Driekerkenviering (18 jan)

Driekerkenviering: Dominicus Gent + Rabotkerk + St Jozefsparochie

Zondag 18 januari 2015

ONTMOETING AAN DE BRON

 

Goede morgen en aan elk van jullie zeggen we welgemeend: welkom op onze 3kerkenviering.
Het is geen groots gebeuren, dit samenzijn, maar wel een stap in de dialoog met elkaar. Het is de laatste tijd meer dan duidelijk geworden: als je elkaar niet aanspreekt, niet samen iets doet, dan kan je de ander niet echt leren kennen en waarderen. De gevolgen van opgesloten te zitten in het eigen gelijk hebben we voorbije weken weer eens ondervonden.
Als we hier vandaag samenzijn met de drie kerkgemeenschappen dan is dat omdat Jezus van Nazareth iemand was die openstond voor de ander, of die nu een Romein, een Samaritaan, een vrouw, een zieke of iemand uit eigen rangen was. En dat we zijn voorbeeld willen volgen.
Daarom steken we ook de Paaskaars aan: een symbool voor zijn inspirerende aanwezigheid in ons midden, een teken dat we willen delen in het licht dat hij voor velen is.

Openingslied – Een lied op de drempel

Gebed
Jij die heet:
“Ik zal er zijn voor jou”
Wij noemen je Vader, Moeder, Drager, Grond van leven.
Laat jouw naam heilig zijn in ons leven
en een leidraad voor al ons doen en laten.
Laat ons, door Jezus geïnspireerd,
jouw beeld zien in elke mens die ons pad kruist.
Open ons hart en onze geest
zodat we niet bang zijn
de ander in zijn anders zijn te ontmoeten.
Laat zo jouw Rijk van liefde en broederschap
gestalte krijgen in ons samenleven.

Dagelijks komen we mensen tegen waarmee we praten, samen werken of die we gewoon passeren.
Ontmoeting is iets alledaags. Maar soms overkomt er ons iets bij zo’n ontmoeting…plots “worden onze ogen geopend”, zoals men dat zegt. Die ander bekijken we dan met andere ogen. Hij of zij hebben ons iets duidelijk gemaakt door wat ze zeggen of door wat ze doen, of door hoe ze het doen.
Er gaat een nieuwe wereld open, je blik wordt verruimd, je leert iets op een andere manier zien.
Ieder van ons heeft al mensen ontmoet die je op een of andere manier aanspreken door hun gedrevenheid, hun manier van kijken. Er slaat een vonk over die je leven verandert.
Daarover gaat het vandaag in de lezing: over een ontmoeting bij de bron die het leven van een vrouw verandert. Voortaan zal het water uit de put voor haar niet meer hetzelfde betekenen…

Elk van jullie kreeg in het liedboekje een kruikje in papier mee. Straks is er tijd om iets te noteren: op de ene zijde kan je schrijven uit welke bron jij put, op de andere zijde wanneer of waar jij een bron bent waaruit anderen kunnen putten…

Om de ontmoeting met de grote Andere zingen we in het lied: Kom in mijn klein bestaan

De kinderen en jongeren vertrekken nu naar hun eigen bron. Ze hebben hun kruikjes mee… benieuwd wat zij straks terug meebrengen…

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Schriftlezing Joh. 4, 4-26

Verteller
Jezus verliet Judea en ging weer naar Galilea. Daarvoor moest hij door Samaria gaan.
Zo kwam Jezus bij de Samaritaanse stad Sichar, dicht bij het stuk grond dat Jakob aan zijn zoon Jozef gegeven had, waar de Jakobsbron is. Jezus was vermoeid van de reis en ging bij de bron zitten; het was rond het middaguur. Toen kwam er een Samaritaanse vrouw water putten.
Jezus
Geef mij wat te drinken.
Verteller
Zijn leerlingen waren namelijk naar de stad gegaan om eten te kopen.
Samaritaanse
Hoe kunt u, als Jood, mij om drinken vragen? Ik ben immers een Samaritaanse!
Verteller
Joden gaan namelijk niet met Samaritanen om.
Jezus
Als u wist wat God wil geven, en wie het is die u om water vraagt, zou u hém erom vragen en dan zou hij u levend water geven.
Samaritaanse
Maar heer, u hebt geen emmer, en de put is diep – waar wilt u dan levend water vandaan halen? U kunt toch niet meer dan Jakob, onze voorvader? Hij heeft ons die put gegeven en er zelf nog uit gedronken, en ook zijn zonen en zijn vee.
Jezus
Iedereen die dit water drinkt zal weer dorst krijgen maar wie het water drinkt dat ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft.
Samaritaanse
Geef mij dat water, heer, dan zal ik geen dorst meer hebben en hoef ik ook niet meer hierheen te komen om water te putten.
Jezus
Ga uw man eens roepen en kom dan weer terug.
Samaritaanse
Ik heb geen man.
Jezus
U hebt gelijk als u zegt dat u geen man hebt, u hebt vijf mannen gehad, en degene die u nu hebt is uw man niet. Wat u zegt is waar.
Samaritaanse
Nu begrijp ik, heer, dat u een profeet bent! Onze voorouders vereerden God op deze berg, en bij u zegt men dat in Jeruzalem de plek is waar God vereerd moet worden.
Jezus
Geloof me, er komt een tijd dat jullie noch op deze berg, noch in Jeruzalem de Vader zullen aanbidden. Jullie weten niet wat je vereert, maar wij weten dat wel; de redding komt immers van de Joden Maar er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, hem aanbidt in Geest en in waarheid. De Vader zoekt mensen die hem zo aanbidden, want God is Geest, dus wie hem aanbidt, moet dat doen in Geest en in waarheid.
Samaritaanse
Ik weet wel dat de messias zal komen, die gezalfde genoemd wordt; wanneer hij komt zal hij ons alles vertellen.
Jezus
Ik, die met u spreek, ben het.

