Vluchten (1)

Dominicus Gent

Viering van zondag 20 september 2015

Vluchten (1)

Och gaf iemand mij vleugels als van een duif!

Ik zou wegvliegen naar waar ik blijven kon.

 

Goedemorgen aan iedereen van harte welkom.

Middenin de turbulenties van ons leven, zowel privé als in een immer veranderende samenleving, houden we wekelijks halt. Samen. Een moment om op adem te komen, om telkens opnieuw richting te zoeken, om ons te laten oriënteren door het licht van de Paaskaars waarmee Jezus Christus present gesteld wordt, als richtsnoer voor ons leven.

Vandaag en de twee volgende zondagen staan we vanuit verschillende invalshoeken stil bij : Vluchten.

Hoe kan het ook anders? Als we de vinger aan de pols willen houden kunnen we moeilijk voorbij aan een realiteit die zich ongevraagd massief aan ons opdringt: de geweldige instroom van vluchtelingen.

Maar is vluchten enkel en alleen iets van verre vreemde mensen die have en goed verlaten om betere leefomstandigheden te zoeken? Of zijn er momenten, periodes in ons leven dat we zelf ‘vluchten’? Kunnen we dat fenomeen bij onszelf herkennen? En wat betekent dat dan? Daarop zoomt de viering volgende week in. In een derde viering gebeurt een verkenning van wat ‘thuiskomen’ zou kunnen zijn. Voor de vele ontheemden maar ook voor ons, want elkeen heeft daar op een of andere wijze wel ervaring mee.

Hoe je het ook bekijkt: vluchten is een beweging. ‘Och, gaf iemand mij vleugels als een duif’, bidt psalm 55.

Vleugels van vrede, bewogen door Gods Geest zingt ons openingslied:

De Geest van God waait als

   een wind op vleugels van de vrede

   als adem die ons leven doet

   deelt ons een onrust mede

   die soms als storm durft op te staan

   geweld en kwaad durft tegen gaan

   een koele bries die zuivert.

De Geest van God is als een vuur,

   als vlammen felbewogen,

   verterend wat aan onrecht leeft,

   een gloed vol mededogen.

   Een vonk van hoop in onze nacht,

   een wenkend licht dat op ons wacht,

   een warmte in hart en ogen.

In stilte werkt de Geest van God,

   stuwt voort met zachte krachten,

   een wijze moeder die ons hoedt,

   een bron van goede machten.

   Zij geeft ons moed om door te gaan,

   doet mensen weer elkaar verstaan,

   omgeeft ons als een mantel.

 

Lezing: Psalm 55,1-9

[2] Luister, o God, naar mijn gebed,
houd u niet doof voor mijn smeken;
[3] geef me aandacht en antwoord mij,
want ik steun, ik kreun en ik raak op drift
[4] onder al dat tieren van de vijand,
die stekende ogen van de boze.
Ja, zij storten ellende over mij uit
en woedend jagen ze achter mij aan.
[5] Mijn hart krimpt ineen in mijn borst,
dood en verschrikking vallen over mij heen.
[6] Vrees en beven bevangen mij,
schrik heeft mij overweldigd.
[7] Had ik maar vleugels als een duif*,
dan kon ik wegvliegen en ergens anders wonen.
[8] Ver weg zou ik vliegen, ver weg,
een heenkomen zoeken in de woestijn;
[9] haastig zou ik een schuilplaats zoeken
voor rukwind en huilende storm.

De psalmist verwoordt in deze psalm treffend de gevoelens van mensen die niet meer veilig zijn, die beschutting zoeken om menswaardig te kunnen leven. Deze gevoelens zijn door de eeuwen heen redenen geweest om op weg te gaan, alles achter te laten. Ook vandaag nog spreiden miljoenen mensen hun vleugels om ergens beschutting te vinden tegen de stormen van oorlog, natuurrampen, uitbuiting…Zoals daarnet al gezegd: het is brandend actueel.

En wij, de mensen waar ze bescherming, rust en veiligheid zoeken, worden elke dag weer overspoeld door vreselijke, mensonterende beelden, door analyses over wat er nu eigenlijk gaande is, door opsommingen van mogelijke oorzaken, en over wat er nu juist moet gebeuren, hoe we dit moeten aanpakken. Media en politiek spelen duchtig mee in onrust zaaien en paniekvoetbal (ze komen de islamieten! de Isis strijders! we kunnen de stroom niet meer aan…)
Andere kanalen proberen dan weer objectieve informatie te geven.
Je weet niet goed meer waar je kan/moet naar luisteren of wie je kan geloven.
En het is ook verdomd ingewikkeld, en dit hele gebeuren zullen wij als individu of zelfs als groep niet kunnen oplossen. Je zou er moedeloos van kunnen worden.

