Werkwoorden, Doe-woorden: vecht….

     Dominicus Gent

Viering van zondag 3 januari 2020

  Werkwoord, Doe-woorden: vecht…

 (“Het woord dat ik jou geef is niet te zwaar, jij kunt het volbrengen… online 1/3)   

 

In de eerste reeks van 3 vieringen van het nieuwe jaar willen we stilstaan bij de vreugde, de verbondenheid, de vrede en de gerechtigheid die we samen telkens opnieuw kunnen realiseren. Want daartoe zijn we allen gezonden, gezonden om aan de slag te gaan elk op onze eigen manier. We zullen ons daarbij in elke viering laten inspireren door een getuigenis van iemand die over haar verbindende gedrevenheid wil komen vertellen.

Ramses Shaffy bezingt deze zending heel mooi in het lied dat jullie vast en zeker allemaal kennen. Laat er ons naar luisteren en wie zin heeft kan het ook meezingen .

 

‘Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder’

Ramses Shaffy

Voor degene in een schuilhoek achter glas

Voor degene met de dichtbeslagen ramen

Voor degene die dacht dat ie alleen was

Moet nu weten, we zijn allemaal samen

Voor degene met ’t dichtgeslagen boek

Voor degene met de snelvergeten namen

Voor degene die ’t vruchteloze zoeken

Moet nu weten, we zijn allemaal samen

 

Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder (x4)

Niet zonder ons

 

Voor degene met de slapeloze nacht

Voor degene die ’t geluk niet kan beamen

Voor degene die niets doet, die alleen maar wacht

Moet nu weten, we zijn allemaal samen

Voor degene met z’n mateloze trots

In z’n risicoloze hoge toren

Op z’n risicoloze hoge rots

Moet nu weten, zo zijn we niet geboren

 

Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder (X4)

Niet zonder ons

 

Voor degene met ’t open gezicht

Voor degene met ’t naakte lichaam

Voor degene in ’t witte licht

Voor degene die weet, we komen samen

Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder (x4)

Niet zonder ons (x …)

Bron: Musixmatch – © Intersong Basart Music Publishers, Marbel Music

 

 

Bijbelse overweging bij het lied en de reeks

Het lied van Ramses Shaffy bezingt twee groepen die geen verbondenheid kennen.

Enerzijds zij wier naam snel vergeten wordt, mensen die denken alleen te zijn, die geen uitzicht zien of als verlamd wachten. Zij moeten weten –bij herhaling zelfs-: ieder hoort erbij! ‘we zijn allemaal samen’:

Anderzijds de succes-vollen, die mateloos trots zijn op wat ze bereikten, en zich onaantastbaar en hoog verheven voelen -‘op hun risicoloze hoge toren en rots’-…. Zij krijgen een terechtwijzing: zo ongenaakbaar zijn we niet geboren. Daartoe zijn we niet bedoeld.

En tot slot bezingt Ramses de bruggenbouwers met open gezicht en zonder verborgen agenda. Open en bloot, licht uitstralend… Zij die vooruitblikken en een wereld van verbondenheid zién. Zij weten met stelligheid ‘wij kómen samen’… In alles wat we doen, in ons zingen, vechten, huilen, bidden, … zijn we mens én medemens. We zingen terecht: ‘niet zonder ons’… en we zingen het bij herhaling opdat het als een zekerheid in ons moge wonen.

 

We lezen de openingszin van de Christushymne uit het Johannesevangelie. (Jo 1, 1):  In het begin was het woord, en het woord was bij God, en het woord was God.

Voor onze oren is dit een cryptisch, filosofisch vers…

Johannes omschrijft Jezus met het Griekse woord Logos dat Woord betekent. ”In het begin was Logos, en Logos was bij God en Logos was God”.

Maar, we weten dat Johannes weliswaar in het gangbare Koiné-Grieks schrijft, maar dat hij –net als zijn tijdgenoten- opgegroeid en gevormd is door de Hebreeuwse Thora.

In dié taal is ‘dabar’ de vertaling van ‘Woord’, maar het betekent ook ‘voorwerp’, -concrete werkelijkheid – en iets actief als ‘gebeuren’ en ‘doen’. Het Hebreeuws kent nl. geen scherpe scheiding tussen het concrete en abstracte. Maw: “In het begin was het woord /de concrete werkelijkheid /het doen bij God en dat woord /dat concrete / dat actieve was God.”.