Lied – Drinken

Marc geeft een bijbelse opstap bij de lezing

Johannes vertelt een verhaal van een in die tijd onmogelijke ontmoeting bij de bron van Jakob.
Joden gingen niet van Zuid naar Noord in Israël door Samaria, maar er in een grote bocht omheen – het was verachtelijk gebied in joodse ogen. En bovendien, een joodse rabbi spreekt niet alleen met een vrouw alleen, en zeker geen Samaritaanse – een onreine in de opvatting van de wetsgetrouwe joden.
Van hun kant wezen Samaritanen pelgrims naar Jeruzalem de deur en verleenden hen geen onderdak. Dit alles was gegroeid uit een eeuwenlange vijandschap. De Samaritaanse vrouw heeft geen naam want zij staat in dit verhaal voor heel het volk van Samaritanen.

Het gaat hier dus over een onmogelijke ontmoeting zoals vandaag de dag ook tussen Israëli’s en Palestijnen – Israël heeft een apartheidsmuur van 620 km. tussen hen opgetrokken.
En er zijn in de wereld vandaag wel meer van die muren, weliswaar niet altijd even zichtbaar: muren tussen wij en zij – tussen wij en de ander die niet is zoals wij –wij en de vreemdeling / vluchteling, tussen wij en de moslims / tussen arm en rijk / tussen eerste, derde en vierde wereld, … er zijn mensen die zelfs niet meer over de brug willen / kunnen komen, teleurgesteld, uitgesloten, arm gemaakt, in de steek gelaten, overbodig geworden…

Jezus moest door Samaria. “Moest”: want er moeten grenzen doorbroken worden.
Hij heeft dorst en vraagt de Samaritaanse te drinken.
Zij gaat niet zomaar op zijn verzoek in. Het is alsof ze zegt: ‘Nu je versmacht van de dorst zijn wij weer goed genoeg…?’ Jezus hoort wat zij denkt: ‘Als u wist wie u om water vroeg, dan zou u Hem om levend water vragen, en u zou nooit meer dorst hoeven te lijden.’
Haar antwoord is duidelijk: ‘Rabbi u hebt niet eens een emmer en de put is diep – u bent toch niet groter dan onze vader Jakob die ons deze put gegeven heeft ….’
Velen zeggen: zij snapte er niks van wat Jezus bedoelde. Hij heeft het niet letterlijk over putwater, maar over levend water – over een innerlijke, geestelijke bron van leven.
Ik zeg: niks misverstand, zij hield zich bewust van de domme en nam het gesprek in handen. Zij wilde Jezus uit zijn tent lokken en zijn ware aard en inzet kennen t.a.v. haar en haar volk.
Jezus gooide het dan maar over een andere boeg in een poging haar te overtuigen: ga, roep uw man en kom weer hier naar toe. Ik heb geen man: was haar antwoord. Juist, zei Jezus: vijf mannen heb je gehad en die je nu hebt is je man niet.

Aan dit woord van Jezus, letterlijk misverstaan, heeft zij het verwijt te danken in de christendommelijke traditie van zondares of straatmadeliefje. Maar met dit soort moralistische misverstanden heeft de bijbel niets vandoen.
Samaritanen waren sinds de ballingschap een mengvolk van wel vijf andere volken met hun goden en daarnaast vereerden ze ook nog de God van vader Jakob. Goden zijn er vele …
Vrouw, je moet wel weten wie en wat je aanbidt- lijkt Jezus haar voor te houden.
En dat opent haar de ogen – ze moet kiezen en ze erkent in hem een profeet.

Toch is ze nog niet klaar met hem: maar, zegt ze, om de God van Jakob te aanbidden moeten we toch niet Jood worden of naar de tempel in Jeruzalem gaan?
En dan moet Jezus op zijn beurt bekennen: vrouw je hebt gelijk: de tijd is nu dat je afkomst of de plaats waar God aanbeden moet worden er niet toe doen, maar of je God dient in geest en waarheid.
Jezus wordt door deze zelfbewuste Samaritaanse op zijn plek gezet waar hij moet zijn: niet langer een muur tussen jood en niet- jood, tussen jood en samaritaan, man en vrouw, slaaf en vrije. De Messias is er voor allen zonder onderscheid en daarom moest Jezus door Samaria gaan.