Tegelijkertijd zie je een golf van solidariteit opkomen. Denk maar aan wat vrijwilligers deden in het Maximilliaanpark: tenten, slaapzakken, eten, begeleiding , lessen geven aan groot en klein….zovele kleine en grote uitingen van mede-leven.
Soms lijken die tekenen van solidariteit “nutteloze” dingen, in die zin dat ze structureel niets oplossen: het applaus en de “welkom”-spandoeken in de stations, de jongeren die met kinderen spelen of knutselen,…. het lost niet echt iets op. Maar ze laten op die manier wel zien dat men de mens in de vluchteling ziet, hem/haar wil respecteren en kansen geven op een menswaardig bestaan. Hoe klein de daad ook is die men kan stellen, de ander in zijn waardigheid zien, aanvaarden en respecteren (en is dat niet liefhebben?) is van levensbelang. Zoals Martin Oluwadiran getuigde: “Ooit kreeg ik van iemand een telefoonnummer van een kunstenares die me misschien kon helpen (hijzelf is schilder). Een klein gebaar, maar het zette zoveel in gang dat ik weer kon worden wie ik echt ben.”
Als we verder durven en kunnen kijken dan wat we doorgaans denken dat we kunnen , zijn er soms wel meer mogelijkheden om iets voor die vluchteling te doen. Zoals Lianne De Oude (Dominee in de Verenigde Protestantse Kerk in Hasselt) zegt: “Ik wil niet toegeven aan dat gevoel van machteloosheid. Op schijnbaar uitzichtloze wegen blijf ik toch zoeken om heel kleinschalig een verschil te maken.”
Bij de voorbereiding van deze viering zochten we wat ons geloof te maken heeft met “solidariteit, met menswaardigheid”. Er zijn immers velen die diezelfde waarden beleven zonder geloof . Wat vieren we hier? Zouden we niet beter de tijd dat we hier zijn besteden aan concreet ergens mensen bij te staan?
Wat is de bron van waaruit we onze verbondenheid, onze inzet voor de vluchteling ontstaat en is die anders dan gewoon “menselijke betrokkenheid.” ?

Het resultaat is natuurlijk hetzelfde, en er is geen “meerwaarde” aan je solidariteit als ze vertrekt vanuit een geloof. Maar het is zinvol te weten /voelen waar je bronnen liggen van waaruit je iets doet, omdat je daardoor bewuster en vrijer kan omgaan met je doen en laten, duidelijker en bewuster omgaan met wat belangrijk voor jou is.
Elk van ons zal op deze vraag waarschijnlijk een ander antwoord hebben. Maar wat ik hier kom vieren heeft te maken met het (soms volkomen irrationeel gevoel) bemind te zijn, te mogen zijn wie ik ben. Als keerzijde van die medaille is daar de oproep om op dezelfde manier de mensen rondom mij graag te zien, te waarderen. Onder deze oproep kan/ wil ik niet onderuit. En dat brengt soms onrust (of zelfs storm) teweeg, en soms ben ik de weg kwijt. Hier in deze gemeenschap, als we samenkomen rond de boodschap van Jezus van Nazareth, voel ik soms weer beter aan wat me te doen staat, voel ik verbondenheid met jullie die, elk op zijn/haar manier hier voedsel, kracht en creativiteit zoekt om verder de weg van menswaardigheid en solidariteit ,in verbondenheid met God, de Ene, te gaan.
En voor mij is dat nodig, en even waardevol als alle tijd vullen met “doen”.
We nemen nu even tijd om stil te staan aan wat deze bedenkingen bij ons losmaken. Ondertussen speelt er wat muziek…

Muzikaal intermezzo

Wat kunnen wij doen?

Hopelijk hebben jullie bij deze muziek even kunnen reflecteren. Zij was van trio Khouri, een groep Palestijnen die buiten hun land een nieuw leven begonnen. Maar na elke reflectie duikt vroeg of laat weer de vraag op: “wat kunnen wij doen?”. Dit maal stel ik ze…

Ik had graag een lijstje met concrete tips voor jullie gemaakt. Ik heb dat nog niet gedaan omdat dat nog niet echt duidelijk is. Ik was de laatste weken op vele vergaderingen: eens met alle Gentse organisaties die met vluchtelingen werken –   eens bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen met de Vlaamse Collega’s – ook al met de schepenen van de stad Gent en OCMW. Elke vereniging zit onder de stress van een massa vragen en een tekort aan antwoorden.

Het eerste antwoord is daar steeds: op dit ogenblik kunnen we buiten Brussel nog niets concreet doen voor die mensen die het nieuws halen. Die moeten zich eerst laten registreren en daar een eerste antwoord krijgen. Ondertussen moeten we trachten de vrijwilligers te informeren. Orbit (het netwerk christenen & migratie) stuurde een lijst rond, Vluchtelingenwerk Vlaanderen zette wat tips op haar website.

