Advent (3): Gaudete, verheug u…

Dominicus gent

Viering van zondag 12 december 21

Advent 3: Gaudete, verheug u!

 

Goedemorgen en hartelijk welkom in deze 3de adventsviering.

Een bijzondere moment dat in de liturgische traditie Gaudete-zondag wordt genoemd.

Vreugdezondag. Gaudete-zondag geeft ons allen de opdracht om vreugdevolle mensen te zijn.

Niet de hiep hiep hoera-cultuur van de media die met prentjes van feestende, reizende en lekker smullende gezichten toont hoe ongelooflijk interessant het leven van anderen wel is maar een diep levensaanvoelen, een vertrouwen doorheen goede én kwade dagen nooit alleen te zijn. Want elke mens is in dit leven gewenst en heeft er zijn unieke plaats en bestemming.

Moge dit vertrouwen voor ons allen een bron van vreugde zijn.

En we steken de Paaskaars aan waarmee we de man van Nazareth present stellen, die precies dat goede nieuws in woord en daad gestalte gaf.

 

LIED VAN EEN VERLOREN LAND

Neerdalen als dauw uit de hemel,

als regen uit zware wolken zal de gerechte.

  1. Gij die voor mij de ruimte schiep,

aarde en hemel bij name riep,

die alles deed wat moest gedaan

opdat een mens maar zou bestaan.

  1. Woestijn waar eens te leven was,

uw Naam verstoven als stof en as.

Geen lover schaduwrijk, geen bron,

alsof Gij nooit met ons begon.

  1. Keer nog uw aangezicht tot hier.

Verzacht mijn hart, wek mijn ogen weer.

Dat niet wat Gij hebt aangeplant

wordt uitgeroeid door mensenhand.

Neerdalen als dauw uit de hemel,

als regen uit zware wolken zal de gerechte.

T Huub Oosterhuis

M Tom Löwenthal

 

Evangelielezing: Lucas 3,10-18

De mensen vroegen Johannes: ‘Wat moeten wij dan doen?’

Hij gaf hen ten antwoord: ‘Wie twee stel kleren heeft, moet delen met iemand die niets heeft, en wie te eten heeft, moet hetzelfde doen.’ Ook tollenaars kwamen zich laten dopen en zeiden: ‘Meester, wat moeten wij doen?’ Tegen hen zei hij: ‘Vorder niet meer dan u is voorgeschreven.’ Ook soldaten stelden hem de vraag: ‘En wij, wat moeten wij doen?’ Tegen hen zei hij: ‘Pers niemand geld af, ook niet onder valse voorwendsels, maar wees tevreden met uw soldij.’ Het volk leefde in gespannen verwachting, en allen vroegen zich af of Johannes die de messias was, maar Johannes gaf hun allen ten antwoord: ‘Ik doop u met water. Maar er komt iemand die krachtiger is dan ik; ik ben te min om de riem van zijn sandalen los te maken. Hij zal u dopen in heilige Geest en vuur. De wan heeft Hij in zijn hand om zijn dorsvloer te ruimen; het graan verzamelt hij in zijn schuur, maar het kaf zal Hij verbranden in onblusbaar vuur.’

 

Het fragment dat we beluisterd hebben begint vrij abrupt. Mensen komen bij Johannes met allerlei vragen. Deze scène wordt echter zorgvuldig voorbereid door wat er aan voorafgaat. En, het moet gezegd, daarin toont de evangelist Lucas zich bijna als een politiek journalist. Met slinkse insinuaties en suggestieve opmerkingen wil hij Johannes uit zijn kot lokken. En dat lukt hem aardig. Johannes scheldt zijn toehoorders de huid vol. “Adderengebroed, roept hij zijn toehoorders toe, wie heeft u voorgespiegeld dat ge de dreigende toorn kunt ontkomen”. Hij is arrogantie van de elites beu. “Denk niet bij u zelf wij hebben Abraham als vader, wij zitten veilig”. Niets van, zegt Johannes, de bijl ligt aan de wortel van de boom; iedere boom die geen vrucht draagt wordt omgehakt en in het vuur geworpen. Zijn toehoorders wisten dat het over hen ging.

Veel milder is zijn toon voor mensen het eigenlijk goed bedoelen. Johannes klinkt dan ook heel redelijk. Wie te veel heeft kan best delen met wie tekort komt. Hij heeft zelfs positieve woorden voor tollenaars en soldaten, ofschoon zij niet bepaald tot de lievelingen van het brede publiek behoren. Mensen zijn verheugd over de gang van zaken. Ze voelen dat er een nieuwe tijd zit aan te komen. Sommigen zijn super enthousiast en willen Johannes zelfs als messiaanse gestalte naar voor schuiven. Het is onmiskenbaar dat hij nieuwe hoop wekt. Er gaat inderdaad een positieve kracht van hem uit. En dat maakt optimistisch. Mensen geloven dat hun bijdrage betekenis heeft en dat stemt vreugdevol. 