Beide zijn nu waar ze moeten zijn: door een muur heen gebroken, een schijnbaar onmogelijke grens over en hebben elkaar echt ontmoet en het beste in elkaar naar boven gebracht. Het was alles behalve vanzelfsprekend, er moesten heel wat barrières en misverstanden uit de weg worden geruimd – van beide kanten. Maar nu het zover is gekomen, gaat het water stromen en is hun beider dorst gelest. Van het putwater is geen sprake meer, alleen nog van levend water dat een bron wordt in haar, in hem, in u en mij, een bron die nooit ophoudt met stromen. Leven en overvloed: zij heeft de ware Jakob gevonden en Hij met haar een volk gewonnen, want door haar kwamen vele Samaritanen tot geloof.

Ook wij moeten door ons Samaria heen trekken, muren slechten en grenzen oversteken, elkaar als christenen over kerkmuren heen ontmoeten en samen optrekken. Bruggen slaan tussen wij en zij – tussen moslims en christenen en andere levensbeschouwingen; ons inzetten te beginnen ieder in zijn omgeving en samen in de Rabotwijk (waar door velen in een grote boog omheen wordt gegaan), voor allen die eenzaam zoeken naar ontmoeting, erkenning, een plek om tot hun recht te komen en te zijn wie ze zijn en niet te moeten vechten om te overleven in onze welvarende samenleving.
Wij hebben onze driekerkenviering en ons gezamenlijk bijbel-leerhuis, pastoor Koen zal nu iets delen van zijn ervaring over de kansen tot leven die ontmoetingen bewerkstelligen en straks vertelt Jos ons over een nieuw initiatief waar we samen aan willen werken: geen waterput maar een soeppot als bron van ontmoeting.
Want alleen het water of de soep die wij delen kan onze dorst naar vrede lessen en alleen het brood dat wij breken kan onze honger naar gerechtigheid stillen. Amen.

Koen vertelt vanuit zijn ervaring over de kansen tot leven die ontmoetingen bewerkstelligen.

· In de Wondelgemstraat lopen heel veel soorten mensen rond. Velen afkomstig uit verre landen, met andere culturen, godsdiensten.
Meestal lopen we elkaar voorbij… ’t zijn geen blijde gezichten, eerder bedrukt, bijna nooit zie je mensen praten met elkaar of even blijven staan.
Hier en daar zie je bedelaars zitten, met een potje (een klein emmertje) in de hand….
Je kunt principieel iets hebben tegen bedelaars (ze zijn toch heel anders, zoals die Samaritaanse) Daarom geef je hen niets, loopt je voorbij zonder hen te bekijken.
Toch zit daar een ‘mens’ (wellicht diep in de put) Zou je hen dan toch even vriendelijk willen in de ogen kijken? Dat kost toch niets? Zo zie je hem (haar) aan, en geef je hen ‘aanzien’ ….
‘Geef me water, Heer, dan zal ik geen dorst meer hebben en hoef ik ook niet meer hierheen te komen zitten’

· 4 op 7 mensen op ’t Rabot (dat is mèèr dan de helft) gaan gebukt onder de armoede.
Er zijn hier in de loop der jaren heel wat initiatieven ontstaan, zoals Wijkgezondheidscentrum, Scholen, Spelotheek, Telekleding, de Site, Eetcafé Toreke.
Toch lopen er hier nog velen doelloos rond op straat. Ze worden wel degelijk dagelijks opgevangen in het inloophuis in de Pannestraat. En ook ’s zondagsavonds zit het lokaal vol met dak- en thuislozen. Meestal kennen ze elkaar.
Toch lopen er ’s avonds laat nog steeds moeders met kinderen rond. Waar komen ZIJ – die zo kwetsbaar zijn – terecht ?
Op ’n avond laat, kreeg ik ’n telefoontje van Carla. Ze meldde me dat er aan het St-Pietersstation een ganse familie met kinderen ligt in de kou. Ik had juist op AVS vernomen dat er een nachtopvang is in het gebouw van Instituut Moderne. Maar kinderen zijn daar niet gewenst. Toen we met Kras dit aankaarten bij de Schepen van Armoedebestrijding, vernamen we dat er voor ‘n opvang van moeders met kinderen, voorlopig nog ‘geen politieke meerderheid’ voor is.
Ondertussen ligt aan de Nieuwe Vaart reeds jaren een ‘Poezenboot’..

