VIERING: Loslaten…

Dominicus Gent

Viering van 4 september 2022

Loslaten…

 

Welkom aan ons allen hier in deze kerk, welkom ook aan de mensen die thuis zoomen. We zijn hier samen om te vieren, dat wil zeggen ons laten vullen met verbondenheid. Met vreugde ook, vieren doen we omdat we iets te vieren hebben: de boodschap dat de liefde mogelijk is, en redt.

Nochtans is het in de dagelijkse wereld vaak anders: tegenwerking, misverstand. Zo ook in de bijbelteksten van deze zondag, die we overnemen van de kerkelijke liturgische kalender: Lucas vertelt over farizeeën die met hun wetten Jezus en een zieke man komen ambeteren, over iemand die zeer ontgoocheld is in de vrienden die hij uitnodigt voor een groot feest. Jezus heeft het dan expliciet over zijn kruis opnemen en hem volgen. En in psalm 90 staat dat we maar stof zijn, en even kort leven als het verdorde gras… Wat moeten we van die moeilijke woorden denken? We proberen daar vandaag samen rond te overwegen en te bidden.

Laten we eerst het verhaal van Pasen in herinnering brengen, een onmogelijk verhaal dat ons toch nog inspireert. Steken we de Paaskaars aan.

Evangelietekst: Lucas 14, 25-33
Grote mensenmenigten trokken met Jezus mee. Hij wendde zich tot hen en zei: 26
‘Wie mij volgt, maar niet breekt met zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broers en zusters, ja zelfs met zijn eigen leven, kan niet mijn leerling zijn. 27
Wie niet zijn kruis draagt en mij op mijn weg volgt, kan niet mijn leerling zijn.
28Want wie van jullie die een toren wil bouwen gaat niet eerst de kosten berekenen, om te zien of hij wel genoeg heeft voor de bouw? 29Als hij het fundament gelegd heeft maar de bouw niet kan voltooien, zal iedereen die dat ziet hem uitlachen 30en zeggen: “Die man begon te bouwen, maar het karwei afmaken kon hij niet.” 31En welke koning die eropuit trekt om met een andere koning oorlog te voeren, zal niet eerst bij zichzelf te rade gaan of hij wel met tienduizend man kan optrekken tegen iemand die met twintigduizend man tegen hem oprukt? 32Als hij dat niet kan, stuurt hij eerst, wanneer de troepen nog ver van elkaar verwijderd zijn, een gezant om naar de voorwaarden voor vrede te vragen. 33Zo geldt ook voor jullie: wie geen afstand doet van al zijn bezittingen, kan mijn leerling niet zijn.

 
LOSLATEN

Breken met onze ouders, kinderen, broers en zussen, zelfs ons eigen leven, niemand van ons daarop gericht. Dat is ook niet waar de tekst toe oproept. Maar, als we de vrij willen zijn om de boodschap van sociale rechtvaardigheid, de Goddelijke opdracht die Jezus ons voorleeft op te nemen, dan moeten we met die mogelijke consequentie durven leven. Als het erop aan komt zullen we keuzes moeten maken: we kunnen geen twee meesters dienen. Het is een lastige waarheid. Een thema dat telkens opnieuw opduikt in het evangelie: in de kleine verhalen en het grote verhaal van Jezus’ leven. Onvermijdelijk ook in ons eigen verhaal, individueel, als Dominicus en als grotere maatschappij.

De boodschap klinkt actueler dan ooit: ‘Niemand kan mijn leerling zijn als hij zich niet losmaakt van wat hij bezit’. We worden uitgedaagd om vele verworvenheden, comfort en zelfs de ruime toegang tot levensnoodzakelijke elementen los te laten. Men klampt zich harder dan vroeger vast aan de macht. Het lijkt erg nieuw en beangstigend, maar het is van alle tijden. En er is ook goed nieuws. Ondanks de pijn en de frustratie die het loslaten ontegensprekelijk met zich meebrengt, biedt het ook nieuwe kansen. Er komt ruimte vrij, innerlijk en uiterlijk, om een nieuwe wereld te helpen scheppen waar de fundamentele focus terug een centrale plek kan krijgen. We geven ter inspiratie graag 4 verhalen mee waarin het loslaten tot een eerlijke, beter, effectiever, authentieker resultaat leidde dan we anders konden verwachten.

Deze week toonde canvas een reportage over wistleblowers van de Verenigde Naties, die grote organisatie die zich opwerpt als voorvechter van mensenrechten en wereldvrede, die zegt in eigen kringen nultolerantie te hanteren voor grensoverscrhijdend gedrag en machtsmisbruik. De reportage laat uiteenlopende werknemers, van hoog tot laag, aan het woord die niet langer konden zwijgen bij het zien van grove schendingen van mensenrechten binnenshuis. Ze werden monddood gemaakt, soms jarenlang geboycot, en bedreigd om het kritische gesproken woord tegen de macht. Desondanks durven ze spreken. Na het uitkomen van de reportage werden zij die er nog werkten binnen de kortste keren ontslagen. En toch: hun boodschap klinkt nu luider dan voorheen. Ze hebben velen een hart onder de riem gestopt en een belangrijke steen verlegd richting verandering.

