DE WAARHEID LIGT NIET BINNEN, MAAR TUSSEN ONS… (ENGAGEMENTSVIERING MET KAUTAR OULAD EL HAJ)Oulad El Haj)

Dominicus Gent

Viering van zondag 4 juni 2023

De waarheid ligt niet binnen, maar tussen ons…
(Engagementsviering met Kauthar Oulad El Haj)

 

Welkom aan allen die vandaag met ons meevieren, hier of via het scherm thuis.

Geregeld laten we in onze viering mensen aan het woord over hun engagementen. Ze delen met ons hun motivaties, hun diepste geloof in wat hen als mens drijft om te doen wat ze doen. Wij mogen daardoor delen in die rijkdom.

Want, zoals Mahatma Gandhi zegt: We hebben misschien wel onze eigen meningen, maar waarom zouden die in de weg staan om elkaar van hart tot hart te ontmoeten?

Daarom zijn we blij om vandaag mevr. Kautar Oulad El Haj te mogen verwelkomen. Zij zal zich straks voorstellen, maar wat me trof is haar vraag, vanuit haar gelovig zijn, wat ze kan doen om bruggen te bouwen tussen de verschillende levensbeschouwingen/religies. Iets dat in onze samenleving steeds meer onder druk komt te staan. Zij gelooft dat kennis over elkaar en dialoog daarvoor van essentieel belang zijn. Voor mij heeft dat iets profetisch: proberen om; getrouw aan wie je bent, en wat je overtuiging is, verbindend te werken, in de tegenstroom gaan staan. En zo een andere Stem te laten horen.

Maar laten we eerst de Paaskaars aansteken. Daarmee willen we het licht van de Allerhoogste, van de Ene in ons midden brengen. Licht dat in ons aanwezig is als kracht, licht dat ons een weg ten leven wijst.

En zingen we ons verlangen naar een vredevolle wereld uit in het lied:

Waar is de plaats die vrede lacht?
Waar wordt aan mensen recht verschaft?
Waar is de God die leven geeft?
In elke mens die liefde deelt.

Ik zoek de plek waar vrijheid heerst,
waar elke mens van angst geneest,
ik zoek de God die armen heelt,
in elke mens die liefde deelt.

Ik zoek het land dat vreugde heet,
vrij van geweld en oorlogsleed,
ik zoek de stad waar God regeert,
in elke mens die liefde deelt.

Hier is de plaats waar vrede lacht,
hier wordt aan mensen recht verschaft,
hier is de God die leven geeft,
in elke mens die liefde deelt.      

Muziek en Tekst: Berre van Thielt

 

Om recht te verschaffen en liefde te delen is het belangrijk elkaar goed te begrijpen en tot een constructief samen spreken te komen. Om daartoe inspiratie op te doen luisteren we naar een brief van Paulus aan de Korintiers.

  1. Jaag de liefde na en streef naar de gaven van de Geest, vooral naar die van de profetie. 2. Iemand die een vreemde taal spreekt, spreekt niet tot mensen, maar alleen tot God. Niemand kan haar verstaan want door toedoen van de geest spreekt hij onbegrijpelijke taal. 3. Maar iemand die profeteert spreekt tot mensen, en wat hij zegt is opbouwend, troostend en bemoedigend. 4. Iemand die in vreemde talen spreekt, is daar alleen zelf bij gebaat: iemand die profeteert doet dat ten bate van de gemeente. 5. Ik zou willen dat u allen in een vreemde taal kon spreken, maar wil nog liever dat u profeteert. Iemand die profeteert is nuttiger dan iemand die in een vreemde taal spreekt, tenzij hij uitlegt wat hij zegt, zodat de gemeente er baat bij heeft. 6. Broeders en zusteres, welk nut zou ik voor u hebben als ik in een vreemde taal zou spreken zonder u tegelijk iets te openbaren, zonder kennis door te geven of iets te profeteren, of zonder u te onderwijzen? 7. Het is als met een instrument, bijvoorbeeld een fluit of een citer. Als er geen verschil tussen de tonen is, hoe kan men dan horen welke melodie er wordt gespeeld? 8. En als een trompet een onduidelijk signaal geeft, wie maakt zich dan gereed voor de strijd? 9. Voor u geldt  hetzelfde.: hoe moet men u begrijpen  als u in onverstaanbare klanken spreekt? Uw woorden verdwijnen in het niets. 10. Er zijn ik weet niet hoeveel talen in de wereld en ze hebben allemaal betekenis. 11. Als ik de taal van iemand die tot mij spreekt niet ken, blijven we vreemdelingen voor elkaar. 12. Dit geldt ook voor u: als u zo graag geestelijke gaven bezit, moet u ernaar streven uit te blinken in de opbouw van de gemeente. Broeders en zusters, wat betekent dit voor u samenkomsten? Wanneer u samenkomt draagt iedereen wel iets bij: een lied, een onderwijzing, een openbaring, een uiting in bevlogen taal of de uitleg daarvan. Laat alles tot opbouw van de gemeente zijn. 27. Er mogen twee, hoogstens drie van u zo’n taal spreken, ieder op zijn beurt en bovendien met iemand die uitleg geeft. 28. Is er niemand die dit kan, dan moeten ze zwijgen en alleen voor zichzelf tot God spreken. 29. Laat van hen die profeteren er telkens twee of drie spreken, daarna moeten de anderen het beoordelen.