· Heel wat eenzame mensen worden in onze stad dood aangetroffen.
Meestal werden ze vroeger heel vroeg in de morgen naar het kerkhof om er in de put gebracht te worden. Sinds 2 jaar vormen we een groep ’Waardige Uitvaart’: mensen uit Kras, de Kleine Zusters en het Huis van de Mens (St-Antoniuskaai). Deze groep zorgt er voor dat zulke eenzamen op ‘een waardige wijze’ worden begraven. We noemen hun naam, een tekst wordt voorgedragen, een lied op gitaar gespeeld, een bloemetje op de kist gelegd. Sinds Allerheiligen hebben ze reeds 11 mensen op ’t Westerkerkhof begraven.
Enkele weken geleden zijn we als groep bij elkaar geweest om te evalueren. Iemand zei: ‘Wij zien elkaar steeds rond de dode bij de put. Hoe verschillend wij ook denken, spreken wij aan de put waardige woorden uit. Of wij nu in het leven na de dood geloven of niet, één ding bindt ons: “Wij geloven allemaal zeker in het leven VOOR de dood !” Want hier op aarde moet het leven zin hebben voor alle mensen, hoe verschillend wij ook zijn. Daarom mag aan de put geen verdeeldheid zijn, maar een ontmoeting net zoals Jezus met de Samaritaanse vrouw.
Zo bouwen we hier ook ‘Bruggen naar elkaar, bruggen naar ’t Rabot’ De dialoog is het enige middel om stappen te zetten naar eenheid en vrede…

· We houden vandaag reeds de Vierde samenkomst met de kerken op ’t Rabot, en mag ik – als pastor in de katholieke kerk samen met Marc en een lieve vrouw voor de tafel staan.
In het vroege christendom was er voor zaken die werkelijk van belang waren voor het volgen van Jezus, geen verschil tussen vrouwen en mannen. Vandaag willen wij de speciale aandacht vestigen op de Samaritaanse vrouw als bron van levend water. De weg tussen droom en werkelijkheid is ’n lange weg. We hoeven die niet ineens af te leggen maar wél op die weg blijven in de richting van menselijk heel worden Intussen mogen wij blijven dromen dat het anders zal worden, maar er ook samen iets aan doen en volhouden als levend water tegen de stroom in

Muziek
Terwijl we de jongeren en kinderen halen is er tijd om op jullie kruikjes te noteren waaruit jij put, en aan de andere kant: waar en of wanneer jij een bron bent voor anderen…

Kinderen zingen het lied: Twee emmertjes water halen

Twee emmertjes water halen
twee emmertjes levend
Jezus wil dat geven
Jezus zet ons in de zon
kom maar allen naar de bron

Van je klaar, klaar ,klaar hier ontmoeten wij elkaar
van je erk, erk, erk allen samen in de kerk.
Van je voort ,voort, voort,
gaan we straks weer door de poort
naar de ander toe!

Twee emmertjes water halen,
twee emmers vol levend
Jezus wil dat geven,
Jezus roept ons naar de bron
kom maar alle mensen, kom!

We hoorden de kinderen en jongeren al, het nu tijd voor de rest van de gemeenschap om onze kruikjes naar voor te brengen: onze bijdrage tot de gemeenschap, wat wij van de gemeenschap kregen. Als je wil kan je aan de microfoon dit met ons delen….

Afsluitend gebed

Ene,
die wij ervaren als oorsprong van ons leven
die de bron is van ons doen en laten.
We brachten hier samen:
dat waaruit wij putten om te leven,
dat waar wij bron van leven zijn voor anderen.
We vertrouwen ze U toe.
Zegen ze en laat ze vrucht voortbrengen.
Dat ons samenzijn vandaag
ons sterkt en bemoedigt
ons uitnodigt
om verder de weg van ontmoeting
en groei
in vrede te gaan.

Collecte: Jos legt uit dat de collecte voor het “babbelsoep-iniatief “ is en wat de “babbelsoep”
beoogt (op drie zaterdagen, buiten en binnen de St Jozefskerk midden in de Rabotwijk, mensen uitnodigen tot gesprek…)

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Tafeldienst
Dan kunnen we nu aan tafel gaan. Mag ik vragen aan de kinderen en jongeren om brood en wijn en het gedachtenisboek naar voor te brengen.
Naar goede gewoonte willen we op dit ogenblik ook aan allen uit onze gemeenschappen denken die er vandaag om een of andere reden niet bij kunnen zijn, en aan allen waar ook ter wereld die leven onder oorlogsomstandigheden, terreur of uitzichtloze situaties. Voor hen steken we het kleine kaarsje aan. En in ons hart blijven we verbonden met hen die ons voorgingen. We denken speciaal aan de zus van Saskia die gisteren overleed. Als symbool voor het licht dat ze voor ons waren, steken we de kaarsjes in de kom aan..

Samen aan tafel zitten kan een mooie tijd van ontmoeten zijn. Soms kom je dan tot de kern der dingen. Zo ook de laatste avond dat Jezus met zijn vrienden samen was.
Het samenzijn werd overschaduwd door het nakende einde van Jezus leven. En net hier wou hij zijn vrienden laten delen van wat voor Hem de bron was van Zijn leven: waar je zijn Vader kon ontmoeten om kracht en sterkte te vinden om zo te leven dat de dood niet het einde van het ontmoeten is. In delen en breken van je leven, in de ander nabij zijn ontmoet je God, werk je mee aan de realisatie van een nieuwe wereld.

Dit zingen we samen uit in het lied: Genade, vrede, iedereen

Onze Vader

Vredeswens
Wensen we elkaar de vrede toe.
Wetende dat elke keer we de ander ontmoeten
met een open geest en hart,
we een kiem van vrede leggen.
Vrede zij met u allen.