Vaak spreekt de Bijbel over God die redding brengt. Het zijn meestal profeten die dergelijke uitspraken doen. Het is in de tijd van Johannes niet anders. Ook hij staat hoopvol gespannen naar iemand die komende is. Die redding brengt. Maar de profetische stem predikt nooit een god die mensen doet indommelen of die valse hoop wekt. Geen Deus ex machina. Profeten doen beroep op menselijke inzet. Enkel in mensen kunnen we Gods werkzaamheid bevroeden. Vandaar juist de reactie van Johannes op de priesterkaste en de elites die meeheulen met de Romeinse bezetter. Zij denken dat uiteindelijk de machtigen der aarde de plak blijven zwaaien. Niemand kan hen dwarsbomen.

Tegen deze zelfgenoegzaamheid in blijven mensen hopen op een God die redding brengt. Misschien hebben we het moeilijk met dergelijke uitspraken. Want, dat is gemakkelijk gezegd. Maar wat betekent dat? Hoe kunnen we ons dat voorstellen? We stellen ons God toch niet voor als iemand daarboven die aan allerlei knoppen zit te prutsen en af en toe toevallig een gelukschot afschiet. Maar misschien kunnen we wel geloven dat er in de geschiedenis een kracht ten goede werkzaam is. En dat die kracht ons mee wil nemen in een dynamiek die vooruit stuwt naar een betere toekomst. En dat we dat niet opgeven. Dat we op die kracht onze hoop stellen.

Er zijn mensen die dit allemaal prietpraat vinden. Het klinkt bijvoorbeeld door in de appreciatie over allerlei initiatieven die in het klein een bijdrage leveren. Hetzij om armoede te lenigen of onrecht te bestrijden. Je moet een beetje simpel zijn om daarin te geloven. En toch zijn ze er: de vele druppels op de hete plaats. De kleine initiatieven die overal ontluiken. Een heel bescheiden dispensarium in een verloren dorp in Burkina Faso waar enkele Vlaamse artsen sinds vele jaren de elementaire zorgen verzekeren en zo goed en kwaad als het gaat plaatselijke mensen verantwoordelijkheid geven; de bouw van toiletten in één van de vele achterbuurten van Addis Abeba, een stad van 7 miljoen inwoners waarvan 70 procent in krotten leeft, waar enkele jonge religieuzen enkele toiletten bouwen als enig sanitair in de wijde omgeving, waar vroeger alle afval en vuil in open riolen door de slums liep.

We hebben met zijn allen veel gereisd en we stellen vast dat deze wereld vooral een grote vuilnisbelt is. Het is niet de mooie blauwe planeet die de ruimtevaders vanuit hun capsule lyrisch bezongen en het scheppingsverhaal uit de bijbel begonnen te lezen. Maar we kennen ook allemaal wel ergens een klein verhaal, waar mensen diepe vreugde beleven dank zij de inzet waartoe ze in staat zijn. Je ziet hoe mensen bewogen worden door een “niet anders kunnen”.

Dat ligt aan een innerlijk instinct waardoor ze geloven in de macht van het kleine gebaar, de bescheiden bijdrage. Een innerlijk kompas van verzet tegen het onmenselijke.

 

NIET ALS EEN MAGISCHE KRACHT

  1. Niet als een magische kracht,

niet op de wijze der goden,

baant onze God zich zijn weg,

niet als een ark van triomf.

  1. Maar als een voetspoor vooruit,

altijd op weg naar bedreigden,

zwervend om vrede en recht,

tegen de loop van het lot.

  1. Niet als de Heer van hierna,

niet als de Man van hierboven,

wil onze God zijn geëerd,

niet als een hoofdstuk apart.

  1. Maar als mens onder ons,

speurend naar hoop voor de minsten,

iemand die doet wat hij zegt,

liefde is hij metterdaad.

 

T Jan van Opbergen

M Bernard Huijbers

 

Vreugde in solidariteit

Elke advent opnieuw wordt onze aandacht gericht op een aspect van armoede in eigen land. Dit jaar, zoals u weet : de enorme woonproblematiek. 1800 mensen dakloos in Gent alleen, waaronder 400 kinderen. In gans België is het aantal daklozen heel erg toegenomen. De laatste jaren met meer dan 200 procent. Geschat wordt zo’n 50 000. mensen.

