Eenvoud

DOMINICUS GENT
Viering van zondag 6 juli 2014

EENVOUD

 

IMG_4053-001

 

Een goede morgen, allemaal.Welkom in deze eerste viering in de periode van de zomervakantie. En laat ons bij aanvang bidden:

Gij die met uw naam reikt van de aarde tot in de hemel,
Gij met uw gerechtigheid die staat als de bergen,
Gij met uw ontferming die zo groot is als de zee.

Wees hier aanwezig in uw woord.
Verschijn ons in taal en teken.
Doe over ons uw waarheid lichten.
Zend uw Geest.

Inleiding op het thema

Laten wij het eenvoudig houden in deze eerste vakantieviering. En eenvoud dan ook als thema nemen voor deze viering.
Af en toe wordt geopperd dat “Dominicus Gent er is voor intellectuelen”. Wellicht speelt daarbij de geschiedenis mee van het KUC als universitaire parochie. Met als logisch gevolg dat in onze gemeenschap meer mensen aanwezig zijn met een intellectuele studiebagage.
Die intellectuele bagage op zich is geen schande. De vraag is of deze samenkomsten te intellectualistisch overkomen om echte vieringen te kunnen zijn. Deze viering is niet de plek om op deze vraag te antwoorden. Wat niet wil zeggen dat we niet open moeten staan voor deze kritiek. Wel kunnen we nu even stilstaan bij de vraag wat dat dan is: eenvoud.
Heeft eenvoud iets te maken met intellectueel zijn of niet intellectueel zijn ? Is eenvoudig leven gelijk aan niet-intellectualistisch leven ?

Ik associeer het woord eenvoud met één vouw, één plooi in een blad papier. Eenvoud is daar waar onmiddellijk te zien is wat gezien moet worden. En eenvoudig leven is voor mij dan een leven waarin elke handeling, elk bezig zijn van mensen onmiddellijk verwijst naar essentie. Eenvoud is daar waar buiten- en binnenkant van iemand samenvallen, is daar waar iemand in zijn doen en laten samenvalt met zichzelf.
Eenvoud is niet hetzelfde als simpel. Het is tegelijk moeilijk. Het gaat om een manier van leven en spreken waarin onmiddellijk de kernziel oplicht, waarin met weinig omhaal van woorden de essentie te vatten is van datgene wat ons feitelijk draagt in dit leven. Het is een manier van spreken waardoor de lichtende krachten zowel spreker als toehoorder vervullen en bemoedigen. Maar waar essentie sterk naar voren treedt kan weerstand ontstaan, ontstaat ook kwetsbaarheid.

Hoe komt het toch dat wij de zaken zo ingewikkeld maken ?
Misschien om het volgende:
Het leven is nu eenmaal ingewikkeld. Nemen we alleen al de enorme verschillen tussen mensen en culturen. Als wij alles willen begrijpen en willen verklaren, dan wordt het ingewikkeld. Dan gaan wij ingewikkelde theorieën maken in de illusie dat daarmee alles te verklaren is. En houden we zo de illusie hoog controle over dit leven te kunnen uitoefenen.

Misschien heeft eenvoud dan te maken met een grondhouding: namelijk de aanvaarding dat wij het leven zoals dit zich in zijn veelvormige complexiteit aandient,slechts beperkt begrijpen kunnen.
De boodschap die ons als gemeenschap zondag na zondag vormt en uitdaagt, is terug te brengen tot dit eenvoudige gegeven: dat wij niet geworpen zijn in dit leven, dat wij in dit leven geroepen zijn en dat wij dat ervaren in de omgang met elkaar, in de wijze waarop we ingaan op het appel dat van eenieder uitgaat. In de wijze dat wij elkaar willen bejegenen zo dat ieders waarde en wezen oplicht. En dat de mysterieuze geestkracht die Jezus van Nazareth benoemde als zijn vader, verwijst naar een ervaring van totale geborgenheid bij iemand in dit leven.
Een boodschap eenvoudig in zijn contouren, moeilijk in de consequente beleving ervan. Een boodschap die te doen is en dan het karakter krijgt van een bron: voortdurend aanwezig maar telkens opnieuw krachtgevend. Een bron opborrelend in oude woorden, overgeleverd van generatie op generatie. Waaraan het lied uitdrukking geeft: wij gaan de weg van oude woorden.
 