Delen van brood en wijn

Slotwoord
Elke zondag komen we samen om ons te laten inspireren en bemoedigen door woorden van lang geleden en van vandaag. Moge ons samenzijn met de drie gemeenschappen ons “goesting” laten krijgen om verder de weg van de ontmoeting te gaan om de rijkdom van de ander met elkaar te delen.
Na de viering bent u van harte uitgenodigd om bij een drankje deze ontmoeting “aan den lijve” verder te zetten.

Zegening
Dat wij als levend water zullen zijn
voor de mensen die wij ontmoeten
hier vandaag en de dagen die komen
daartoe zegene ons

God, onze Vader en onze Moeder, die bron is van alle leven
die wij ontmoeten in de Zoon, het leven gevende woord
en die met ons is en blijft door de kracht van de levendmakende geest.

Amen

Slotlied: De steppe zal bloeien…

 

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Wat schreven de mensen op de kruikjes,
tijdens deze driekerkenviering in Dominicus Gent?

a. : wie/wat is bron voor mij?
b. : voor wie ben ik een bron?

1 a. Bron: mensen die zonder angst de ander durven aanspreken en uitnodigen.
1 b. 1) empathisch luisteren
       2) Wat zij doet, past in een veel groter, maatschappelijk geheel

2 a. Marieke Van Rijckegem, Demi Lovato, mama, mevr. Mangeleer, Justine
2 b. Marieke Van Rijckegem

3 a. mijn vrienden, mama, Michiel, Toad( ?) , papa, kinderen van de Rabotkerk

4 a. muziek maken met vrienden
ervaringen van anderen
luisteren nr anderen

5 a. Ik leef vanuit de diepe overtuiging dat Jezus in mijn leven bestendig aanwezig is en mij tot zijn leven roept
5 b. Dat leven geef ik door overal waar ik kom.
Het gaat niet om een of andere actie maar om een manier van zijn.

6 a. De onvoorwaardelijke Liefdesbron + warme menselijke relaties + onverwachte diepgaande ontmoetingen
6 b liefdevolle aandacht + warme vriendschap

7 b. Dat ik uit mag stromen naar allen om mij heen, in oprecht mens zijn.

8 b. Praying for others, feeling with the other’s problems. Respect, love.

9 a. STILTE

10 a. geloof, moeder, vader, broer, leerkrachten, zussen

11 a. Mijn broer, veel mensen die ik dagelijks ontmoet, mijn vele vrienden, de liturgiegroep, het leerhuis, maar ook leerlingen, mijn kinderen, kleinkinderen, Erik.
11 b. bron voor mijn leerlingen door dichtbij hen te zijn,
door de nodige kennis met enthousiasme door te geven.
Ook bron als mijn kinderen/kleinkinderen + Erik mij nodig hebben

12 a. Gebed en Eucharistieviering
12 b. inzet voor kleine weerloze mensen
– zij bestaan, ook al vallen zij in onze maatschappij uit de boot.

13 a. Mijn mama, zus, mijn lief familie en vrienden.

14 a. Mijn mama, als ik het niet meer zie zitten dan is zij er om mij hoop in te spreken
en dat komt dan goed, dan vind ik mijn moed terug. ( van Mirte)

15 a. De mensen die mij het meeste nabij zijn en steunen.
Een stukje bijbellezing.
15 b. Omwille van mijn aandacht voor elke andere

16 a. Liefde in al haar manifestaties
16 b. Vertrouwen. Betrouwbaarheid. Luisterbereid. Nabij zonder oordeel.

17 a. Mijn bron = mijn kinderen
17 b. Een luisterend oor voor enkele vrienden met kanker.

18 a. weefsel
18 b. Nooit opgeven

19 a. Mijn bronnen: mijn moeder !!! vrienden! evangelie
Dominicusgemeenschap ! partner! leerlingen op school !
19 b. Open deur zijn en luisterend oor
soep maken en uitdelen
sociale contacten onderhouden ook als het moeilijk is – tijd maken

20 a. Ik put uit God die Liefde is-
Een oneindige onvoorwaardelijke nooit te stelpen bron van Liefde
20 b. Mijn lach uit het diepst van mijn hart voor elk mens die ik tegenkom, die ik ontmoet.
Mijn gebed om iedereen samen te brengen in vrede en liefde.

21 a. God is mijn bron en mijn leven hij leidt mij in alle wegen, zelfs in de diepste dagen.
21 b. Zijn geest is zo groot en Liefdevol, zo wil ik de anderen laten voelen.

22 a ik put uit “liefde” in zijn breedste betekenis. Ik kreeg die van mijn ouders en geef ze verder door aan iedereen.
22 b. Als inspiratiebron ben ik iemand die verbindend werkt. Ik hou van mensen ( ook van dieren en planten) en heb de gave een groot hart te hebben.

23 a. Mijn bron is de religieuze spiritualiteit vanwege en de vriendschap in de Dominicusgemeenschap.
23 b. Uit deze bron put ik om me te engageren in vrijwilligerswerk o.a. voor bewonersgroep van Caritas-Melle.