De eerste drie woorden van de Christushymne -‘In het begin’- verwijzen niet naar een soort oerbegin. ‘In het begin’ begrijpen we best als fundament, als grond van ons bestaan.

Mogen we dan de Christushymne als volgt begrijpen?

“De grond van ons bestaan, is dabar, woord, en tegelijk heel concreet, iets wat te doen staat en dat bij God hoort”.

In vers 14 noteert Johannes: “Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien”

Jezus is geen droombeeld van een mens, maar een mens van vlees en bloed, God onder ons… iemand bij wie woord en daad samenvallen, iemand die doet wat hij zegt.

 

Terug naar Ramses Shaffy. Zijn refrein bestaat uit werkwoorden, ‘doe-woorden’ leren kinderen in de lagere school.

Als we elkaar een jaar van verbondenheid in Christus wensen, dan is dat aan ons te zién, dan wordt dat concreet in ons dagelijks leven, in ons zingen, vechten, huilen, bidden, lachen, werken en bewonderen.

Net als de drie wijzen -wier feestdag we woensdag vieren- zijn wij op weg naar de Liefde van ons leven in die kribbe. De drie volgende zondagen laten we telkens een ‘wijze’ getuigen over één of meerdere doe-woorden uit het lied van Ramses.

 

2 Getuigenis

Inleiding bij de getuigenis

Toen ik aan Tine, de dochter van mijn zus, vroeg of zij bereid was in ’t kader van onze viering te komen getuigen over wat haar drijft in haar werk, kreeg ik onmiddellijk een ‘JA’. Bij elke ontmoeting vertelt ze mij vol geestdrift over haar werk dat haar zo nauw aan het hart ligt en waarin ze zich geroepen voelt om zich meer dan 100% te geven .

Ze wil jullie nu graag vertellen met wie, voor wie en waarvoor ze werkt en ook wel vecht .

 

Getuigenis Tine Hessens   

Beste mensen,

Mijn naam is Tine. Ik ben 26 jaar oud en werk in Ledeberg in het wijkgezondheidscentrum Botermarkt. Ik vermoed dat de meesten onder jullie weten wat een wijkgezondheidscentrum is. In het kort: een wijkgezondheidscentrum is een gezondheidsinstelling, gevestigd in een wijk, die op basis van een solidair betalingssysteem zorg wil dragen voor de inwoners van die wijk, maar ook voor de wijk als sociaal systeem. Dat lijkt een beetje complex misschien, maar belangrijk is te weten dat het wijkgezondheidscentrum zich bevindt op de ‘eerste lijn’ van de gezondheidszorg. Net zoals huisartsen en thuisverpleegkundigen zich daar ook bevinden.

Zelf werk ik in het wijkgezondheidscentrum als gezondheidspromotor, maar nog niet zo lang. Sinds een jaar wisselde ik mijn verpleeg petje in voor het petje van gezondheidspromotor.

Ik vind dat belangrijk om te vertellen. Enerzijds laat dit zien dat ik als gezondheidspromotor nog veel kan en moet leren. Anderzijds wil ik jullie graag vertellen, waarom ik als verpleegkundige geen minuut heb getwijfeld om te starten in de eerstelijns gezondheidszorg, want als verpleegkundige kan je op heel veel plekken terecht. Ik kon ook gaan werken op een ziekenhuisafdeling, op de spoed, op het operatiekwartier, bij het CLB, in een bedrijf, in een privé-kliniek, … Als verpleegkundige zijn er opties genoeg. Als er luisteraars aan het twijfelen zijn om zich te herscholen of nog een opleiding moeten kiezen, kan ik verpleegkunde ten sterkste aanbevelen. Ik zou het direct opnieuw kiezen, moest ik terug gekatapulteerd worden in de tijd.

Ik koos om als verpleegkundige aan de slag te gaan in de eerstelijnszorg omdat ik dicht bij de mensen wil staan, in hun eigen context. Ik vind het steeds een klein beetje een ‘eer’ om ontvangen te worden door de patiënten in hun huis, in hun persoonlijke bubbel, in hun woonkamer, slaapkamer en badkamer. Als verpleegkundige dring je bij patiënten diep binnen in de persoonlijke levenssfeer. Daar moet je heel voorzichtig mee omgaan, maar daar kunnen ook heel mooie dingen ontstaan.

