoorbeeld beloond wanneer ze een consensus bereikten en bestraft wanneer dit niet gebeurde. Is dat in het “echte leven” ook wel zo? En geldt dat dan ook wanneer het over belangrijker kwesties gaat, waarbij heel wat emoties komen kijken? Het onderzoek richtte zich ook op internetgemeenschappen en je kan je de vraag stellen of dit zomaar mag veralgemeend worden naar alle andere situaties.
Het zou echter wat te makkelijk om alleen daarvoor deze studie weg te klasseren. Het geeft immers wel te denken dat onder de juiste omstandigheden een minderheid toch een grote omslag in de maatschappij kan bewerken. Het gebeurt. Een treffend voorbeeld daarvan is nog altijd ons eigen verhaal, dat van het christendom, waarbij een kleine particuliere tegenstem kon uitgroeien tot een wereldwijde beweging. De omstandigheden stonden gunstig: een breed wegennet ontwikkelde zich waarover snel kon gereisd worden, er werd in het hele Romeinse rijk één taal gesproken, wat de communicatie vereenvoudigde, en er was een duidelijke machthebber/tegenstander die geen toonvoorbeeld was van deugdelijk leven en voor continu gevaar zorgde. Het tegenverhaal kon zich dus snel verspreiden en ingang vinden.
Er zijn vandaag wel wat vergelijkbare omstandigheden: het internet en de sociale media kunnen zorgen voor een snelle informatieverspreiding op voorwaarde dat je door de grenzen van de silo’s en echokamers kan breken, waarin gelijkgezinden elkaar steeds bevestigen maar een groot deel van de rest van de maatschappij niet bereiken. Dan mag je nog met veel meer dan 25% zijn.
Nog een parallel is dat er duidelijk levensgevaar is en dat andere oplossingen nodig zijn om dat af te wenden. De klimaatstabiliteit wordt bedreigd, de oorlogen en mislukte oogsten brengen vluchtelingenstromen op gang, rijken worden nog steeds rijker en de groep armen groeit. Deze tijd zou dus wel eens een goede voedingsbodem kunnen zijn om een 25% revolutie te ontketenen.

En dat dit niet zo moeilijk is, leren we ook uit het experiment van de onderzoekers: het gebeurt gewoon in gesprekken van één op één. Eén overtuigde mens die een andere overtuigt, en die op zijn beurt ook, en nog één en nog één. Tot plots de omslag komt die niemand ooit kon vermoeden.
De tijd is rijp. En we moeten ons eigenlijk ook niet laten afschrikken door die andere 25%-groepen die alleen het status quo willen behouden of alleen het eigen volk of een kleine deelgroep daarvan willen beschermen. Zij ontketenen geen revoluties. Zij klampen zich vast aan wat is geweest, ze kijken achteruit. Deze zachte revolutie zal van hen komen die wakker geworden, ontwaakt, vooruitkijken, zien wat moet gedaan, hoe een leefbare wereld voor eenieder kan gemaakt worden. Miljoenen mieren zijn ze die traag, maar onontkoombaar de glorievolle eik van de keizer doen vallen.

Zingen we de hoop daarop uit met het lied:  Deze wereld omgekeerd

De wijze woorden en het groot vertoon
de goede sier van goede werken
de ijdelheden op hun pauwentroon
de luchtkastelen van de sterken
al wat hoog staat aangeschreven
zal Gods woord niet overleven
hij wiens kracht in onze zwakheid woont
beschaamt de ogen van de sterken.

Zijn woord wil deze wereld omgekeerd:
dat lachen zullen zij die wenen
dat wonen zal wie hier geen woonplaats heeft
dat dorst en honger zijn verdwenen –
de onvruchtbare zal vruchtbaar zijn
die geen vader was zal vader zijn
mensen zullen an’dre mensen zijn
de bierkaai wordt een stad van vrede.

Wie denken durft dat deze droom het houdt
een vlam die kwijnt maar niet zal doven
wie zich aan deze dwaasheid toevertrouwt
al komt de onderste steen boven:
die zal kreunen onder zorgen
die zal vechten in ’t verborgen
die zal waken tot de morgen dauwt –
hij zal zijn ogen niet geloven

tekst: Huub Oosterhuis; muziek: Bernard Huijbers

 

TAFELDIENST

Bedankt voor uw gebed en uw inbreng
We zijn uitgenodigd aan de tafel van breken en delen. Intentieboek?
Breken en delen over de grenzen van de tijd en de dood heen – met de kaarsjes in de doopschaal weten we onze overledenen en de vele gekende en naamloze doden aanwezig rondom de tafel.
Breken en delen over de grenzen van de ruimte heen – met het solidariteitskaarsje verbinden we ons met allen die waar ook ter wereld in Jezus’ spoor willen leven.

