VIERING: Proeven van iets nieuws… (Advent 4)

Dominicus Gent

Viering van zondag 18 december 2022

Advent 4: proeven van iets nieuws…

 

Van harte welkom op deze 4de zondag van de advent. Terwijl de dagen donkerder worden en de temperatuur zakt, letterlijk en op heel wat plekken ook figuurlijk, kijken we uit naar licht en warmte. Dat kunnen we hier vinden bij elkaar, bij de wereldwijde gemeenschap die met grote verwachting uitkijkt naar de geboorte van het kind Jezus, en in verbondenheid met allen die zich toekomstgericht inzetten voor een wereld waar het goed is om wonen. We steken de 4de kaars aan van de adventskrans en warmen ons tegelijk ook aan het licht van de Paaskaars die naar dat tweede nieuwe leven wijst.
 
Lezing Matteus 11, 2-11
In die tijd hoorde Johannes in de gevangenis over de werken van de Christus en hij liet Hem door zijn leerlingen de vraag stellen: ‘Zijt Gij de komende, of hebben wij een ander te verwachten?’ Jezus antwoordde hun: ‘Gaat aan Johannes zeggen wat gij hoort en ziet: blinden zien en lammen lopen, melaatsen genezen en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd. Gelukkig is hij die aan Mij geen aanstoot neemt.’
Toen zij vertrokken waren, begon Jezus tot de menigte te spreken over Johannes: ‘Waar zijt gij in de woestijn naar gaan zien? Naar een riethalm door de wind bewogen? Waar zijt gij dan wél naar gaan zien? Naar iemand in verfijnde kleding? Die verfijnde kleding dragen zijn te vinden in de paleizen der koningen. Waartoe zijt gij dan uitgetrokken? Om een profeet te zien? Inderdaad, zeg Ik u, zelfs meer dan een profeet! Hij is het over wie geschreven staat: Zie, Ik zend mijn bode voor U uit die de weg voor uw komst zal bereiden. Voorwaar, Ik zeg u: Onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan die groter is dan Johannes de Doper. Niettemin is de kleinste in het Rijk der hemelen groter dan hij.’

 
Johannes zit in de gevangenis. Dat komt er van wanneer je de mensen van aanzien de mantel uitveegt. Het zal hem ook zijn hoofd kosten. Hij blameert “en plein public” Herodes Antipas, die de vrouw van zijn broer Filippus geschaakt heeft. Hij trekt van leer tegen de priesters, die zakkenvullers. Johannes klaagt aan dat er zo weinig gerechtigheid is. Zo weinig barmhartigheid. Dat wees en weduwe aan hun lot worden overgelaten. Hij revolteert. “De bijl ligt al aan de wortel van de boom. Iedere boom die geen vruchten draagt wordt omgehakt en in het vuur geworpen”. U begrijpt het: Johannes staat aan de Klaagmuur. Hij kan niet overweg met zoveel schijnheilig gedoe.
Jezus heeft respect en bewondering voor Johannes. Hij zegt dat hij de grootste profeet is tot nog toe. Nog nooit was iemand zo gedreven en eerlijk en trouw aan de traditie als hij. En tegelijk zegt Jezus dat de kleinste in het rijk der hemelen groter is dan hij. Vreemde uitspraak is dat. Enerzijds wordt Johannes door Jezus geprezen: hij stelt het onrecht in zijn dagen onverbloemd aan de kaak. Zo hoort het ook voor een profeet. Anderzijds begrijpt Jezus dat Johannes wellicht in de greep is van de ontgoocheling. Dat hij vooral opnieuw orde op zaken wil, uitroeien wat onrecht is, recht zetten wat krom is. De joodse identiteit trouw zijn.
En nu, tot in de gevangenis toe, verneemt Johannes allerlei geruchten over die Jezus. Positieve klanken: dat is duidelijk. Maar ook, dat Jezus er een eerder permissieve houding op na te houdt wat de beleving van de wet betreft. En inderdaad. Jezus geeft een eigen invulling aan de joodse identiteit. Hij gaat om met tollenaars en publieke vrouwen. Hij treedt de sabbat met voeten. En hij zoekt contact met heidenen. Het is allemaal niet erg kosjer volgens Johannes. En dus stuurt hij zijn leerlingen met de vraag wat hij zinnens is te doen. Of hij een einde komt maken aan de beroerde tijd waarin ze leven. Samen met zoveel joden kijkt Johannes uit naar een bevrijder. In elk geval een sterke leider. Iemand met groot gezag. Zo denkt ook Johannes.
Tegen deze achtergrond moet het optreden van Jezus ontgoochelend zijn. Hij is vooral begaan met de doodgewone behoeften van mensen. Dat er zorg is voor zieken, dat doven en blinden niet aan hun lot worden overgelaten, dat de armen goed nieuws mogen horen. Dat kan toch niet cynisch bedoeld zijn. Wat Jezus hiermee zegt is niets anders dan dat de profetie van Jesaja (Jes 61,1) nu in vervulling gaat. Dat is absoluut niet wereldschokkend. Zoals ook Jezus niet de imposante held is waar velen naar uitkijken. Jezus brengt in geen geval een herstel van de oude orde. Hij brengt iets nieuws, dat tegelijk zo oud is als de menselijke verzuchting naar vrede en gerechtigheid.
Anders dan Johannes kijkt Jezus naar de toekomst. Wat voorbij is komt nooit terug. Hij wil vooruit kijken. De mogelijkheden grijpen die zich aandienen. Het is vandaag niet anders. Er is veel waarover mensen treurig en zelfs kwaad kunnen zijn, een groot gevoel van onmacht. De complete onzin van de oorlog. Zoveel ellende en ondraaglijk lijden. De leugens die de wereld worden ingestuurd. Het toedekken van financieel gesjoemel ten nadele van hen die nu reeds tekort hebben. De waslijst lijkt eindeloos.
Er is wellicht inspiratie te vinden bij de onlangs overleden rector van de universiteit Brussel: Caroline Pauwels. Zoals iedereen beseft zij ook dat er veel onopgeloste problemen zijn. Maar zij weigert te berusten in de onmacht. Je kunt, zelfs in donkere dagen, naar de toekomst kijken. Niet om de problemen toe te dekken. Maar om ondanks alles, positief in het leven te staan. Ook dat is macht. Zij het een andere macht dan de muren die her en der worden opgetrokken om eigen belangen te beschermen. Wij hebben de macht om onze energie te investeren in wat wél mogelijk is. Het is de visie van C.P. die aansluit bij het possibilisme. Laat ons zoeken naar wat mogelijk is en daarin investeren. Muren die mensen buiten sluiten zullen er altijd zijn, maar we hoeven ons daardoor niet lam te laten slaan. Er is creativiteit, macht, die muren kan ondergraven. Er zijn zoveel mensen in allerlei sectoren die het beste van zichzelf inzetten: het is de macht om niet op te geven. Dat mag je een adventshouding noemen. Dat we het verlangen naar een goede wereld diep in ons hart, levend houden. En dat we tegelijk oog hebben voor wat haalbaar is. Mag het een wens zijn die we met elkaar delen.
Laten we die verwachting ook uitzingen: neerdalen als dauw uit de hemel: 