Ik kan/kon er zo van genieten wanneer ik iemand geholpen heb. Een moeilijke wonde heb verzorgd en intussen een zinvol gesprek had over de impact van die wonde op het leven van de patiënt, of ik heb pijnmedicatie toegediend en ik kan lezen op het gezicht welke verlossing dat heeft gebracht, of ik help iemand in bad en ik kan die patiënt helemaal warm wrijven, opblinken en een deugddoende verzorging toedienen.

Dat zijn momenten waarop ik als verpleegkundige tevreden het huis van de patiënt verlaat. Je zag resultaat, je voelt het effect van je handeling, je hart maakt een sprongetje.

Even een kanttekening: Als verpleegkundige in een wijkgezondheidscentrum wordt je tijd verdeeld over huisbezoeken voor de patiënten die fysiek niet in staat zijn zich te verplaatsen, en over consultaties in het centrum voor mobielere patiënten. Ook die consultaties zijn super boeiend. Ik herinner me nog een dame die gedurende 9 maand 2x per dag naar het centrum kwam om een moeilijke wonde aan haar buik te laten verzorgen. We bouwden een unieke relatie op. We hebben samen gejuicht wanneer de wonde zich begon te sluiten en hebben samen verdriet gehad wanneer zich weer een nieuw abces begon te vormen, we hebben vooral 9 maanden samen volgehouden. De dag dat ik de dame kon vertellen dat ze niet meer moest terugkomen, dat haar wonde officieel geheeld was ga ik nooit meer vergeten. Ik schets hier nu een zeer rooskleurig plaatje en dat is eigenlijk niet correct. Als verpleegkundige werken in de eerstelijn is hard werk en moeilijk werk. Soms technisch zeer uitdagend, maar ook mentaal uitdagend. Je bent altijd alleen op pad, je wordt geconfronteerd met moeilijk taferelen en met zware verhalen. Maar het werk is o zo zinvol. Ik geloof dat je om dit werk te kunnen doen er echt een hart voor moet hebben. Je geeft veel van jezelf aan patiënten, maar je krijgt ook veel erkenning van hen terug.

En dat is een mooi aanknopingspunt om te vertellen waarom ik er voor koos om over te stappen naar een job als gezondheidspromotor. Eerst en vooral heb ik geluk gehad, dat de kans zich voordeed om van functie te veranderen binnen het wijkgezondheidscentrum, anderzijds heb ik als verpleegkundige van heel dicht meegemaakt welke gezondheidskloof er bestaat in onze samenleving. En welke invloed dit heeft op de kwaliteit van leven. En die gezondheidskloof gaat hand in hand met kansarmoede, uitsluiting, racisme, eenzaamheid enzoverder. Als gezondheidspromotor in het wijkgezondheidscentrum Botermarkt in Ledeberg wil ik werken aan een gezonde wijk. Enerzijds is het mijn taak de inwoners te stimuleren om gezonde keuzes te maken zoals: eet gezond, minder je alcoholgebruik, neem voldoende rust, verzorg je slaaphygiëne, vergeet je tandartsbezoek niet … , anderzijds streef ik naar een wijk die de inwoners ervan in staat stelt om die gezonde keuzes te maken, die keuzes aan te houden en gezond te blijven.

Als gezondheidspromotor werken we in theorie rond alle mogelijke gezondheidsthema’s. Maar het is onmogelijk om je pijlen op alle thema’s tegelijk te richten. In Ledeberg krijgt het thema geestelijke gezondheidszorg momenteel veel aandacht. Ik vecht in onze wijk, samen met de inwoners, voor een plek voor mensen die mentaal kwetsbaar zijn. Mentale kwetsbaarheid komt voor in alle lagen van de bevolking en bij alle soorten mensen. We willen letterlijk plaats creëren, om te kunnen zijn wie je bent, om elkaar te ontmoeten en van elkaar te leren. Want je ondersteunende netwerk en je vaardigheden om met zo’n kwetsbaarheid om te gaan, maken het verschil. De aanwezigheid ervan kan de kloof in gezondheid sluiten, de afwezigheid ervan vergroot de kloof.