 

Het zijn turbulente tijden. Men kibbelt in de politiek, zo erg dat niet alleen kiezers maar ook geëngageerde mensen haar ontmoedigd de rug toe keren. Jongeren worden  op Tiktok vernederd en vervolgens 70.000 keer bekeken, Reuzegommers worden in Gent aan de schandpaal genageld,…. Nooit hadden we meer middelen dan nu om met zovelen vlot toegankelijk te communiceren en toch lijkt correcte communicatie, authentiek, en snel goed geïnformeerd zijn soms verder af dan ooit. Wie weet nog wat waar is en onwaar? De Babelse taalverwarring die aan Pinksteren vooraf ging lijkt alomtegenwoordig.

Het goede, het ware, en het schone delen is nochtans essentieel verbonden met wie we zijn, onmisbaar als zuurstof voor goed samenleven.  Hoe diverser en globaler de samenleving, hoe belangrijker het wordt dat we elkaar op dat punt verstaan met dichte buren en mensen veraf.  Zonder die kern ontsporen we gemakkelijk, vernielen we ons leefmilieu, komt er oorlog en ontmenselijking bij migratie bijvoorbeeld.

Tot waarheid komen, een goed onderscheidend vermogen bereiken rond fundamentele en complexe thema’s, dat mag en moet elk van ons voor zich doen, maar gelukkig niet alleen. De waarheid ligt niet binnen ons, maar tussen ons. We kunnen ze vinden door in gesprek te gaan. Lezen, uitwisselen, leren van anderen, samen vieren, experimenteren en de gevolgen van acties observeren…  brengen onze tot nieuwe inzichten  die we op hun beurt willen delen met elkaar en laten bevragen of aanvullen. 

Die weg volgen van doordenken op het eigen inzicht heeft Jezus ons voorgedaan. Hij startte in overleg met de eigen traditie, als jong volwassene al in de synagoge, dan met zijn leerlingen, en  vervolgens met heel wat anders-denkenden, ’ten huize van’ hen die soms zondaars genoemd werden.  Hij sprak met heel diverse mensen op een manier die hen nieuwe kansen deed zien…  totdat de tijd rijp was om naar het hart van de macht te gaan. Daar moest een structureel probleem worden aangepakt dat bevrijding in de weg stond.  De boodschap was er allerminst welkom. Vanzelfsprekend is zo’n gesprek nooit.

In de periode die volgt na de dood van Jezus, is Paulus doordrongen van die nieuwe boodschap die hij met anderen wil delen. Vanuit zijn ervaring met dat proces, geeft hij advies in zijn brief aan de Korintiërs over hoe je zo’n boodschap best brengt.  Spreek geen vreemde taal, zegt hij: ken je publiek en spreek een taal die verbindt. Zolang we elkaars taal niet  verstaan blijven we vreemdelingen voor elkaar.  Hij vraagt ons ook om steeds opbouwend, troostend en bemoedigend te zijn.  En om nut te hebben moet ons spreken voor hem  iets openbaren, kennis doorgeven:  iets profeteren, of onderwijzen. Paulus ondestreept daarbij dat we onze standpunten of richtlijnen moeten uitleggen: wat en hoe en waarom. Het is iets wat ik vaak mis in discussies en beslissingen die genomen worden: de motivatie, objectieve en mogelijks subjectieve argumenten delen zodat er een echt gesprek en gedeelde beslissing kan komen.  Een veeleisende opdracht natuurlijk. Hoe beter je elkaar leert kennen, de betekenis achter de woorden leert kennen, hoe gemakkelijker het gesprek zal lopen.