Lied: neerdalen (rorate) 

Neerdalen als dauw uit de hemel,
als regen uit zware wolken zal de Gerechte.
Gij die voor mij de ruimte schiep: aarde en hemel bij name riep,
die alles deed wat moest gedaan opdat een mens maar zou bestaan.
Woestijn waar eens te leven was.
Uw naam verstoven als stof en as. Geen lover, schaduwrijk, geen bron, alsof Gij nooit met ons begon.
Keer nog uw aangezicht tot hier.
Verzacht mijn hart, wek mijn ogen weer, dat niet wat Gij hebt aangeplant
wordt uitgeroeid door mensenhand. Neerdalen als dauw uit de hemel,
als regen uit zware wolken zal de Gerechte.

 
Neerdalen als dauw uit de hemel, als regen uit zware wolken zal de Gerechte.
Het refrein dat we net zongen spreekt van een verlangen en vertrouwen dat uit zware wolken die zich aftekenen, geen vernietigende zandstorm maar een leven gevende regen stroomt die zacht valt op de droge aarde die ernaar snakt.
Het is een metafoor van alle tijden en zeker van onze tijd: het gaat over een wereld die dorst naar gerechtigheid temidden zichtbaar vernietigende krachten. Wat is waar en niet-waar? Hoe wordt omgegaan met macht en middelen door leiders van een volk? Hoe wordt gemorst met de gave van hemel en aarde.
• De PFAS normen worden verlaagd,
• de lage lat in de B-stroom richting van het aso wordt niet gehaald,
• mensen die hun land ontvluchten moeten, na een jaar op straat slapen, constateren dat hun leven hier nog risicovoller en minder menswaardig blijkt dan het ginds al was.

