Wie u opneemt, neemt Mij op

Dominicus Gent
Viering van 2 juli 2023
WIE U OPNEEMT, NEEMT MIJ OP

Goede morgen, allemaal, en welkom. Welkom aan jullie hier in de Blaisantvest, en welkom aan heel de wereld, die ons op dit moment kan volgen in cyberspace.

Voor degenen onder u van wie het levensritme mee bepaald wordt door dat van de schoolgaande en studerende jeugd, is dit waarschijnlijk de eerste zondag van de vakantietijd. Behalve als je deze week nog deliberaties te doen hebt, zoals ik.
Vakantie is een periode waarin je al eens wat lui mag zijn. Dat was ook een beetje de houding van Jan en mij, toen wij over deze viering begonnen na te denken. Laat ons eens lui zijn, niet zelf moeten brainstormen en overwegen en kiezen. Wat indien wij ons voor deze viering eens lieten leiden door de lezingencyclus van de liturgische kalender van de Rooms katholieke kerk. Weg met de keuzestress.

Of we het ons daarmee nu ècht gemakkelijker gemaakt hebben? Achteraf bekeken weet ik het zo niet. Soms kom je bedrogen uit…

Er werd een lezing uit het tweede boek der koningen voorgesteld: over de profeet Elisa die te gast was bij een gezin dat kinderloos gebleven was, en van die man wordt vermeld “dat hij al oud was” – en dat betekende blijkbaar dat er van hem niet veel meer moest verwacht worden. Maar kijk: Elisa komt daar langs, en korte tijd nadien bleek de vrouw toch wel zwanger zeker… Wat is daar gebeurd? Er is dan niet veel nodig om een mens zijn fantasie op hol te laten slaan. Maar of we daar nu een viering moeten aan ophangen…

Er werd een lezing voorgesteld uit de Romeinenbrief: over “door de doop in zijn dood zijn wij met hem begraven”. Maar met een man als Dany in ons midden, voelden wij te veel schroom om ons aan zo diepe mystieke Paulustheologie te wagen.

De evangelielezing dan maar. Iets uit Mattheus. Wie zijn leven vindt, zal het verliezen. Wie u opneemt, neemt Mij op. En nog een paar van die uitspraken die blijkbaar vooral proberen de gewone betekenis en de gewone logica van woorden onderuit te halen. En wij die eens lui wilden zijn, en dachten dat we het ons gemakkelijk gingen maken…

Maar is dat niet wat we doen bij alle zondagse vieringen: even lui zijn, even stilstaan, even uit de tijd stappen – om dan vast te stellen dat iets in ons ons in beweging zet. Dat labiel evenwichtspunt tussen stilstaan en bewegen. Misschien had Pieter De Crem (toen hij het had over de eerste coronamaatregelen) toch een punt, toen hij het had over “stilstaand bewegen”…

Kwestie van een punt te hebben om ons op te richten in dat stilstaand bewegen, steken wij de paaskaars aan. Zo’n vlam heeft dat ook: altijd bewegen, en toch stilstaan. Als wij dat vooraan plaatsen, wordt dat voor ons een aandachtspunt.
(Paaskaars)

En wij zoeken inspiratie in die eeuwig onveranderlijke, en toch telkens weer nieuw te ontdekken Schrift …

Schriftlied

Die chaos schiep tot mensenland
Die mensen riep tot zinsverband
Hij schreef ons tot bescherming
Zijn handvest van ontferming,
Hij schreef ons vrij, met eigen hand.
Schrift die mensenoorsprong schrijft,
Woord dat trouw blijft.

Dat boek waarin geschreven staan
Gezichten, zielen naam voor naam,
Hun overslaande liefde,
Hun overgaande liefde,
Hun weeën die niet overgaan.
Schrift die mensendagen schrijft,
Licht dat aan blijft.

Zijn onvergankelijk testament
Dat Hij ons in de dood nog kent.
De dagen van ons leven
Ten dode opgeschreven
Ten eeuwig leven omgewend
Schrift die mensentoekomst schrijft,
Naam die trouw blijft.

T. Huub Oosterhuis – M. Antoine Oomen

Matteüs 10, 37-42: Jezus volgen

“Wie vader of moeder meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig; wie zoon of dochter meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig. En wie zijn kruis niet opneemt en Mij volgt, is Mij niet waardig.
Wie zijn leven vindt, zal het verliezen, en wie zijn leven verliest om Mijnentwil zal het vinden.