Maar naast de profetie die als doel heeft ommekeer te brengen, is er vandaag misschien toch vooral nood aan een zekere nederigheid wat betreft betreft het eigen gelijk, nood aan dialoog. Het gaat dan niet om het eigen standpunt in de strijd om inzicht met argumenten en tegenargumenten. Maar  het  peilen naar het inzicht van de ander staat centraal terwijl ook ons inzicht gedeeld wordt. Doel is hier vooral wederzijds begrip. En toch is het evenmin vrijblijvend. Bij echt begrip van de ander kan impact op hoe je samen in het leven staat niet uitblijven.

Tot een  goede dialoog komen is evenmin een eenvoudige opgave. De laatste jaren wordt er hard gewerkt om te begrijpen hoe we dit steeds beter kunnen doen. In het tijdschrift Tertio las ik deze week dat de UCLouvain twee eredoctoraten uitreikt voor dialoog binnen en tussen religieuze tradities: aan Catherine Cornillie (Boston College) en aan Elisabeth Parmentier (Universiteit van Geneve).

In haar 2008 boek De on-mogelijkheid van interreligieuze dialoog ziet Catherine hoe velen – in het licht van religieuze claims die met elkaar wedijveren – hun hoop vestigen op dialoog om goed begrip te bevorderen en geweld te reduceren. Zij probeert te begrijpen waarom die dialoog zo vaak faalt en doet voorstellen om de obstakels uit de weg te ruimen in diverse hoofdstukken van het boek. Die dragen titels als nederigheid, overtuiging, inter-connectie, empathie en generositeit. 

In een tweede boek Vele huizen: tot meerdere religies behoren en  Christelijke identiteit probeert ze te begrijpen hoe het kan dat sommigen zich tot meer dan 1 religie bekennen.

Ze ziet het gebeuren vanuit het inzicht dat alle religieuze tradities bekeken worden als verschillende uitdrukkingsvormen van dezelfde ultieme religieuze realiteit en ervaring.

Ze ziet ook hoe sommigen trouw blijven aan het ene symbolisch kader van hun traditie terwijl men de eigen inzichten vertaalt in het kader van van een andere traditie.  Zo ontmoeten we agnostische Christenen, of Christenen die yoga en Oosterse meditatie beoefenen, of het Christendom en boeddisme combineren.

Tenslotte begrijpt ze dat men de complementariteit van diverse religies kan erkennen die een kritische, aanvullende  en constructieve rol kunnen spelen bij de eigen beleving. Dat kan vertrekken vanuit het geloof dat ook andere religies  een eigen openbaring kregen die ons inzicht in  Gods heilsplan doen toenemen.

Ik denk dat we het er kunnen over eens zijn dat de dialoog een belangrijk thema en bron is van waarheidsvinden. Ik ben dan ook bijzonder blij dat Kauthar, als moslimexperte,  bereid is om hierover vandaag met ons in dialoog te gaan en haar ervaring en inzet voor dit thema met ons te delen. In de beperkte gesprekken die ik met haar aan de UGent mocht hebben, heb ik hoegenaamd nooit iets van vervreemding ervaren, maar wel integendeel een onmiddellijke klik van ja: waar Kauthar naar streeft en mee bezig is dat herken ik helemaal, dat is ook een stem die Dominicus zal bemoedigen en waar wij kunnen van leren.

Vooraleer we naar haar luisteren, zingen wij nog een lied van mensen die de moed hebben om samen met anderen op weg te gaan, van donker naar licht.

 
Vroeg in de morgen, donker was het nog,
zijn wij gegaan, een keer,
nog in ons hart de dichtheid van de nacht.

Jij bent niet die wij dachten. Uit het vuur
riep ons bij naam een stem.
Wij zagen niets. Jij riep: ‘Ik zal er zijn’.

Op licht en schaduw, bomen aan de bron,
op stilte leek die naam.
Een gloed van liefde schroeide ons gezicht.

Om wat wij hoorden (maar wat hoorden wij?)
om wat op vrijheid leek,
omdat het moest en blijven niet meer kon.

Zijn wij gegaan, onstuimig en verward,
om nergens om, om jou –
om liefde over alle grenzen heen.

Een troep die sloft en zwerft, de richting kwijt.
De nagalm van een stem.
De weerklank van wat woorden in ons hart.

Een slingerende stoet naar goed wijd land.
Een eeuwenlang smal pad.
Een ademtocht, de route van het licht.

Het duizendschone schitterende licht,
een file in de nacht,
een spoor van mensen die de nacht verslaan.

Die strompelen tot waar? Tot waar jij bent,
in rusten aan de bron,
in gloed van liefde, vuur dat niet verflauwt.

Vroeg in de morgen, donker was het nog,
zijn wij gegaan, een keer,
met niets dan in ons hart: ‘Ik zal er zijn’.