… het houdt niet op. Je zou er moedeloos van worden, radeloos zelfs. En tegelijk, temidden de destructie, blijft men mogelijkheden zien en komen tegenkrachten in actie. Het possibilisme opent nieuwe wegen. Het verlangen naar een betere wereld geeft energie en ongekende kracht. Men zoekt, men probeert, men experimenteert en roept anderen op om mee te doen. We leren anders kleden, anders eten, anders weten,…
In de voorbije uitzending van “Alleen Elvis blijft bestaan”, roept David van Reybrouck ons op: Als je echt radeloos bent: kom mee aan de kar trekken, op een constructieve wijze. Dat kan zin geven. Op het moment dat het allemaal verloren lijkt, kan het helpen als je onderdeel bent van processen die de boel vooruit helpen. En voor zichzelf ziet hij dat schrijven hem fundamenteel gelukkig maakt, maar het voelt als een plicht om op politiek vlak mee aan de alarmbel te trekken. Van welke uitgangspositie je ook start, me aan de kar trekken is een essentiële respons.
Het is daarbij een troostende en hoopvolle gedachte dat altijd en overal, zelfs en misschien vooral in het diepste van de ellende, onvermoede ommekeer mogelijk wordt. Als vele kleine mensen beseffen dat het zo niet langer kan en niet langer hoeft, als ze zoals Johannes aan mensen van aanzien zeggen waar het op staat, dan komen velen in ‘de gevangenis’ terecht, maar ook worden er deuren opengebroken. Zelfs letterlijk. De lockdown die van vele woonblokken in China een gevangenis maakte, wordt opengegooid. Het is nog afwachten of Iran erin slaagt basisrechten voor haar burgers terug te winnen. Maar nu al is iets onomkeerbaars in gang gezet. Elke keer als de politie een vrouw lastigvalt zijn er burgers die tussenbeide komen. Dat is nooit eerder gebeurd, zegt een student in Knack.

Maar hoe doen we dat: onderdeel worden van processen die de wereld vooruit helpen. Hoe zetten we die processen in gang? Hoe helpen we ze mee installeren en roepen we anderen op om constructief bij te dragen? Hoe houden we dat vol en kunnen we ook echt impact hebben? Mensen van goede wil zijn hier met man en macht naar op zoek. Ze inspireren elkaar in kleine en grote groepen, met woord en daad. Elk talent kan bijdragen en ingezet worden. Ook Dominicus Gent doet dat. Ik kijk uit naar wat `ten huize van’ in het volgende jaar nog zal teweeg brengen.

In een zelfde geest geeft het Tertionummer van 7 december het woord aan de Zwitserse Michel Maxime Egger. Deze socioloog en schrijver over eco-spiritualiteit en eco-psychologie is geboren in 1958. Hij is ervan overtuigd dat er zonder eco-spiritualiteit en eco-psychologie niets wezenlijks zal veranderen. Het economisch model simpelweg bijsturen door de schadelijke impact te verminderen werkt niet. Duurzame ontwikkeling is een mislukking, zegt hij. Als we binnen de grenzen van een planeet willen blijven leven zullen we onze levensstijl fundamenteler moeten aanpassen. De diepe motivatie voor zo’n transitie ziet hij niet komen van een ecologie die spreekt van `moeten’ en `niet mogen’. Alleen een ecologie van het verlangen kan werken omdat die zingevend is.
Zijn devies is: neem mensen niets af, laat hen proeven van iets anders. Voor dat nieuws proeven is er meer openheid als het bestaande minder goed begint te smaken, of als het al wat schokkende bezorgdheden heeft gelanceerd. Zo heeft de beweging richting groene energie nooit meer elan gehad en vooruitgang geboekt dan sinds de oorlog met Oekraine. Nu wordt duidelijk dat tegen 2025 hernieuwbare energie de eerste bron van energie zal worden.
Egger en zijn partner hebben met de nodige aandacht en creativiteit hun traditionele jaarlijkse vakantie in Kreta ingeruild voor een alternatieve vakantie die dezelfde behoefte bevredigt zonder te vervuilen. Sindsdien beseft hij beter: om de wereld te veranderen hebben we geen grote ideeën nodig. Wat we nodig hebben is diepe motivatie, innerlijke drijfveren, een mystiek die onze passie voedt om zorg te dragen voor elkaar en voor de aarde. Die transitie is zowel individueel als collectief, zowel inwendig als uitwendig.
Het is dat soort besef dat ruimte geeft aan het duurzaamheidsmodel van de donut: in concentrische cirkels met de limieten van de planeet als buitenste cirkel en sociale rechtvaardigheid als binnenste cirkel. En ja, we varen er ook zelf wel bij. Ik durf wedden dat de buurtbewoners van het Klein Kasteeltje die overgegaan zijn tot het uitdelen van soep en andere levensnoodzakelijke warmte aan wie daar dreigt dood te vriezen, wellicht nooit eerder zo’n goed contact gehad hebben met deze buren en ook hun eigen buren. Elkaar verblijden en doen leven: het is een opdracht maar ook op onovertroffen wijze zin gevend aan ons eigen bestaan. Straks drinken we er een kop soep op – voor welzijnszorg.  

 

Blijf verbonden met de gemeenschap van Dominicus Gent:
via de nieuwsbrieven: https://www.dominicusgent.be/nieuwsbrief/
via Facebook ( https://www.facebook.com/Dominicus-Gent-324436994242688/)
Abonneer u nu op ons nieuw online platformhttp://Bijlichten.be 
Ga er in gesprek met de auteurs van de filmpjes!

Indien u meent dat voor een bepaald object het auteursrecht van de auteur of zijn/haar erfgenamen, of het recht op afbeelding geschonden werd, neem dan contact op met ons zodat de situatie kan worden rechtgezet.