LEZING: Mt. 11, 25-30

In die tijd zei Jezus ook:

‘Ik loof u, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat u deze dingen voor wijzen en verstandigen verborgen hebt gehouden, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld. Ja, Vader, zo hebt u het gewild. Alles is mij toevertrouwd door mijn Vader, en niemand dan de Vader weet wie de Zoon is, en wie de Vader is, dat weet alleen de Zoon, en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren.

Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’

Overweging over het thema

Er is veel studiewerk nodig en veel wetenschappelijk onderzoek om de betekenis van de Bijbelse teksten in hun juiste betekenis te benaderen. Tot voor enkele decennia bleef deze deskundigheid voorbehouden aan theologisch geschoolde mensen. Gelukkig is die situatie grondig veranderd. Heel wat inzichten zijn de laatste tijd gemeengoed geworden in brede kringen van geïnteresseerde gelovigen. Dit was niet het geval in Jezus’ dagen. Schriftgeleerdheid was een specialiteit die vorming en volgehouden toeleg vereiste. Maar zowel toen als vandaag leidt wetenschappelijk onderzoek niet per se tot een authentiekere beleving. Het kan ook als excuus functioneren. Door zich te vermeien in allerlei spitsvondigheden kan men namelijk ongevoelig blijven voor de aanspraak die van teksten of verhalen uitgaat op de persoonlijke levenshouding. En uiteindelijk is dat toch de beweegreden die ons samen brengt. Dat we ons aangesproken voelen op een houding van vertrouwen en overgave. Dat klinkt eenvoudig en dat is het ook. Maar eenvoudig is niet hetzelfde als simpel of gemakkelijk. Hier ligt juist de paradox die eigen is aan een geloofshouding.

Een geloofshouding is nooit simpel, het is nooit verworven. Niemand beschikt er over. Nooit. Maar er is wel een verlangen. Dat ons gaande houdt. Onophoudelijk. Omdat we dat toelaten. Een verlangen dat we zelfs bewust levend houden. En waarin we nooit verzadigd worden. Dat weten we: het zoeken houdt aan, het verlangen gaat door. Mogen we daarin dan toch een vorm van eenvoud onderkennen. In die volgehouden zoektocht naar hetgeen we niet eens helemaal gezegd krijgen, maar wat ons diep van binnen beroert en niet loslaat. Die zoektocht naar de essentie. Waarvan we tegelijk weten: de essentie bestaat niet op zich. Nooit los van allerlei fratsen en tierlantijnen. Maar we willen niet dat de fratsen en tierlantijnen gaan overwegen en de illusie geven dat ze de essentie zelf zijn.

Voor wie er bij was toen we in 1982 met deze vieringen van start gingen in het KUC. Er was allerlei gerommel gaande tussen behoudenden en progressieven over de viering van de liturgie. We zijn toen met een groepje van een tien, vijftien mensen aan tafel gaan zitten om met “iets anders” van start te gaan. Op zoek naar de essentie van ons eigen leven. Van ons christelijk engagement. En hoe we dat met elkaar konden delen. We wilden een nieuwe doorstart. En daarom: tabula rasa! Gedaan met al die onbegrijpelijke teksten waarvan het krioelde in de officiële liturgie en terug naar een taal die mensen van vandaag begrijpen. Gedaan met al die bedenkelijke rituelen waarvan niemand nog wist, wat ze ooit konden betekend hebben. In plaats daarvan een nieuw te bedenken vorm die puur op de essentie zou zijn afgestemd, zuiver functioneel. Er zijn gaandeweg enkele symbolen en rituelen ingeburgerd geraakt die thans als belangrijke ondersteuning ervaren worden voor wat we als essentieel beschouwen en die we niet meer willen missen. Omdat ze helpen bij het beleven van datgene wat ons samenbrengt, wat ons verlangen voedt, onze hoop levend houdt, onze liefde aanvuurt tot samenhorigheid. Terug naar de eenvoud.