Graag geef ik jullie een aantal voorbeelden van positief resultaat van dit verbindend werk, maar dat is iets moeilijker dan voorbeelden van het verpleegkundig werk. Als gezondheidspromotor werk je aan langetermijndoelstellingen. Desalniettemin krijg ik veel energie van het samenwerken met de mensen. Zo doet het deugd om te zien hoe twee geïsoleerde dames na een traject van ontmoeting nu steevast op woensdag elkaar even bellen en, als een corona het toestaat, samen een koffie komen drinken in de herberg. Of onlangs vertelde een andere wijkbewoner me hoe ze met de vele groenten die ze krijgt via het voedingsinitiatief in onze wijk, soep maakt voor het hele verdiep in haar woonblok. Ze zei me dat ze weet dat die anderen ook nood hebben aan verse en gezonde voeding, maar dat het hen nog niet gelukt was om de schaamte te overwinnen…

Deze praktijkvoorbeelden zijn krachtige signalen die gehoord moeten worden door ons beleid. Als gezondheidspromotoren-team in Gent vechten we samen voor de nodige aandacht en proberen we items op de politieke agenda te krijgen. Onlangs boekten we een kleine overwinning. In Gent wordt binnenkort geld vrijgemaakt om een aantal nieuwe medewerkers aan te werven in het kader van de geestelijke gezondheidszorg.

Als gezondheidspromotor staan we dus met onze beide voeten in veld om samen met de wijkbewoners signalen te formuleren en door te spelen naar het beleid. We willen zowel aan de politiekers als aan de kwetsbaardere mensen meegeven dat we samen de taak kunnen volbrengen. Als we echt luisteren naar elkaar, samenwerken en solidair zijn, kunnen we de gezondheidskloof dichten.

 

 

TAFELDIENST

Tine, je hebt ons laten aanvoelen dat het woord  niet te zwaar is maar dat we het samen (met vallen en opstaan) kunnen volbrengen. Bedankt voor je wijze, concrete en inspirerende getuigenis. Het doet mij telkens deugd als ik zie, voel en hoor dat jonge mensen de weg vinden om in Zijn spoor te gaan .

Ik nodig jullie nu graag uit aan de tafel. Een tafel waarop we elke zondag weer het brood breken dat de Heer ons geeft om het dan nadien uit te delen zoal Jezus ons voordeed. Wij gedenken dat Hij gevochten heeft tot op het kruis, dat hij gebroken is voor ons. Het is Zijn gave aan ons om breken en uitdelen jaar na jaar te kunnen verder zetten.

We doen het in verbondenheid met de zieken hier rechtover, met allen die nu moeten werken, met alle zwoegende studenten en met allen in deze stad aan wie niemand denkt. We verbinden ons met onze dierbare overledenen door de lichtjes aan te steken bij hun namen. We verbinden ons met alle mensen waar ook ter wereld die samen met ons de gedachtenis aan Jezus beleven en vieren door het solidariteitskaarsje aan te steken.

 

Gezegend zijt Gij God, om Uw zoon Jezus die tussen ons kwam wonen.

Hij leefde voluit: vechtend, biddend, werkend,… vanuit Uw Liefde. Dat appelleert en inspireert ons tot op vandaag.

 

Toen Hij op het eind van zijn leven met vrienden aan tafel zat nam Hij brood, zegende het, brak het en zei: Neem en eet dit is mijn lichaam, gebroken voor U.

Hij nam ook de beker met wijn, zegende die en zei: neem en drink hiervan dit is mijn bloed.

Blijf dit doen om mij te gedenken

 

Zo verbinden we ons met hen voor wie Uw zoon zijn voorliefde toonde: voor wie geen deel van leven heeft, geen hand in handen, voor wie geen toekomst heeft. Wij horen hun stem: ‘niet zonder ons’.

 

*

Foto: G.Vanhercke (Budapest, openluchtmuseum communistische beelden)

Blijf verbonden met de gemeenschap van Dominicus Gent:
via de nieuwsbrieven: https://www.dominicusgent.be/nieuwsbrief/
via Facebook ( https://www.facebook.com/Dominicus-Gent-324436994242688/)
Abonneer u nu op ons Youtube-kanaal ( https://www.youtube.com/channel/UCBCXMCRb0cNw8Dd3tMc9elQ)

Indien u meent dat voor een bepaald object het auteursrecht van de auteur of zijn/haar erfgenamen, of het recht op afbeelding geschonden werd, neem dan contact op met ons zodat de situatie kan worden rechtgezet.