Wie u opneemt, neemt Mij op; en wie Mij opneemt, neemt Hem op die mij gezonden heeft.
Wie een profeet opneemt, omdat het een profeet is, zal ook het loon van een profeet ontvangen; en wie een deugdzaam mens opneemt, omdat het een deugdzaam mens is, zal ook het loon van een deugdzame ontvangen. En wie een van deze kleinen al was het maar een beker koud water geeft, omdat hij mijn leerling is, voorwaar, Ik zeg u: Zijn loon zal hem zeker niet ontgaan.”

Oorzaak-gevolg of middel-doel?

Een rare reeks zinnen, in deze evangelielezing. Met als gemeenschappelijk element, dat het gaat over de relatie tot Jezus, en wat we daarmee doen. Wat mysterieuze zinnen, bij momenten. “Wie u opneemt, neemt Mij op” – dan denk ik aan de legende van Sint Christoffel, die een kind over de rivier moest dragen – en het was alsof hij heel de wereld op zijn schouders torste. Een zware last om dragen. En dat kind bleek dan Jezus te zijn.

“Wie vader of moeder meer bemint dan Mij, is mij niet waardig.” Wij hebben deze week de begrafenis gehad van de moeder van Lieve. Om nu even te gaan graven in de verhoudingen tussen ouders en kinderen: ik heb daar nu niet veel zin in. Dat doen we een andere keer wel. ’t Is deze week al confronterend genoeg geweest, qua emoties.

Ik wil wel even stilstaan bij de laatste paar zinnen uit deze lezing. Ik stelde bij mezelf vast dat ik daar in het verleden vaak over een paar woorden had heen gelezen. “Wie een profeet opneemt, zal het loon van een profeet ontvangen. Wie een deugdzaam mens opneemt, zal het loon van een deugdzame ontvangen”: dat was bij mij blijven hangen. Maar nu blijken daar een paar woorden tussen te staan die een aparte klemtoon leggen. “Wie een profeet opneemt omdat het een profeet is”, staat er. “Wie een deugdzaam mens opneemt omdat het een deugdzaam mens is”. Voordat je die profeet, of die deugdzame mens opneemt, is er blijkbaar een evaluatiemoment nodig. Inschatten wie of wat die andere juist is. Die ander herkennen als profeet, als deugdzaam mens, als volgeling van Jezus. Dit riep bij mij een paar bedenkingen op.

Eerste bedenking: leidt dat niet tot selectieve solidariteit? Alleen degenen helpen die ons aanstaan? Degenen van wie we misschien iets kunnen terug verwachten? Degenen bij wie het opbrengt: bij wie we kunnen delen in een loon? Ik veronderstel dat dat niet de bedoeling is. De barmhartige samaritaan heeft niet eerst de identiteit gecontroleerd van de man die langs de weg lag, om te zien of zijn sociale zekerheid wel in orde was. Bij de mensen die Jezus gaandeweg geholpen heeft, is er ook niet meteen sprake van een wederdienst – behalve misschien bij Zacheus: daar nodigt Jezus zichzelf uit aan tafel. Maar Zacheus was een welgestelde belastingambtenaar: bij die zal het er wel af gekund hebben. En wanneer Johannes De Doper laat vragen of Jezus nu echt de komende is, verwijst Jezus naar zijn werken: blinden zien en lammen lopen enzovoort: zonder dat er bijkomende specificaties worden vermeld over wiè geholpen wordt.

Tweede bedenking: als er staat “wie een profeet opneemt omdat het een profeet is”, betekent dat wèl dat er een onderscheidingsmoment is. Je ogen open houden. Het willen zièn als er profetische daden gesteld worden. Profetische woorden willen hòren. Aandacht voor wat rond je gebeurt, en je erdoor durven laten inspireren. Het willen opmerken, wanneer er blinden gaan zien en lammen lopen.

Derde bedenking: dat loon. Ik heb daar soms gemengde gevoelens bij. Het is vaak voorgespiegeld als een soort “extrinsieke motivatie” (om maar even het jargon van arbeidspsychologen en human resources managers te gebruiken). Dan wordt dat loon een reden, een doel waarom je iets doet. Je moet dìt doen: niet omdat het uit zichzelf interessant of belangrijk is, maar omdat je dan iets ànders krijgt, dat blijkbaar wèl het meetelt. Ik heb dat in het verleden zeker zo horen meeklinken in godsdienstlessen, in preken, in getuigenissen van zeer vrome mensen. Ook de zaligsprekingen (ook bij Matteüs) zijn vaak op die manier uitgelegd: “Zalig zijt gij … want groot is uw loon in de hemel”. Doen we het daarvoor, om onze hemel te verdienen, om het Rijk Gods binnen te gaan