 

KAUTAR OULAD EL HAJ - Islamexperte - Netwerk Islamexperten ...

De video met de inbreng Kauthar is opgenomen en kan bekeken worden via ons Youtube kanaal
> KLIK HIER

Een lied voor bijna iedereen

Ergens komt een kind vandaan,
van ver, van buiten, zonder naam.
Het is nog niemand, spreekt geen woord,
heeft van de dood nog niet gehoord,
het huilt nog van geboortepijn
en weet niet wie het ooit zal zijn.

Dan roepen mensen jij jij jij
woon hier bij ons,
woon hier bij mij,
de wereld wordt een huis voor jou
en liefde maakt een mens van jou.
Dan geven wij elkaar een naam:
iemand niemand
kind van mensen
ben jij voortaan.

Ergens moet een mens toch heen
hij gaat zijn eigen weg alleen,
en zoekt of in de wildernis
een bron van levend water is,
en luistert of een woord bestaat
waarin zijn toekomst opengaat.

Dan roepen mensen jij jij jij
woon hier bij ons, woon hier bij mij,
het water is een bron voor jou
en toekomst heeft een woord voor jou.
Dan vindt een mens zijn eigen naam:
dorst en water
kind van mensen
ben jij voortaan.

Niemand weet waartoe hij leeft,
waarom hij hart en handen heeft.
Er is geen daarom, eens voorgoed,
maar enkel adem, vlees en bloed.
Zo leeft een mens tot in de dood
onooglijk klein, onzichtbaar groot.

Dan roepen mensen jij jij jij
wees hart en hand en mens voor mij,
wees waarom daarom groot of klein
de mens die jij alleen moet zijn.
Zo leeft een mens van naam tot naam:
vriend en vreemde
kind van mensen
ben jij voortaan.

Niemand weet wat leven is,
alleen dat het gegeven is,
van vuilnisbelt tot gouden troon,
aan vluchteling en koningszoon.
Wie leeft die maakt zijn eigen lied
en wie niet leeft verstaat het niet.

Laat ze maar roepen jij jij jij
wie leven wil die zingt zich vrij;
wie leeft die maakt zijn eigen lied
en wie niet leeft verstaat het niet.
Zo zingen wij elkanders naam:
dood en leven
kind van mensen
zijn wij voortaan.     

T. Huub Oosterhuis   M. Guido Phillippeth

 

Inleiding tafelgebed  
 
We gaan aan tafel.
Aan tafels worden dromen gesmeed, verbindingen gelegd (niet voor niets zijn op grote officiële bijeenkomsten grote diners georganiseerd).
Wordt er naar elkaar geluisterd, wordt er gevierd en afscheid genomen.
In dat laatste geval zal diegene die weggaat nog iets meegeven over wat hij/zij belangrijk vindt.
Zo gebeurde ook in die laatste avond, toen Jezus wist dat zijn leven te einde liep.
Door brood te breken en de beker te delen gaf Hij mee: Hou je leven niet voor jezelf, als je echt wil leven: verbindt je met de ander door te breken en te delen, en doe dat in de verbondenheid met de Ene, met de Vader.

Dat teken willen we elke week opnieuw stellen.
Samen met allen die hier meevieren, met hen die ons op die weg voorgingen, maar in ons hart nog steeds voortleven. Voor hen steken we de kaarsjes aan.

We denken ook aan allen, die waar ook ter wereld, en vanuit welke religie of levensbeschouwing ook  werken aan verbinding van mensen om zo te komen tot een wereld waar het goed is om te leven voor elke mens. Voor al die mensen steken we het kleine kaarsje van verbondenheid aan.

 
Gezegend de onzienlijke

Gezegend de verborgene

Gezegend de levende

Dag liefde die dorstig maakt

Licht dat ziende maakt.

Gezegend mensen die goed zijn

De hand die niet slaat

De mond die niet verraadt

De vriend die zijn vriend niet verloochent.

Gezegend zij de vrouw voor de man

En de man voor de vrouw

En oud voor jong en sterk voor zwak.

Gezegend is de nieuwe mens

Voorbij de dood

Die in ons zucht en kreunt

Die in ons leeft

Jezus Messias.

Die zich gegeven heeft

Zich nemen laat

Die wordt gebroken

Uitgedeeld van hand tot hand

Als brood gegeten.

Gezegend wie door angst gelouterd

Aan de dood voorbij

Leven in licht

Opnieuw geboren.

Gezegend de onzienlijke

Gezegend de verborgene

Gezegend de levende

Dag liefde die dorstig maakt

Licht dat ziende maakt. 

 

Tekst: Huub Oosterhuis   Muziek: Bernard Huijbers