En dan hebben we het nog niet over de beschamende woonomstandigheden van een hele groep mensen die wel onderdak vonden. Niet over de lange wachtlijsten voor sociale woningen.  Uitgerekend deze week kregen we het ontstellend verhaal over de werkzaamheden en de financiën van Poverello geserveerd. Tot nog toe een beetje hét model van een belangrijke caritatieve instelling die helemaal met eigen middelen (donaties) mensen in armoede helpt.

Misschien zagen jullie de ontluisterende reportage op RTBF of lazen jullie de artikels hierover in het weekblad Knack. Voor wie nu geschrokken luistert zet ik toch enkele feiten op een rij: in gans België investeert Poverello in vastgoed, berekend wordt ten bedrage van 50 miljoen euro. De vzw beschikt over 14 miljoen euro op de bankrekening. Toch staan veel van de gebouwen leeg. Gebouwen die ze cadeau kregen van mensen en organisaties die met een schenking willen bijdragen aan de strijd tegen armoede, onder meer het dominicanenklooster in Oostende en dichterbij de Sint-Antoniuskluis in Strijpen. Veel lege gebouwen terwijl in totaal slechts 80 mensen onderdak wordt geboden. De meesten daarvan in een bed op een gemeenschappelijke slaapzaal. Met een degelijk beleid zou dat plaatje er helemaal anders kunnen uitzien. Het wanbeheer is op zijn minst bedenkelijk. En wanbeheer gecombineerd met een autoritair beleid want medewerkers die vragen hebben bij het beleid, worden voor 2 jaar uit de organisatie gezet en krijgen verbod om nog in 1 van de vestigingen te komen…. Is het overdreven dergelijke autocrate onbekwaamheid crimineel te noemen? Daartegenover staat de geweldig grote en belangrijke inzet van talloze vrijwilligers wiens werk uiteraard onmisbaar blijft. 

Als een caritatieve instelling liever aan de vetpot zit dan de hen toevertrouwde middelen te besteden voor wie ze bedoeld zijn, dan is het hek wel helemaal van de dam. En een ongeluk dat daar bijkomt is het feit dat mensen hun vertrouwen in schenkingen voor goede doelen verliezen terwijl er zoveel bonafide organisaties zijn, die deze gelden absoluut nodig hebben omdat het aantal mensen in nood alleen maar toeneemt.

Ons geloof wordt wel hard op de proef gesteld. Komt het ooit goed?

Dit jaar vieren we 25 jaar De Zuidpoort, vereniging waar armen het woord nemen. Ik haast mij er bij te vertellen dat dit een Vereniging is waar Armen het Woord nemen, die van meet af aan de bedoeling had NIET caritatief te zijn. Dus: geen voedsel- noch kledingbedeling of andere materiële hulp. Wel een werking rond die 3 kernwaarden: Thuis, Strijd en Samen.

Naar aanleiding van het 25-jarig bestaan vroegen we ons af of er wel iets te vieren was. In de periode dat we werkzaam zijn, is armoede alleen maar toegenomen.

We beseffen wel dat we voor de betrokken mensen een verschil hebben gemaakt. Niemand is er direct materieel beter op geworden. Maar er is wel de warmte van een thuis, respect, waardering, oprechte erkenning, luisterbereide mensen maar evengoed inspraak in keuzes en bij beslissingen.

Open informatie over de financies enz…. Er is de onbeschrijfelijk mooie leerweg en ontplooiing van zoveel mensen die een plek vonden waar hun stem en hun talent gezien wordt.

En zijn ook de gezamenlijke acties om op beleidsvlak veranderingen ten goede te bewerkstelligen rond thema’s die door mensen in armoede zelf gekozen worden. Toch rijst meermaals de vraag: wat haalt het allemaal uit?

Hoe kunnen we meer wegen op het politieke beleid dat helemaal de andere kant uitgaat?

Ons geloof is deze week ook politiek waarlijk op de proef gesteld. Wanneer de voorzitter van een christelijke partij blijkbaar niet gehinderd door zijn christelijke visie of kennis van zaken de mensen aan de onderkant profiteurs noemt die leven op kap van de middenklasse die al zoveel lasten te dragen heeft.

Waarmee hij natuurlijk ook impliciet erkent dat de middenklasse veel moet dragen omdat er aan de grote vermogens niet geraakt wordt en omdat er drastisch bespaard wordt op tewerkstelling bij de dienst vennootschapsbelastingen. Il faut le faire.

De vreugde voor Gaudete-zondag zullen we toch uit een ander vaatje moeten tappen dan dat van de berichtgeving van de voorbije week.

En het is belangrijk dat we dat vaatje vinden want het heeft geen zin om aan de frustraties, de ontgoocheling en de woede die volkomen terecht leven bij een deel van de bevolking nog wat zurigheid of cynisme toe te voegen. Er is van dat alles meer dan genoeg.

