VIERING : DE BIJBEL ALS POLITIEK-RELIGIEUS PROJECT

Dominicus Gent

Viering van zondag 2 juni 2024

DE BIJBEL ALS POLITIEK-RELIGIEUS PROJECT
(n.a.v. verkiezingsdag)

 

Goede morgen jullie allen hier en voor de schermen thuis. Jullie zijn ingegaan op Zijn uitnodiging om zondag na zondag te vieren rond Zijn woord en de tekenen van brood en wijn. Welkom!

Laten we de paaskaars aansteken. Het Licht dat ons belooft “Ik zal er zijn”, maar ook het licht dat maar kan komen als wij het zelf aansteken.

We vieren vandaag en volgende zondag rond wat ons allen momenteel bezighoudt namenlijk :de verkiezingen.

Wij gaan de weg van oude woorden,
van overlevering,
die wij van onze ouders hoorden,
in eigen luisterkring,
verhalen uit geloof geboren
om onze weg te gaan,
en tekens die ons veel beloven,
als wij ze nieuw verstaan.

Wij zijn een schakel van de keten,
verbintenis van hoop,
mensen op zoek naar beter weten,
oprechte levensloop.
Er is geen God aan onze zijde,
die zegt: zo ga je goed.
Wel één die roept door alle tijden:
zoek verder het komt goed.

 

Rechters 9,6-15 

In aanloop naar de verkiezingen staan veel mensen toch even stil. Stil bij het feit dat zij bang zijn voor wat zal gebeuren op 9 juni. Sommigen hebben schrik voor de moslimcultuur die meer en meer impact krijgt. Anderen voelen veel onmacht bij de hele klimaatproblematiek. Bij jongeren heerst veel onzekerheid over wat de toekomst hen zal brengen. 1 op de 7 jongeren heeft mentale problemen. De uitzichtloosheid van de vele conflictsituaties in de wereld vreet aan ons veiligheidsgevoel, en we zijn verontwaardigd over de geopolitieke aanpak. De impact van desinformatie of fake news vergroot dit probleem nog …
En nu, nu moeten, mogen, kunnen we onze stem uitbrengen om onze leiders aan te duiden die de koers gaan bepalen in antwoord op onze vele vragen, bezorgdheden, onzekerheden en angsten.
En dan, dan rijst de vraag: Hoe kan ik als christen mijn keuze best richten?

De Bijbel is een politiek-religieus project over de samenleving. De Bijbel wijst de mens op zijn taak in het samenleven. Hoe moeilijk het ook is, de Bijbel wijst ons op onze politieke verantwoordelijkheid.

Ik vertel jullie nu graag een verhaal en fabel uit het boek Rechters.
Gideon is een heel populaire man in de Bijbel. Hij weet met een heel klein clubje mensen het hele leger van de vijand te verslaan. Op een dag zeggen de inwoners van Israel tegen Gideon: “Jij hebt ons bevrijd uit de handen van de vijand; waarom ben jij niet onze heerser, onze koning? Gideon antwoordt: “Het is niet bedoeling dat een mens over u heerst. Ik ga zeker niet jullie koning zijn.” Hij heeft zijn les geleerd uit de verhalen van Mozes, nl. dat zijn land geen menselijke koning mocht hebben omdat God hun koning moet zijn. Gideon sterft en laat 70 zonen na. Eén ervan is Abimelech . Abimilech doodt al zijn broers op één na, Jotam, de kleinste die zich onder een steen had verstopt. Abimilech wordt tot koning gekroond. Op dat moment komt Jotam op een berg staan en vertelt een fabel:

1 Eens gingen de bomen eropuit om iemand tot koning te zalven. Ze vroegen aan de olijfboom: “Wilt u koning over ons worden,”
2 De olijfboom antwoordde: “Moet ik dan ophouden met mijn olie te geven, waar goden en mensen mij om eren en moet ik boven de ander bomen gaan zweven?”
3 De bomen vroegen aan de vijgenboom:”Wilt u koning over ons worden?”
4 De vijgenboom antwoordde: “Moet ik dan ophouden met mijn zoete en heerlijke vruchten te geven en moet ik boven de andere bomen gaan zweven?”
5 Daarop vroegen de bomen aan de wijnstok: “Wilt u koning over ons worden?”
6 De wijnstok antwoordde: ”Moet ik dan ophouden met mijn sap te geven en moet ik boven de andere bomen gaan zweven?”
7 Daarop vroegen alle bomen aan de doornstruik :”Wilt u koning over ons worden?”
8 De doornstruik antwoordde: ”Als u mij werkelijk tot koning wil zalven, kom dan maar schuilen onder mijn schaduw. Wilt u dat niet, dan zal er van de doornstruik een vuur uitgaan dat zelfs de ceders van de Libanon verteert.”