24 a. het voorbeeld van mijn oudste zus = een warme thuis voor ieder, ongeacht rang, stand, gedrag.
24 b. probeer een luisterend oor te zijn, met mijn kennis en kunnen in onderwijs te helpen waar ik kan…

25 a. geloof, liefde, open weg, vrienden, natuur, Perspectief, structuur, kleuren.
25 b. Gesprek, aandacht, Verwondering, mildheid.
Als ik mezelf blijf worden, kan ik anderen aansturen om zichzelf en niet een ander te willen worden.

26 a. De rijke verhalen uit het evangelie zijn voor mij een bron van inspiratie, hoop en levenskracht. Ook de verbondenheid met de gemeenschap en met alle mensen die op hun manier een vredevolle en menslievende gemeenschap willen opbouwen.
26 b. Mijn luisterend oor, mijn aandacht voor wat mensen ten diepste bezig houdt kan een bron van leven zijn, ook mijn liefde voor kinderen en kleinkinderen.

27 a. Bron: licht, sterren, maan, zon…
muziek & kunst → schoonheid
vriendschap, vriendinnen, collega’s
kleine omwentelingen, mensen die kiezen voor duurzame landbouw, onverdroten inzet van mensen zoals Koen Blieck.
De huidige crisis ( economisch, levensbeschouwelijk, ecologisch…) is een kans tot verandering.
27 b. Bron voor anderen: de kinderen op mijn werk, hun ouders – mijn inzet in voedselteams en wereldwinkel – mensen samenbrengen in vriendschap & trouw.

28 a. AVAAZ – LETS Gent – Groen- Dominicus – De Centrale – warme ontmoetingen – stilte – geven en nemen.
28 b. Ik wil herinnerd worden als iemand die is, was en had willen zijn.
Ik geef nabijheid binnen mijn kunnen. Liefde schrijf je altijd met hoofdletter L .
Mijn bezieler is ook Guy Gilbert. Wat hij geeft aan zijn loubards: Liefde

29 a. Inspirator: Mijn echtgenoot Jan + Ds. Marc Loos. Zij houden mijn ogen open!
29 b. Voor anderen ben ik een luisterend oor, ben hulpvaardig, sta altijd klaar voor een ander.

30 a. My parents getin along, my mama Long has a healt and mom Amiee Kohanski always in good healt.
Love for my family.
30 b. Always smile, try to help. God’s love thru me so people will see.

31 a. ( Religie) studie.
31 b. Als ik les geef ( hoop ik )

32 a. DANKBAARHEID
32 b. VREDE

33 a. Ik put mijn kracht elke zondag weer uit het samenkomen met mensen in de Dominicusgemeenschap.
Zij geven me de zin te leven naar Jezus.
33 b. Ik probeer door mijn voorbeeld met vallen en opstaan, te zijn voor anderen,. Speciaal voor mijn lieve zoon. Ik hoop dat hij daardoor eenmaal de weg vindt

34 a. Bron? Al wie (om het even wie dus) een muur doorbreekt en zo verbinding maakt.
34 b. Als ik kritisch ben ( en gebeurt nogal eens ! ) aandacht blijven hebben voor iets positiefs = opbouw..
Het is net iets te gemakkelijk om negatief te zijn –
= afbraak.

35 a. KNUFFEL
35 b. KNUFFEL

36 a. Mama Papa Mireya Elke zus broer

37 b. Je t’ aime

38 a. Voor mij zijn bron ontmoetingen met dierbaren: familie, collega’s, vrienden, mensen om ervaringen mee te delen…
38 b. Dit geeft me kracht om bron te zijn voor mensen die kwetsbaar zijn, het moeilijk hebben bv. gezinnen met problemen, vluchtelingen, …

39 a. Ik put uit de liefde van mijn kinderen, man en familie.
39 b. Ik hoop dat ik een bron kan zijn voor mensen die aandacht en een beetje liefde nodig hebben.

40 a. Waar ik uit put?
Uit de zondagse eredienst, een moment van bezinning, rust en inkeer. Uit woord, gebed en zang.
40 b. Wanneer ben ik voor een ander inspiratiebron, woord van leven?
Dat kan ik niet weten, je probeert te zaaien maar wat kiemt,& wast, daar heb je als mens geen vat op, dat is het terrein van de Heer.

41 a. Bron: Viering op zondag met “Dominicus”;
toevallige ontmoetingen met mensen die ondanks negatieve ervaringen doorgaan in blijvend vertrouwen in “een betere wereld”.
41 b. Er kwamen al eens mensen die me zochten omwille van een “vraag”, een probleem uitzichtloosheden, nadien evenals ik, gelukkiger waren.

42 a. Gods Liefde is mijn inspiratie voor alles wat ik doe.

43 a. Energie haal ik uit de VOORBEELDEN ACTIES van anderen.
43 b. dagelijks kleine stappen…

44 a. evangelische oproep
44 b. tegen materiële en geestelijk armoede. .

45 Vrede op aarde

46 a. Ik put uit verschillende bronnen maar vooral door de ontmoeting met mensen,
de gevangenen of mijn leerlingen.
ze zijn net zo goed bron van inspiratie als een goede preek of tekst.
46 b. Je kunt dat niet altijd plannen. Vaak zeggen mensen dank U voor iets waar je zelf niet eens bij stil staat.