Ik voel er méér sympathie voor wanneer dat loon niet in een middel-doel relatie gepresenteerd wordt, maar in een oorzaak-gevolg relatie. Dat wij het Rijk Gods binnengaan: dat is niet een doèl, maar een gevolg. Als gij een profeet opneemt omdat hij een profeet is, dan zult ge ook een profeet worden. Als gij een deugdzaam mens opneemt omdat hij deugdzaam is, dan zult ge ook deugdzaam worden. Profetisch zijn, deugdzaam zijn: dat is besmettelijk voor wie daar oog wil voor hebben. Dat kan zelfs klinken als een waarschuwing: dat loon van profeten: dat is niet altijd leuk geweest. Sommige profeten hebben het hard te verduren gekregen. Maar het kan ook deugd doen. En dat màg. Het is niet verboden dat je je er goed bij voelt, als je weet dat je de juiste keuzen gemaakt hebt. Er zijn tijden geweest dat men het verdacht vond als je van iets kon genieten. Misschien is dit alvast één Blijde Boodschap, één stukje bevrijdingstheologie: deugdzaam zijn màg deugd doen…

Jan gaat straks nog een stukje verder door op dat besmettelijke, dat collectieve, en op die logica van investeren en verloning. Maar we pauzeren even met een lied.

Als je het profetische, het deugdzame wil herkennen, wel: open je oren, je ogen, je deuren. Richt je op en neem het aan…

Blijf niet staan

Blijf niet staan bij het verleden.
Klamp je niet krampachtig vast
aan de tijd die is vergleden,
aan het leed dat moest doorleden,
aan het kleed dat niet meer past.

Open je ogen, je oren, je deuren.
Zie er gaat iets nieuws gebeuren,
iets wat iedereen verrast.

Ja, ik ga iets nieuws beginnen,
iets wat diep in de aarde broeit.
Als een bron zal het ontspringen,
om mijn glorie uit te zingen,
in de dag die open bloeit.

Open je hart en je ogen, je oren.
Zie er wordt iets nieuws geboren:
zaad dat sterft en graan dat groeit.

Blijf niet staan bij wat in ’t donker
van de eeuwen is vergaan.
Steden die in puin verzonken,
hele werelden verdronken.
Hier en daar een steen bleef staan.

Open je deuren, je oren, je ogen.
Zie er is iets nieuws ontloken.
Richt je op en neem het aan.

T. Oda Swagemakers – M. Lieven Termont

mattheus over Investeren en beleggen

Wie vader of moeder meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig; wie zoon of dochter meer be-mint dan Mij, is Mij niet waardig.

Er is dus meer dan de exclusieve aandacht voor de ouders, er is meer dan exclusieve aandacht voor de kinderen. We leren al heel snel dat liefde en aandacht gedeeld moet worden met anderen. Dat is wat ik begrijp uit de woorden van Jezus. Ik lees het als een oproep om gedeeld te beminnen. Niet exclusief. Wie zijn leven deelt zal het vinden. Maak je vrij om het leven te delen. Een oproep om te investeren in gedeeld beminnen.

Over investeren gesproken… Het is een algemene regel om je investeringen te spreiden in functie van een goede opbrengst. Daarom kies ik dus resoluut voor aandelen. Ook al zijn dat risicovolle belegginsproducten, maar wel de enige waarbij je zelf een klein deel ‘mede-eigenaar’ bent. Sterk betrokken dus… Ik vind het Engelse woord ‘share holders’ daarom zoveel sterker. In share zit ook het woordje ‘delen’.

Ge wordt al gewaar dat ik hier een heel ander register van woordgebruik opentrek… Maar dat ligt aan Mattheus zelf. Niet voor niets is Mattheus de patroon van de boekhouders, bankiers en douanebeambten. Hij kan het dus weten… Op dat elan ga ik nu nog even door.

Terug naar de oproep om te investeren in gedeeld beminnen dus… Mattheus geeft 3 investeringstips:

Verdeel je investeringsportefeuille over profeten, rechtvaardigen en kleine mensen.
Dat vraagt dus wat studiewerk en vraagt om het maken van keuzes. Want je kan niet in alles tegelijk investeren. Hoe onderscheid je bijvoorbeeld goede en valse profeten? Of hoe kies je een milieuproject dat je met enthousiasme kan opvolgen? Bij welke kleine mensen voel je je het meest betrokken?