Hier begint de dienst van de tafel, viering van eucharistie, laat ons bidden

Kom over ons met uw geest

Hier begint de dienst van de tafel viering van eucharistie – laat ons bidden

Gij die uw gemeente bijeenroept hier en waar ook ter wereld,
die ons raakt met uw woord, die ons kent van gezicht,
niet vergeet onze namen, kom over ons met uw geest.
Kom over ons met uw geest.

Gezegend zijt Gij om licht en levensadem,
woord en geestkracht, om mensen die leven uit kracht van U,
om Jezus van Nazaret, uw Joods kind.

Die ons voorbeeld werd, die, tot op het laatst van zijn levensgang,
uw Thora volbracht, toegewijd en trouw.

Die ons leerde gaan op de oude weg van uw liefdeswoord
naar een goed wijd land waar de dood niet heerst.
Gij die uw gemeente bijeenroept hier en waar ook ter wereld,
kom over ons met uw geest. Kom over ons met uw geest.

Die ons een teken heeft gesteld waar zijn geest
in openbaar en werkzaam is tot op vandaag.

Die op de avond voor zijn dood brood gebroken heeft
en aan zijn vrienden uitgedeeld –
die een beker wijn genomen,
dankgebed en zegening gesproken heeft
die heeft gezegd: ’Doe dit ter gedachtenis
aan de God die ons bevrijd heeft uit het slavenhuis,
die ons uit de macht van dood bevrijden zal.’

Zo doen wij dan wat hij heeft voorgedaan,
eten, drinken, delen brood en wijn,
teken van geloof dat niets bij God niet kan:
dat ook door ons en met ons en in ons
een nieuwe wereld komen zal
waar brood en liefde is, genoeg voor allen.
Kom over ons met uw geest. Kom over ons met uw geest.

Gezegend zijt Gij om Israël, uw heilige wijnstok,
waaraan Gij ons deel hebt gegeven door Jezus uw dienstknecht.

Gezegend zijt Gij om het levend woord van Mozes en de Profeten
waaraan Gij ons deel hebt gegeven door Jezus uw dienstknecht.

Hem noemende gedenken wij al uw gemartelde,
vermiste, weggegooide mensen
voor uw Aangezicht gedenken wij de namelozen
die zijn afgeslacht in oorlog na oorlog.

Gij die uw gemeente bijeenroept hier en waar ook ter wereld,
kom over ons met uw geest. Kom over ons met uw geest.

Gij die uw gemeente bijeenroept hier en waar ook ter wereld,
die ons raakt met uw woord, die ons kent van gezicht,
niet vergeet onze namen, kom over ons met uw geest.
Kom over ons met uw geest.

tekst: Huub Oosterhuis; muziek: Tom Löwenthal

Onze Vader

Vredeswens
Jezus wenste zijn vrienden vrede toe. Maar een wereld in vrede lijkt nog steeds geen verworven recht, soms slechts een verre droom. Altijd weer wordt die vrede bedreigd. We kunnen ze alleen in leven houden door ze bewust te beleven, door ze aan elkaar toe te wensen.

Communie  

SlotLied: het visioen van Jesaja: de steppe zal bloeien…

De steppe zal bloeien de steppe zal lachen en juichen.
De rotsen die staan vanaf de dagen der schepping
staan vol water, maar dicht – de rotsen gaan open.
Het water zal stromen het water zal tintelen, stralen,
dorstigen komen en drinken.
De steppe zal drinken, de steppe zal bloeien,
de steppe zal lachen en juichen.

De ballingen keren zij keren met blinkende schoven.
Die gingen in rouw tot aan de einden der aarde
een voor een, en voorgoed,
die keren in stoeten.
Als beken vol water als beken vol toesnellend water
schietend omlaag van de bergen.
Met lachen en juichen –
die zaaiden in tranen
die keren met lachen en juichen.

De dode zal leven de dode zal horen: nu leven.
Ten einde gegaan en onder stenen bedolven
dode, dode, sta op, het licht van de morgen.
Een hand zal ons wenken een stem zal ons roepen:
Ik open hemel en aarde en afgrond.
En wij zullen horen en wij zullen opstaan
en lachen en juichen en leven.

tekst: Huub Oosterhuis; muziek: Antoine Oomen

 

foto: Transfiguration of Jesus, Oil on Canvas by Armando Alemdar Ara (Creative Commons License © via Wikimedia Commons)