Een soortgelijke zoektocht naar de essentie vinden we bij verschillende religieuze bewegingen die we in de loop der eeuwen zagen evolueren. Telkens weer een teruggrijpen naar de eenvoud van de oorspronkelijke inspiratie. In de Benedictijnse traditie merken we een opvallende golfbeweging. Van aanvankelijk eenvoudige kloostergemeenschappen in de vijfde, zesde eeuw onder impuls van Benedictus van Nursia raakt men – de tijd van de duistere Middeleeuwen -verwikkeld in het spel van de politieke macht met allerlei misbruiken en geldbejag. De nieuwe stichting van Cluny in de tiende eeuw wilde hiertegen krachtig reageren. Terug naar de authentieke spirituele beleving. Cluny kende succes. Cluny werd machtig. Het duurt niet lang of Cluny trapt in dezelfde machtshonger als haar voorzaten. Zij meende de stad van God op aarde te kunnen realiseren. De reactie kon niet uitblijven. En ze kwam van binnenuit. Met een terugkeer naar de oorspronkelijke eenvoud onder impuls van enkele monniken, die zich te Citeaux gingen vestigen volgens de oorspronkelijke inspiratie van Benedictus. Maar opnieuw doet zich algauw een soortgelijke ontwikkeling voor. Deze Cisterciënzers groeiden uit tot een belangrijke economische en maatschappelijke macht die hen ver van het oorspronkelijk ideaal bracht. En andermaal kon de reactie niet uitblijven. Er kwam de zogeheten “strenge observantie” die wij beter kenden als de stichting van La Trappe. De zogeheten Trappisten. Terug naar de eenvoud van het “Ora et labora”.

Een zoektocht die we met zijn allen hebben meegemaakt is deze naar de betekenis van Jezus van Nazareth. Wie is hij en wat betekent hij? Een eenvoudige vraag die klaarblijkelijk geen eenvoudig antwoord verdraagt. Want het gaat blijkbaar over een kwestie die van het grootste belang is. Van in den beginne is er over geredetwist. Op oecumenische concilies zijn bisschoppen elkaar te lijf gegaan, omdat ze het niet eens konden worden omtrent de juiste theologische formuleringen, mensen zijn om hun afwijkende overtuiging op de brandstapel gestorven, theologen die niet recht in de leer waren kregen spreekverbod, schrijfverbod. Het is duidelijk: wie zich houdt op het niveau van de leer, van de theorie, kan de kwestie onmogelijk ooit definitief beslechten. Het kan tegelijk onze ogen openen voor het feit dat het in wezen niet gaat om een theorie, maar om een existentiële vraag. Of we kunnen instemmen met de allervroegste geloofsbelijdenis waarop het hele christelijk geloof is gefundeerd. En dat is een heel korte uitspraak: Jezus is de Christus. Hij is de messias. Hij is diegene die ons in levende lijve getoond heeft wie God voor mensen wil zijn en wie de mens voor God kan zijn.

Met die overtuiging kunnen we al een heel eind op weg. Natuurlijk zal die basisovertuiging telkens weer verduidelijkt moeten worden, gezien de geschiedenis waarin wij als mensen staan. Maar de evangelist Matteus maakt het zijn lezers in elk geval duidelijk dat niet de spitsvondigheden van de schriftgeleerden van doorslaggevende betekenis zijn, maar dat het ten diepste gaat om een fundamentele houding van vertrouwen en overgave. Daarvan geldt: mijn juk is zacht en mijn last is licht.

IMG_2858-001

Inleiding op de tafeldienstde kracht van het eenvoudige ritueel

Eenvoud is beroep doen op de bronnen van ons geloven. Eenvoud is gericht op herbronnen. Dat is ook de betekenis van deze tafeldienst. Het is een essentieel deel van ons samenkomen, elke zondag.

Een plek voor liturgie die gegroeid is van geheimtaal tot gemeenschapstaal. Herdacht van offerplaats, een hoogaltaar in het barokke priesterkoor, het altaar hier nog drie trappen hoog tot deze eenvoudige tafel van gemeenschap. Met liefde gemaakt door Thierry. Met een blad van lindehout uit Destelbergen, druivelaar en olijfboomhout. Eenvoudig, maar niet simpel.
Tabula rasa. De tafel, herleid, herdacht tot waar ze toe dient. Sober gedekt. Geplaatst midden deze ruimte om te oefenen hoe het zou kunnen zijn. Om herinneringen te delen en namen te noemen van mensen die mee de weg zijn gegaan. 

De tafel als een plek om toekomst te verbeelden. Om een vuist van verzet te maken en eens stevig op te beuken. Om te delen, brood en wijn. Om het spoor van Jezus te herkennen. Om herinnerd te worden aan de Belofte ‘Ik zal er zijn’, een belofte zo groot dat ze de wereld kan bevrijden, een belofte als een opdracht…

En om nadien van tafel te gaan en vrede te delen.

*

(foto’s: Ronchamp, Fr & fresco in kerkje in Cantabrië, Sp., Guido Vanhercke)