Mattheus trekt een eerste kaart. Die van de profetenaandelen. Er is een heel divers spectrum beschikbaar. Beschouw ze als de risico-aandelen bij uitstek. Er is een brede keuze: de milieuprofeten, de noord-zuidprofeten, de vluchtelingprofeten, de inclusieprofeten, … Jezus zegt dus duidelijk: “wie EEN profeet opneemt”. Niet ALLE profeten. Want je moet je portefeuille toch wel goed kunnen opvolgen. Als aandeelhouder wordt vferwacht dat je door-en-door betrokken bent.
Wie een profeet opneemt, omdat het een profeet is, zal ook het loon van een profeet ontvangen

Een tweede groep in je portefeuille kunnen de rechtvaardigheidsaandelen zijn. Het is een investering in ‘de goeddoeners’. Dit zijn coöperatieve aandelen. Als je daarin investeert dan is extra betrokkenheid nodig. Ook hier is er een brede keuze beschikbaar. Het zijn de aandelen van Pax Christi, Broederlijk delen, Welzijnszorg, Amnesty International, … Wik en weeg, en maak een voor jou haalbare keuze.
Wie een deugdzaam mens opneemt, omdat het een rechtvaardige mens is, zal ook het loon van een rechtvaardige ontvangen.

De derde groep in je portefeuille investeert in kleine mensen. Hier kan je breder spreiden. Het gaat over investeren van aandelen in tijd, kennis en kunde waarbij jij jezelf ook heel goed en nuttig voelt. Het zijn investeringen met een mogelijks warm en direct rendement. Maar let op… Ontgoocheling en verdriet horen er ook bij. Het zijn de omarmersaandelen, de bezoekbeleggingen, de arm-in-arm spaarboekjes, …
Wie een van deze kleinen al was het maar een beker koud water geeft, omdat hij mijn leerling is, voorwaar, Ik zeg u: Zijn loon zal hem zeker niet ontgaan.

De conclusie is dat investeren een heel dynamisch gegeven is. Keuzes moeten voortdurend bijgestuurd worden. Je bent er levenslang mee bezig en met wisselend succes. Maar zoals met alle investeringen moet je het over de lange termijn zien. Je geeft het door… over de generaties heen. Het gaat over opbrengst niet als middel-doel maar wel als oorzaak-gevolg om het met Martins woorden te zeggen.

En het is u dus zeker niet ontgaan dat er in de evangelietekst ook over opbrengsten gesproken wordt. Over het ontvangen van een loon. Dat niet alle investeringen even goed opbrengen is een feit. Dat ziet Mattheus heel helder. Daarover heeft dezelfde Mattheus het drie hoofdstukken verder in de parabel van de zaaier. Over zaad dat in goede grond valt en duurzaam wortel schiet. Er is ook zaad dat op de weg, tussen de rotsen en het onkruid terecht komt… en dus weinig of niets opbrengt. Maar dat is een ander verhaal…

Ik denk dat Mattheus met loon de gedeelde meerwaarde van de inspanningen bedoelt. Als je gericht investeert met een heldere visie en op lange termijn, dan maak je het visioen waar van een wereld omgekeerd. En daarvoor is een doe-mentatilteit nodig. Dat wordt verwacht van de ‘share holders’ van de evangelische boodschap. Mattheus is een goede consultant. Een goede consultant geeft praktisch advies en doet dat gratis. Helder en doortastend. Handen uit de mouwen. Niet opgeven. Maar zorg ervoor dat het voor jezelf haalbaar blijft. Met uitgebluste aandeelhouders kan er niet aan opbrengst gedacht worden. Deel uitmaken van een kritische investeringsclub kan helpen.

Ter afsluiting wil ik mij excuseren voor dit ongebruikelijke taalgebruik. Maar het evangelie consulteren zonder ambitie is geen optie. Het is zoals wijzelf gezonden zijn…

Zoals ikzelf gezonden ben

Zoals Ikzelf gezonden ben
zo moet ook gij op weg gaan.
Geen knechten, vrienden noem Ik u,
mijn woord zal door uw mond gaan.

Wat gij gehoord hebt en gezien
Moet gij bekend gaan maken:
wat Ik in stilte tot u sprak
roept dat vanaf de daken.

Neemt onderweg geen reiszak mee
maar gaat met lege handen
en boodschapt als een vredesduif:
‘Gods Rijk is nu op handen’.

Leert van de duif de simpelheid,
weest waakzaam als de slangen
en, vreest niet hoe gij spreken zult
Al neemt men u gevangen.

Zo zal het Rijk der Hemelen
onder de mensen komen:
op aarde zal hernieuwde hoop
En goede vrede wonen.