47 a. Ik put uit de dagelijkse ontmoetingen met anderen, thuis, in contacten met vrienden, familie, op het werk of in de buurt.
Ook wat er allemaal groeit, bloeit en vruchten geeft in de natuur.
47 b. Ik probeer een doorgeef luik te zijn met een eigen ‘touch’.

48 bron: “ Tot wie zouden wij anders gaan Heer?”
Hiervoor is “ no alternative”. De levende (?) gedachte dat we tot elkaar “veroordeeld” zijn. Dat we de aarde moeten delen.

49 a. ik put uit de “ontmoeting” van mensen.
49 b. ik wil mijn best doen om een luisterend oor te zijn.

50 a. Vandaag – een hele tijd geleden dat ik meevierde met Dominicus & Rabot-St. Jozef –
hier en nu een bron.
In verbondenheid.
50 b. Straks – morgen & de volgende dagen meebouwen
leven
leren
aan verbondenheid in Rabot- Blaisantwijk.

51 Bron van leven, dat iemand van me houdt en dat ik op mijn beurt mag graag zien
ondanks alle geweld, terreur, negatieve berichtgeving:
jonge mensen die de/hun weg gaan vol inzet & geloof & hoop.
52 a. Inspirator Mariêtte en ds Marc Loos in zijn wekelijkse diensten.
Gezin en familie leven in deze zo moeilijke tijd.
52 b. Klaar staan voor anderen Amicitia Tolerantia.

53 a. Waaruit put ik mijn bron?
Uit mijn ouders, zij vormen mijn bron van inspiratie en zij maken mij tot wie ik ben.
Ze betekenen heel veel voor mij.
53 b. Hoe ben ik zelf een bron voor anderen?
Ik ben goed in naar mensen luisteren. Als iemand een probleem heeft ben ik altijd bereid om te helpen om hen uit de put te halen.
Soms heb ik dit ook nodig, dus daarom doe ik dit bij anderen.

54 a. Uit mijn liefde voor Hilde en vrienden & familie.
Uit mijn werk als (godsdienst)leerkracht.
54 b. Waarin vervul ik?
Thuis. In de meditatie in Ledeberg.. In de klas.

55 a. Geloof Vader Moeder Broer Zussen

56 a. Mijn lieve mama en mijn familie.
Mijn vrienden van Dominicus van ’t koor

57 a. Door inspirerende mensen uit heden en verleden.
57 b. In de wijk rond de Print (?) -fabriek in Gentbrugge moet ik van mijn huisdokter zoveel mogelijk in beweging blijven tegen mijn Parkinson ziekte. En ik spreek zoveel mogelijk mensen aan. En de blijmoedige uitwisseling groeit.

58 a. Stilte aandacht brengen me bij de bron van en voor te delen leven.
58 b. een luisterend oor
een vragend tegenover
bemoedigend tochtgenoot

59 a. hoop geloof Liefde
60 a. mijn bron: STILTE , positieve teksten lezen, GEBED, Dominicus
60 b. Ik ben bron van leven als ik iemand nabij ben in ziekte, verdriet, in nood – een luisterend oor, een kaartje sturen, smsje, telefoon –
een dikke knuffel, een bezoek, een goed gesprek… TIJD maken voor iemand die zich NIEMAND voelt…

61 a. Elke mens die mijn verwondering en verontwaardiging wakker maakt is een bron van leven.
61 b. Wanneer ik bijbelse droom van vrede & gerechtigheid verduidelijk, openleg via les & vorming hoop ik levend water te zijn maar nog meer door wat ik v. uit die droom (voor)leef

62 a. Bron: In gemeenschap vieren, nadenken, samenkomen en zingen. vb. in Dominicus.
62 b. In dagelijks leven met open geest luisteren naar verhaal van anderen.

63 a. ik probeer te leven vanuit de bron in mezelf.
63 b. De weg van het leven is daartoe een oproep: zorgend nabij zijn .

64 a. Jezus leert me hoe ik vandaag in het leven sta.
Andere inspiratiebronnen zijn mijn leefregels.
64 b. Ik ben er voor arme mensen, voor kinderen in nood.
Ik geef ruimte, licht en warmte aan mensen die aan de kant gezet worden. Niet meetellen. Maar die me helpen zinvol te leven.

65 a. waaruit ik put:
– boeken als van Oosterhuis, Marinus van den Berg, Catharina Visser en vele
anderen.
– het daarmee maken van vieringen ( in Sint Jozef meestal)
– de kracht die die vieringen samen, geven.
– de familie, kinderen, kleinkindjes & vrienden.
– Dominicusvieringen
65 b. waardoor ik anderen kan laten putten:
– “de” / “mijn” inspiratie die ik in de vieringen mag uitwerken.
– het doorgeven en geven van zorg aan de kleinkinderen. Hen tot “mooie” mensen
helpen uitgroeien.
– de “zorg” voor / in de familie & vriendengroepen.