Laten we dus op zoek gaan naar wat ons tot vreugde stemt in de solidariteit met mensen in nood en naar wat onze hoop gaande houdt ondanks zoveel …..

Ik denk dat het vooreerst belangrijk is dat we blijven doen wat we zelf als zinvol ervaren ook al blijven de verhoopte resultaten uit. Gaande blijven sluit een kritisch afstand nemen en analyseren van wat misschien anders of beter kan, niet uit. De dynamiek van zingeving en betekenis vinden in het werken samen met mensen kan een grote bron van vreugde zijn. Voortdoen…

Daarnaast lijkt mij, voeling blijven houden, fysiek, niet enkel via literatuur of statistieken, contacten blijven opbouwen met de mensen voor wie en waarmee je recht wil doen.

Een beetje raar geformuleerd wellicht: maar je kan beter samen met je kop tegen de muur lopen, dan alleen. Je kan beter frustraties delen dan ze alleen op te kroppen. Goed ventileren is ook in dit verband een gezondheidsadvies.

En in dat verband wil ik een voorbeeld vertellen.

Vooraf dit: Ik wil zeker geen romantisch beeld schetsen over armoede noch materiële leefomstandigheden relativeren maar toch wil ik een verhaal vertellen van een vrouw voor wie ik grote bewondering heb. Ze is één van de mensen die al lang naar De Zuidpoort komen maar ook naar de Beweging van Mensen met Laag Inkomen en Kinderen en naar tal van andere armoede-organisaties. Ik noem haar hier nu Mireille. Ze heeft 2 volwassen kinderen en zolang ik haar ken zorgt ze ook voor andere kinderen. Bijna altijd zijn dat kinderen uit een heel précaire thuissituatie maar ook kinderen met een handicap, zowel fysiek als verstandelijk. Mireille werd zelf in arm gezin geboren en heeft veel moeten ontberen. Ze is dan ook laaggeletterd. De rapporten die ze over  haar pleegkinderen moet maken, zijn de talloze foto’s die ze op Facebook post van hun talloze activiteiten samen. Zo kan ook ik haar onvermoeibare exploten volgen, altijd in gezelschap van haar pleegkinderen. Haar huidige levensomstandigheid zijn allesbehalve rooskleurig toch zorgt zij op een ongelooflijke manier voor de kinderen die haar worden toevertrouwd. En die zijn niet min: om de 2 maand moet een van de kinderen een operatie ondergaan. Maar die weet ook dat de laatste dag in de kliniek een feestje wordt met kaartjes en tekeningen, een paar wimpels, wat zoetigheid … 

En misschien een nieuwe haarkleur. Want zo kan je Mireille en haar kinderen steeds weer met groen, blauw, rosé of oranje haarkleur tegenkomen, als waren het 3 goudvissen op het droge.

Lachen kost geen geld, zegt Mireille.

De voorbije weken heb ik steeds weer gedacht: die kinderen kunnen nergens beter zijn dan bij Mireille.

 

LICHT IN ONZE OGEN

  1. Licht in onze ogen, redder uit de nacht,

geldt uw mededogen nog wie U verwacht?

  1. Als der mensentrooster roepen wij U aan:

noem de namelozen met een nieuwe naam!

  1. Herder, wil behoeden wie in ’t duister valt.

Keer hun lot ten goede, Licht dat stralen zal!

  1. Bloesem in de winter, roze dageraad,

wees ons teken dat de Zon verschijnen gaat!

  1. Regen uw gerechtigheid en bevrucht de aard’,

tot de trouw ontkiemt en vrede bloeien gaat!

  1. Kyrie eleison, dat Gij U erbarmt,

onze kille koude met Uw licht verwarmt!

  1. Christe eleison, nog is niet verstomd

ons verlangend roepen dat Gij spoedig komt!

  1. Kyrie eleison, wees genadig Heer!

Breng ons naar de morgen wacht niet langer meer!

 

T Sytze de Vries

M K.G. Finlay

 

  

Blijf verbonden met de gemeenschap van Dominicus Gent:
via de nieuwsbrieven: https://www.dominicusgent.be/nieuwsbrief/
via Facebook ( https://www.facebook.com/Dominicus-Gent-324436994242688/)
Abonneer u nu op ons Youtube-kanaal ( https://www.youtube.com/channel/UCBCXMCRb0cNw8Dd3tMc9elQ)

Indien u meent dat voor een bepaald object het auteursrecht van de auteur of zijn/haar erfgenamen, of het recht op afbeelding geschonden werd, neem dan contact op met ons zodat de situatie kan worden rechtgezet.