  1. Doe een gift en zamel geld in
  2. Toon je solidariteit : websites, lezersbrieven, …
  3. Zet je in als vrijwilliger: plaatselijke vluchtelingenverenigingen, jeugdbewegingen, ….
  4. Doneer kleding, speelgoed en ander materiaal. (In overleg over wat nodig is).
  5. Help een niet-begeleide minderjarige vluchteling
  6. Word een gastvrij gezin
  7. Verhuur je beschikbare woning, appartement of studio
  8. Werk mee aan een andere benadering van het vluchtelingenvraagstuk: contact met plaatselijke politici,…

Belangrijke boodschap van Orbit : Aangezien we vertrekken vanuit een mensenrechtenbenadering, maken we hier ook geen onderscheid tussen mensen met en mensen zonder een wettig verblijf. We hopen dat we je hiermee inspireren! “

Ook bij de Werkgroep vluchtelingen kregen we die vraag de laatste weken heel vaak.

Persoonlijk valt me op dat velen zich aanbieden met bepaalde vaardigheden: Nederlandse les geven, kennis vreemdelingenrecht, ervaring met vreemdelingen en/of met kinderen, een huurhuis beschikbaar,… Zij willen niet zomaar geld of kleren geven, ze bieden een stukje van zichzelf aan. Dat is de juiste uitgangspositie. Vanuit die vertrekbasis kunnen zij die nieuwe medeburgers een nieuwe leefomgeving bezorgen.

We hebben al de mensen die zich aanboden uitgenodigd op een ontmoetingsavond maandagavond. Daar willen we samen met hen bekijken wat zij kunnen doen. In het beste geval kunnen ze al meteen met de werkgroep meewerken. Dat is niet meteen voor die vluchtelingenstroom die het nieuws haalde, maar voor mensen die evengoed een moeilijk traject volgden, op zoek naar een beter leven. In het geval van onze werkgroep zijn dat mensen die het nog meest van al hulp nodig hebben, omdat zij niet meer in het reguliere circuit terechtkunnen.


Wat is de betekenis van die solidariteit voor geloven of wat is de betekenis van godsgeloof voor deze solidariteit?

Toen Lieve vorige week bij de inbreng vertelde hoe blij ze was te zien hoe tegenover de miserabele situatie van de vluchtelingen vele mensen hun solidariteit kwamen betonen, toen ze vertelde hoe ze diep geraakt werd door de betrokkenheid en inzet van allerlei mensen om iets goed te doen voor deze per slot van rekening volslagen vreemde mensen, dan hebben heel velen van ons zich daar in herkend. Je moet al helemaal dood door cynisme zijn om zonder ontroering al deze grote en kleine gebaren van zorg te zien. Wat een opluchting te kunnen vaststellen: Zo kunnen mensen ook zijn. In deze uitzonderlijke toestand zijn er mensen die zich van een heel mooie kant laten zien. Onverwacht. Onverhoopt. Flitsen van een nieuwe wereld.

Die woorden van Lieve deden me spontaan denken aan het einde van het Emmaüsverhaal waarin de leerlingen tegen elkaar zeggen: Brandde ons hart niet toen hij onderweg met ons sprak en ons de Schriften ontsloot?

Ja, ons hart brandde bij het zien van die beelden van geïmproviseerde hulp. Flitsen van een nieuwe wereld. Flitsen van God, ja daar gebeurt … God? Zou je niet meteen daarheen willen, om het mee te maken, om deel te mogen zijn van dat bijzondere gebeuren waar middenin de miserie iets feestelijks gebeurt?

Dan gaan geloof en engagement niet op de allereerste plaats om gezonden te worden om een opdracht te vervullen maar om getrokken te worden naar plaatsen, mensen en situaties waar en met wie je deel mag zijn van een nieuwe wereld, van nieuwe verhoudingen, …. waar je schakel mag zijn. Dan wordt het noodzakelijke “moeten” meer en meer een “mogen”. En in de beleving is dat een geweldig bevrijdende omslag.

Tussen de inbreng door zingen we het lied: Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar.

 

Tafeldienst

Tot een feesttafel worden we uitgenodigd. Door de man wiens leven al van het prille begin bedreigd was. Jezus, het vluchtelingenkind. De baby waarmee Maria en Jozef naar Egypte wegvluchtten om hun gezin levenskansen te bieden. Tot een feesttafel worden we uitgenodigd door de man wiens leven zo vroeg als een complete mislukking eindigde.

Tot een feesttafel worden genodigd omdat er ooit mensen waren wiens hart brandde toen hen de Schriften werden uitgelegd door een vreemde die onverwacht op hun pad kwam. Omdat er ooit mensen waren die flitsen van een nieuwe wereld zagen toen die vreemde bij hen aan tafel het brood brak. Tot een feesttafel worden we genodigd, hoe belabberd we er soms aan toe zijn, altijd weer blijft er de uitnodiging tot die feesttafel waar iedereen mag aanschuiven.

Iedereen, voorbij de grenzen van tijd, al onze geliefde doden, voorbij de grenzen van ruimte, alle mensen die een flits van de nieuwe wereld zichtbaar maken voor anderen, voor iedereen, voor elk van ons.

 

 

*

afbeelding: De vlucht (houtnsnede Stijn Peeters)