66 a. Levend water voor mij ? vrienden ouders

67 a. In de vieringen en verkondiging de zondagmorgen met de Dominicusgemeenschap.
Lezen, horen, spreken, over levend water, lest de dorst een beetje en geeft nog meer zin naar…
67 b. als ik kan luisteren met open hart naar anderen.

68 a. Ik put uit alles wat positiviteit uitstraalt, Hoop en ( ?) biedt.
68 b. Ik probeer tijd te nemen voor mensen die het moeilijk hebben, ruimte voor hun verhaal, helpen zoeken naar antwoorden op vragen.
69 a; Dominicus en de Muide / Rabot doorbreekt
mijn visie (?) ( ?) wijk ( ?)
achtergrondinformatie bij actualiteit en hoofdartikels in de media
mensen die de duiding geven achter het nieuws
69 b. Via Dominicus het leven in de wijk (helpen) ondersteunen.
In gesprekken verder proberen te kijken dan de waan van de dag.

70 a. Vieringen als deze zijn bronnen.
Het “woordje” van Koen: hoe inspirerend !
70 b. Ik probeer voor mijn kinderen een bron te zijn.

71 a. PAPA

72 a. vertrouwen in een liefdevolle God en vertrouwen in mensen.
72 b. zorgen voor anderen in kleine dingen
mensen ontmoeten, luisteren naar mensen die ik ontmoet.

73 a. Ik voed mij aan de bron van goede vrienden.
73 b. Ik wil een bron zijn voor mijn kinderen – kleinkinderen zieken bezoeken

74 a. ik put uit nabijheid van echte vrienden en de weg!
de weg die ik nog niet echt zie maar er wel is en waarop ik zal stappen samen met anderen.

75 a. Wie / Wat is voor mij een bron van leven? Lees het Nieuw Testament.
75 b. Voor wie mag ik een bron van leven zijn? Hopelijk voor kinderen & kl. k.

76 a. mijn kindje Amélie samen bidden met mijn gezin
onverwachte uitspraken van jongeren mensen in de gemeente

77 a. Mijn bron: Jezus v. Naz in het N.T. andere mensen
77 b. Voor anderen? als ik luisterend kan samenzijn

78 a. Een bron voor mij:
Ik denk dat het warme en veilige nest waaruit ik kom en het voorbeeld van mijn moeder die eenvoudig vertrouwend openstaat, mijn belangrijkste bron blijft.
De wekelijkse viering.
Af en toe een wonder meemaken.
Mooie dingen zien gebeuren. Dat is zo verkwikkend.
78 b. ik een bron?
Door een gastvrije ruimte te bieden en proberen te zijn.

79 a. Jezus is mijn bron van mijn leven.
Ik heb hem toen ik klein was leren kennen via het verhaal van de bijbel
en verder in het leven goede dingen te doen en leren de barmhartig over het ( ?) mensen in de wereld.
79 b. mijn bron in de wereld is mijn zoon en het gezin.

80 Het Avondmaal ( mysteriën) ook voor Christenen en zo die niet orthodox zijn
LIEFDE voor ieder van ons.

81 a. Aandacht en waardering ontvangen.
81 b. Warmte en verdraagzaamheid uitstralen.

82 a. Mijn zussen en mijn familie en mijn ouders en mijn vrienden.

83 a. Jezus voorbeeld de liefde van mijn gezin de gezinsgroep boeken
ontmoetingen met vrienden
83 b. mijn gezin de vormelingen

84 liefde

85 a. verbinding
85 b. vuur

86 a. Give glory to God for his power to make you successful
86 b. Thank your Maker for his Promise to make you fruitful.

87 a. Begrip, ( ? ) , vergeving, aandacht, rust, diepgang
87 b. Spreken, ontmoeten, samen eten, luisteren, stilstaan.

88 a. mijn vader is 83 jaar. Hij heeft voor de 3de maal Kanker.
Deze keer heeft die kanker hem echt te pakken.
ondanks hij vermagerd is grauw en vaal geworden zie ik in zijn ogen een schittering van hoop.
Hij is mijn bron om verder te gaan. Jaak.

89 a. Gezien worden. Stilte. Verbondenheid.
89 b. Bron zijn luisteren anderen respecteren.

90 a. Mijn bron komt veelal uit de zondagsvieringen van Dominicus.
hedendaags, alert, troostend en gebaseerd op de bron Jezus.
91 a. Uit de wekelijkse bijeenkomsten in de kerk of bezinningsmomenten.
91 b. een luisterend oor, een mens op weg.

92 a. Mijn Levens Bron is God.
Uw Geloof Die U leven behoeden en standvastig.
92 b. mijn dagelijks leven: dienen.
voor oude mensen in gemeenschap.
Dienen om mensen te helpen die nodig is.
Dienen voor de dieren want zij zijn ook Gods schepping.

93. Solidariteitsgroepen,( voor Palestina), vluchtelingen), …) waar katholieken, protestanten, atheïsten, Joden, moslims,… samenwerken naar eenzelfde vreedzaam doel.

94.a. de bijbel geeft mij steeds nieuw inzicht en nieuwe kracht.