Nadenkend over Koen Blieck bij zijn dood
Aspecten van Koens leven die bij zijn afscheid(sviering) niet vergeten mogen worden: de herinnering aan deze unieke, zachtaardige, goedmoedige, humorvolle, standvastige, christelijke rebel mag door niemand gerecupereerd worden.
Bij zijn eerste aanvraag werd Koen de toegang tot het seminarie geweigerd wegens zijn handicap. Het was Johannes XXIII (1958 – 1963) die kandidaten met een handicap toeliet. Het pleit voor Koen dat hij na enkele jaren wachten toch nog de stap zette.
Heeft dat hem gevoeliger gemaakt voor discriminatie?
Koen was een van de vroege leden (en medestichter?) van en jarenlang actief in de IPG: de informele priestergroep. Na Humanae Vitae (1968) en begin jaren 70 draaide bisschop L. Van Peteghem (bijgestaan door Vicaris Schelfhout) helemaal in conservatief Roomse richting. KAV-afdelingen die openlijk opkwamen voor anti-conceptie moest de toegang tot parochiezalen geweigerd worden. Het bisdom Gent gaf een eigen catechismus uit. Veel (?) priesters verzetten zich tegen deze conservatieve richting. De leden van IPG en alle priesters die ermee sympathiseerden kwamen in het zwarte boek terecht. Zij konden geen pastoor worden. Pas in de late jaren 80 kwam daarin verandering.
Koen was in IPG een van de steunpilaren, samen met zijn pastoor Lambert Müller. Müller was een rustige, zelfstandig denkende man die gezag had onder collega’s; hij verdedigde, naar zijn eigen zeggen volkomen vruchteloos, progressieve standpunten in de priesterraad. Vanaf 1974 verscheen, driemaandelijks, het IPG tijdschriftje, met berichten en artikels. Koen was jarenlang de verantwoordelijk uitgever. De uitgave stopte eind 1999, na 26 jaar.
Ik herinner me dat Koen bij mij thuis een artikel kwam ophalen.
Koen was overtuigd van de waarde van de bevrijdingstheologie. Hij werkte vanaf het begin mee aan ‘bevrijdend woord’; dat organiseerde lezingen in Gent van alle progressieve theologische coryfeeën. Ik zie Koen nog aan de kassa zitten op de Blandijnberg.
Koen was ook actief in het KUC waar vanaf 1982 zondagsvieringen werden georganiseerd met een eigen karakter. Hij bleef er jarenlang meewerken als voorganger. Hij juichte het toe dat ook vrouwen er voorgingen. Op 18 januari 2015 ging hij voor de derde maal mee voor in de ‘driekerkenviering’: de eucumenische viering van de protestantse Rabotkerk, St.-Jozefsparochie waar hij pastoor was, en Dominicus Gent.
Op 7, 14 en 21 februari was er in het portaal van zijn kerk ‘babbelsoep’. Dominicus, de Rabotkerk en Koens St.-Jozef organiseerden deze inloopplek. Koen straalde. De laatste zaterdag lag hij al zwaar ziek te bed.
Koen was al heel vroeg sterk betrokken op wat in de Gentse volkswijken bezig was: de toestroom van een nieuwe bevolking, meestal moslims. Hij legde rustig contacten, organiseerde ontmoetingen, ontwapende conflicten. Wat hij voor de Gentse bevolking betekend heeft, valt moeilijk te vatten voor wie er niet direct bij betrokken was. Maar dat hij met zijn humor en zijn rustige gezag veel bruggen heeft gebouwd en misverstanden uit de wereld geholpen is onmiskenbaar. De stad Gent schonk hem in 2011 de ‘samenlevingsprijs; het was een terechte erkenning voor zijn inzet.
Hij keek rond, liep rond, praatte, bleef geloven in mensen, veel minder in instituties, ook niet in de kerk als instituut, al bleef hij haar trouw. Hij zag concrete mensen, zocht met hen hoe dan ook gemeenschap te stichten. Hij bleef de mensen zeer graag zien, alle mensen, met humor en tederheid.
Een zeer goed mens verdween uit ons midden.
Dani R. Leroy
25.02.2015
(foto’s Jo Van Hoorde: de driekerkenviering van 2012)