De fabel vertelt dat iedere boom die een beetje geschikt is om koning te worden liever zijn vruchten gewoon wil blijven geven. En op die manier dienstbaar is aan het samenleven. De doornstruik die het koningschap wel aanvaardt geeft geen vruchten, geeft weinig schaduw, is stekelig en kwetst.

Ik las laatst een klein boekje van Hans Claus. Hans Claus is kunstenaar en criminoloog en werkte geruime tijd als gevangenisdirecteur. Het boekje zoekt naar Krijtlijnen voor een leefbare wereld-
Twee jaar lang kwamen mensen met uiteenlopende achtergronden samen om erover na te denken. Dit leidde tot de verklaring van 30 november in 2019. Bijna 5 jaar geleden maar nog brandend actueel. De mensen achter de verklaring geloven in een multidisciplinaire aanpak. Alle geledingen van de samenleving zijn betrokken partij: overheid, economie, middenveld, onderwijs, zorg, justitie… alle spelen ze een rol en haken ze op elkaar in. De overheid zou zich in hoofdzaak moeten bezig houden met herverdeling van rijkdom enerzijds en met het bewaken van de fundamentele rechten van de mens anderzijds. Het is, volgens de auteurs, in elk geval niet gezond voor een samenleving wanneer de rijkdom ( en de macht die daarmee gepaard gaat ) te sterk geconcentreerd is. Het is niet gezond voor de sociale cohesie, maar het is ook verwoestend voor de planeet. Er is niets mis met werk, productiviteit en vooruitgang als ze ons toelaten om voor elkaar te zorgen, onze onderlinge afhankelijkheid en onze afhankelijke plaats in het heelal te vieren. Als ze ons de tijd opleveren om te mijmeren, om humor te delen, om liefde en rechtvaardigheid te verspreiden.

Laten we deze overweging afsluiten met een gezongen gebed 

Gij adem van vrijheid adem in mij
en in heel de wereld.
Gij stroom van leven stroom in mij
en in heel de wereld.
Gij flits van een nieuwe wereld licht op in mij
en in heel de wereld.
Gij donder van gerechtigheid dreun in mij
en in heel de wereld.
Gij levend in geweldloosheid leef in mij
en in heel de wereld.
Gij roos van vrede bloei in mij
en in heel de wereld.
Gij frisse wind waai in mij
en in heel de wereld.
Gij goddelijke aandrang doordring mij
en de hele wereld.

 

Lezing 2 Koningen, 23, 1-3

Die adem van vrijheid, dat visioen van een nieuwe wereld beluisteren we in een lezing uit het Tweede boek Koningen waar een heel andere leider dan Abimelech aan de macht is.

 2 Koningen 23, 1-3

Koning Josia riep al de oudsten van Juda en Jeruzalem bij zich en zij kwamen bij hem samen. De koning ging naar het huis van de Heer en alle mannen van Juda, alle bewoners van Jeruzalem, de priesters, de profeten en heel het volk, van klein tot groot, volgden hem. Hij las hun alle woorden van het Boek van het Verbond dat in de tempel van de Heer gevonden was. De koning ging bij de zuil staan en hij sloot een verbond voor het aangezicht van de Heer: zij zouden de Heer volgen en met heel hun hart en heel hun ziel zijn geboden, verordeningen en voorschriften onderhouden, en zo de bepalingen van het verbond, die in het boek geschreven stonden, doorvoeren. Heel het volk trad toe tot het verbond.

2 Koningen 23, 21 Daarop beval de koning het gehele volk: ‘Vier ter ere van de Heer uw God Pesach, zoals het in dit boek van het verbond is geschreven.

 

Het boek van het verbond dat in de tempel gevonden wordt, is de Tora. Dat zijn de 5 boeken die aan Mozes worden toegeschreven. De koning proclameert de Tora als nieuwe grondwet. De tekst die we beluisterd hebben beschrijft een constitutionele ceremonie. Het verbondsboek is de grondslag voor een nieuwe staatsorde en maatschappij. Het is een maatschappelijk verdrag tussen de politieke leiders, de koning, de staatsfunctionarissen en heel het volk ten overstaan van ‘de Heer’. Het boek van het verbond, de Tora dus, bevat de wetten, voorschriften en verboden met betrekking tot het samenleven. De belangrijkste daarvan kennen we als de decaloog, de 10 geboden.
Voor wie er nog mocht aan twijfelen maakt deze tekst heel sterk duidelijk dat de bijbel een religieus én een politiek boek is.