T: H. Jongerius – M: Joris Backeljauw

Dienst van de tafel

Jezus nodigde zichzelf uit aan tafel bij Zacheüs. Dat was Zacheüs zijn “loon”, omdat hij in de boom was geklommen. ’t Was waarschijnlijk dààrom niet dat hij dat gedaan had, maar ’t was er wèl een gevolg van. Het heeft hem misschien zelfs iets gekost, zo’n feestmaal – maar daar kon hij wel tegen.

De tafel delen kan een mooi beeld zijn voor dat besmettelijke, dat gemeenschapsvormende dat zit achter de houding van profeten, van deugdzame mensen, van leerlingen van Jezus. Daarom willen wat hier ook cultiveren.

Laat ons dus aan tafel gaan. Mensen die ons volgen in cyberspace: ga ook maar aan tafel. En we denken aan die profeten en deugdzame mensen die zich inzetten, wereldwijd. En we denken ook aan onze overledenen. In de kaarsen die we nu aansteken, zien we ze bewegen…

Genade vrede iedereen

Genade, vrede iedereen!
De Geest des Heren om u heen.
Neem plaats en zet u in de kring,
doet mee tot zijn herinnering.

Wij vieren hier wat nog niet is:
verzoening en verrijzenis;
dat wij tot rust gekomen zijn
verlost van doodsangst en van pijn.

Wij roepen in herinnering
de mens die onze wegen ging,
maar niet de weg van man en macht,
alleen de liefde was Zijn kracht

De mens die weerloos als een kind
de machtelozen heeft bemind;
die door de armsten werd vertrouwd,
op hen had Hij zijn hoop gebouwd.

Hij zei: wie leeft uit zelfbelang,
sterft voor zijn tijd, die leeft niet lang.
Maar wie steeds van het zijne geeft
zal zien dat hij het leven heeft.

Zo heeft hij zelf ons voorgedaan,
is tot de dood ons voorgedaan;
is niet gevlucht uit eigenbaat
en koos de dood als hoogste daad.

En in zijn laatste levensuur
heeft hij gezegd vol geest en vuur:
Dit brood, gebroken en verdeeld,
Ik ben het zelf u uitgebeeld.

De wijn die daar op tafel stond
hief hij omhoog en gaf hem rond:
Dit is mijn bloed, vergoten nu,
ik ben het zelf, ik sterf voor u.

Gestorven gaat die mens ons voor
en leeft in onze wereld door.
Hij moet het winnen mettertijd,
zijn geest leeft tot in eeuwigheid

In alwat klein en nietig leeft,
in alwat nauw’lijks adem heeft,
kijkt hij ons aan en zegt: ik ben
de broer der armen, “n van hen.

Laat ons nu bidden tot zijn Heer,
de Vader, Hem zij lof en eer:
laat komen hier die stad, uw rijk,
wij allen even arm en rijk.

Dat wij verdelen alle brood
en leren scheppen uit de nood,
tot alle kwaad verdwenen is,
herschapen tot verrijzenis.

Onze Vader
Vredeswens

Investeren in vrede zorgt voor een gedeelde meerwaarde. Wij zijn de aandeelhouders van verzet en hoop. De hoop en de zekerheid dat onze inspanningen het visioen waarmaken van een wereld omgekeerd. Vrede en alle goeds. Daar werken we samen aan. Dat drukken we uit in een gedeeld gebaar.

Communie
Tot slot

Zo’n zondagse viering: opzettelijk even lui zijn. Opzettelijk even stil staan. Om dan – verdorie – iets tegen te komen dat ons weer in beweging zet.

Laat ons dus weer de wereld intrekken. Misschien komen we ons loon tegen – dat we profeten worden, en dat dat deugd doet…

Lied om mee te gaan

Wij moeten gaan; aan ’t lied van bevrijding
voegden we weer een eigen refrein,
zagen rondom de glans van herkenning
hoe we elkaar tot Verbondgenoot zijn.
Vonden het Woord, eerder gehoord,
als nieuwe bron op eigen terrein.

Laten we gaan. Geloof in de zegen
die onze God steeds toegezegd heeft,
in niemandsland soms worst’lend verkregen
maar die ons hoop, moed en waakzaamheid geeft.
Neem van hier mee, het vaste idee
Licht blijft de kern, vaak tastend beleefd.

Neem bij het gaan de mantel van vrede
die we behoedzaam om mogen slaan
waarin de naam vol kleur is geweven
Vage beschutting in mensenbestaan.
In de woestijn, vruchten en wijn:
Vrede en zegen! Laten we gaan.

T. Gonny Luijpers / M. Herma Bulder