Lang voor de Israëlieten het land binnentrokken en hun eigen regeringsvorm kregen hadden ze zich aangesloten bij een overkoepelend verbond met God. Dat verbond stelde morele beperkingen aan de uitoefening van macht. De Wet, de Tora, stelde als eerste het primaat van het recht boven de macht. Dat is een ontzettend belangrijke stap in de geschiedenis: namelijk de machthebbers dienen zich aan de wet te houden. Elke koning wiens gedrag strijdig was met de Tora handelde kon worden terechtgewezen. De profeten hadden het mandaat om het gezag van de koning uit te dagen als hij tegen de geboden van de Tora handelde.
En een tweede belangrijk element is het feit dat heel het volk verbondspartner is. Allen zijn betrokken partij.

De joodse wetten, de Tora, beogen vrijheid en gerechtigheid. En in de wegen naar die gerechtigheid is er bijzondere aandacht voor wie maatschappelijk zwak staan: weduwen, wezen, armen, slaven en vreemdelingen. Er staan bijzonder mooie concrete verordeningen waarin de zorg voor deze mensen vertolkt wordt.
Helaas is de realiteit van de samenleving toen, net als nu, vaak anders. Tussen de verbindende verhalen, een goede wetgeving en de concrete werkelijkheid is vaak een heel grote afstand.

Pesach moet een volksfeest worden dat bevrijding uit Egypte herinnert en de nieuwe maatschappelijke ordening bekrachtigt. De bevrijding uit de slavernij in Egypte is geen historie maar een verhaal. Slavernij is echter geen verhaal, het is nog altijd werkelijkheid.
Pesach en het bevrijdingsverhaal houden de toekomst open voor een samenleving van vrije mensen en roepen op daar werk van te maken.
Voorop staat dan ook de opdracht om staat en samenleving continu te verankeren in de maatschappelijke basisopdracht van bevrijding.
Daarom moet Pesach elk jaar worden gevierd. Pesach is een politiek feest, het is het stichtingsfeest van de nieuwe staat op het fundament van de vrijheid met de Tora als grondwet.

Wat staat er op het spel op 9 juni? Voortdurend proberen partijen één thematiek naar voor te schuiven waarmee ze willen scoren: migratie, koopkracht, belastingverlaging, abortus enz…. Terwijl klimaatrechtvaardigheid ongetwijfeld het meest urgente is. Maar bij gebrek aan ernstige aandacht hiervoor in de media, is dit geen thema waarmee voldoende stemmen bekomen wordt. Misschien is de inzet van deze verkiezingen, om velerlei redenen de democratie zelf. De groep die niet met verkiezingen te maken wil hebben, groeit bij elke stembusgang. De niet-kiezers vormen in Vlaanderen de derde grootste ‘partij’. En er is zelfs een partij Blanco opgericht die met lege zetels in het parlement, deze groep zichtbaar wil maken.
Veel mensen blijken niet meer te geloven in politiek of in democratie. Maar over wat de democratie bedreigt gaat het volgende zondag verder. Vandaag willen we vooral centraal stellen dat democratie niet te herleiden is tot om de zoveel jaar een bolletje inkleuren. Dat het om meer gaat dan een formeel systeem van meerdere partijen en gekozen volksvertegenwoordiging, van meerderheid en minderheid, zoals wij dat kennen. Politiek en democratie houden heel wat meer in.

Het doel moet zijn: het goede leven voor allen. De basis hiervoor kan bestaan uit de joodse decaloog en de Algemene Verklaring van de rechten van de Mens. Keuzes moeten daaraan afgewogen worden. Elke democratie moet de moeilijke evenwichtsoefening maken tussen vrijheid en gelijkwaardigheid. Dat betekent in concreto dat het beleid werk moet maken van herverdeling zoals Annemie reeds aanhaalde.
En daarnaast dat zoveel mogelijk mensen moeten kunnen participeren in het uitbouwen van dit beleid.
In dat verband is het initiatief van Marlène Engelhorn verrassend en interessant. Zij is een Oostenrijkse advocate en journaliste. Ze erfde 25 miljoen euro van haar grootmoeder als erfgenaam van BASF. In Oostenrijk is de erfbelasting in 2008 afgeschaft. Mevrouw Engelhorn vindt dit ongehoord en meent dat het geld dat ze erft haar niet toekomt. Ze heeft sowieso niet tekort maar ze beslist om ook niet in haar eentje te bepalen wat er met dit geld zal gebeuren. Ze wil dat het geld de gemeenschap ten goede komt en wil dat de gemeenschap kan beslissen waaraan dat dan moet besteed worden. Ze organiseert gedurende 6 weekends burgerraden waarin mensen met elkaar overleggen wat er met het geld moet gebeuren. Wat daarin beslist wordt zal gebeuren. Dit proces is nu volop bezig. Benieuwd wat de uitkomst wordt.
Engelhorn geeft al lang te kennen dat rijken hoger belast moeten worden.

De kans is klein dat wij 25 miljoen euro erven maar haar verhaal geeft te denken, zowel over herverdeling als over participatie. Er zijn wel initiatieven, dichter bij huis en meer binnen ons eigen bereik. Olga vertelde de voorbije week over Wooncoop, een coöperatie voor betaalbaar én duurzaam huren of kopen van woningen.
Een ander initiatief is de Landgenoten. De Landgenoten is een coöperatie en een stichting die landbouwgrond koopt met het geld van aandeelhouders en schenkers. Zij verhuren die grond aan bioboeren via loopbaanlange contracten.
Het zijn burgerinitiatieven waarin een ander samenlevingsmodel opgebouwd wordt en die tonen dat een ander beleid mogelijk is. Een beleid waarin niet de groei- en winstmaximalisatie voorop staan.
En als we vandaag, middenin de blokperiode, de acties van de studenten met betrekking tot Gaza, mogen meemaken, dat kunnen we ons enkel verheugen in het feit dat de zorg voor mensenrechten en solidair samenleven wordt overgenomen.
We mogen nooit vergeten dat protestacties en -bewegingen, ook al storen ze ons comfort, een fundamenteel opbouwende kracht voor democratisch samenleven zijn. ‘Voor de goeie kiezen’ zoals ze in Vlaanderen zeggen, is ongetwijfeld belangrijk maar de acties van zoveel middenveldorganisaties en nu ook van de studenten zijn dat mogelijks nog meer. Mogen we volgende week kiezen voor een beleid dat dit weet te waarderen.

 

Hier wordt het land gezocht
waar wij gelijken zijn,
niemand apart en geen
kleuren die minder zijn.

Hier wordt de tijd verhaast
dat wij elkaar verstaan, –
handen die wenken en
ogen die opengaan.

Hier wordt de Stem gehoord
die nog niet klinken mag:
mensen die hopen op
ooit hun bevrijdingsdag.

Hier staat een tafel waar
aan ons wordt voorgedaan,
hoe wij genezen van
heersen en misverstaan.

Hier is het woord van Hem
die ons geschapen heeft:
‘Waar is je broeder,
de mens die jou nodig heeft?’
 

Tafeldienst

Inleiding: Laten we aan tafel gaan. Een gebaar van breken en delen stellen dat de wereld rond herkend wordt. Het is tegelijk groot en universeel, maar even goed alledaags en binnenskamers. Wij breken brood en delen wijn, vruchten van de aarde en van het werk van mensenhanden. Zij worden geheiligd in dit gebaar waarmee we het leven van Jezus herdenken en van vele anderen die zichzelf gaven in de inzet voor het goede leven voor iedereen.
In dit uur gedenken wij ook onze lieve doden en al wie ergens ter wereld zich inzet voor het grote doel van van een leefbare wereld voor de mens en de natuur waarin hij mag leven..

 

Wie heeft brood genoeg
voor zo grote hongerige menigte?
Wie heeft brood genoeg
voor zo grote hongerige menigte?

Woord dat zegt wat liefde is,
en weer zegt: de aarde delen,
recht is liefde, brood voor velen,
God is brood is mensenrecht?
Woord van God, God in ons, hou aan.
Eeuwig woord, alledagenwoord,
doe ons verstaan.

Hongerdood genoeg
voor zo grote goddeloze menigte.
Hongerdood genoeg
voor zo grote goddeloze menigte.

Hand die kan wat liefde is
maar niet doet: de aarde delen,
nieuwe levensbomen telen,
God de hand die mensheid voedt?
Hand, doe goed. God in ons, hou aan.
Kinderhand, grotemensenhand,
breng dood tot staan.

Mensengeest genoeg
voor zo grote mensgeworden menigte.
Mensengeest genoeg
voor zo grote mensgeworden menigte.

Geest die weet wat liefde is,
en volvoert: de aarde delen,
hoeveel liefde zal het schelen
of er God of niet-god is?
Mens, doe goed. God in ons, hou aan.
Levensgeest, allemensengeest,
vuur liefde aan.

Wie is God genoeg
voor zo grote hongerige menigte?
Wie is God genoeg
voor zo grote hongerige menigte?