Ook bij ons ervaren we dat druk wordt uitgeoefend op wie een kritische noot naast het beleid legt. Neem nu levenslang leren. België hinkt achterop op dit vlak en men wil die activiteit nieuw leven inblazen. Er moet meer aanbod komen, wat goed is, maar de focus verschuift naar geld verdienen. Activiteiten zoals bijscholing van leerkrachten brengen nauwelijks geld op. Toch weet men: ze zijn belangrijker dan ooit, nu de schaarste heel wat niet vak-eigen leraars voor de klas brengt. Als je dan aangeeft dat de motivatie voor levenslang leren intrinsiek moet zijn en beantwoordt aan een maatschappelijke opdracht, dat geldgewin niet het doel kan zijn, word je apart genomen en gevraagd of je niet beter van job zou veranderen. Het doet denken aan Ruth Lasters, de gewezen Antwerpse stadsdichter, die nefaste gevolgen van de opdeling in A- en B-stroom leerlingen in een gedicht wist te vangen dat door haar broodheer werd afgewezen. Door op eigen initiatief ontslag te nemen om vrijheid van spreken en handelen te claimen, wordt ze een inspiratie voor jongeren en vele anderen, en raast haar boodschap door het land.

Soms vragen omstandigheden ons om los te komen van de ideale omkadering en het met beperkte middelen te doen om andere projecten te kunnen blijven ondersteunen. Zo hoorde ik het inspirerende verhaal van een nieuwe jonge intendant van een grote concertzaal. Ze had een top-pianist kunnen overhalen om te komen spelen in de uitverkochte zaal met 1400 plaatsen. Bij aankomst bleken de gedetailleerde instructies voor de kwaliteit van de piano echter helemaal de mist in gegaan. De intendant had het juiste besteld, maar door een verkeerde wissel ergens was de verkeerde -schabouwelijke – piano geleverd. De pianist liet bij aankomst weten dat hij zijn reputatie niet te grabbel wou gooien voor dit publiek. De muziek die hij speelt vraagt immers zeer veel van een instrument en hij vertrok. Na een korte aarzeling rende zij hem na, beukte op de deur van de taxi waar hij in zat en begon een hartstochtelijk pleidooi. Ze beargumenteerde waarom het zo belangrijk was dat hij al dat publiek, en haar zelf in haar eerste grote job en de concertzaal met het project voor muzikanten niet zou doen kelderen. Hij kreeg medelijden en kwam toch spelen. Hij moest alles uit de kast halen om die piano te laten doen wat zijn muziek vroeg. Rechtop gaan staan en inbeuken op de toetsen om tot het nodige volume te komen, bijvoorbeeld. Het was volledig onorthodox, om toch maar in de buurt van het beloofde resultaat te komen… De zaal werd laaiend enthousiast en de pianist kreeg vleugels. Dit was nooit eerder gehoord… en de opname van dat concert wordt tot op vandaag beluisterd en gekoesterd door menig fan.

Tot slot, geen mooier voorbeeld van loslaten, wellicht, dan het verhaal van de rijke man die vrienden en kennissen uitnodigde voor een groot feestmaal – en niemand kwam opdagen. Wat een pijnlijke en zelfs vernederende ervaring. En dan de eigen verwachtingen loslaten en de deuren en de tafel openen voor een pak mensen die zelden ergens uitgenodigd worden. Wat een vreugde, wat een feest moet dat geweest zijn! Een crisis kan ons de ogen openen voor de intrinsieke waarde der dingen, dieren, planten en mensen.

De tafel der armen

Wat in stilte bloeit, in de luwte van tuinen,
onder de hete zon, op de akker,
heeft Hij bestemd voor de tafel der armen.

Aardekracht, zonkracht is Hij, licht in mensen,
dat wij elkaar bevrijden en doen leven,
brood van genade worden, wijn van eeuwig leven.

Maar wie niets hebben, wie zal hen hieraan deel geven?
En die in weelde zwelgen en van niets weten,
wie zal hen naar gerechtigheid doen verlangen?

Aanschijn der aarde, wie zal jou vernieuwen?
Hij die alles zal zijn in allen,
heeft ons bestemd om, aarde, jouw aanschijn te vernieuwen.

TOEVLUCHT
 
Ik apprecieer de eerlijkheid van veel psalmen. Ze kennen het leven. Het is idd zo dat ons leven voorbijvliegt, en hoe ouder hoe rapper het lijkt te gaan. Het is idd zo dat veel in ons leven moeite en leed was, of is. Het is idd zo dat we soms jarenlang fouten en vergissingen meeslepen, eronder gebukt gaan. Het is idd zo dat velen hun leven als een lot zien, hen aangedaan door een God of door een toeval dat weinig compassie had. Soms zelfs denken mensen dat de tegenslagen in hun leven hun eigen schuld zijn.
Hoe klein zijn wij, mensenkinderen. Tegen de stormen van het leven, tegenover de grote gebeurtenissen in de wereld. Waar vinden we toevlucht, om het mooie woord te gebruiken dat we straks als refrein zullen zingen?

Maar deze psalm doet wat elk gebed doet: iemand toespreken. “Gij Heer, zijt steeds onze toevlucht… Deze psalm doet wat wij ook doen in elke viering: woorden uitspreken, omdat we weten dat woorden daden zijn. Het woord toevlucht is meer dan de wat klanken en een betekenis, het is ook een daad van bevestiging. Ken je dat prachtige gedicht van Remco Campert: Poëzie is een daad van bevestiging. En wat bevestigt poëzie, vraagt Campert. En hij antwoordt: Ik bevestig dat ik leef, dat ik niet alleen leef. Zo is het ook met al onze woorden: we bevestigen voor elkaar dat we leven, en niet alleen leven. Door woorden uit te spreken zijn we al aan het bouwen, zijn we al wegen aan het maken, nemen we elkaar al mee op weg. Die richting gaan we uit, zeggen onze woorden, en ze sturen ons, en ze dragen ons. Zeker omdat we ze voor elkaar hebben uitgesproken, dat maakt ons sterker. En als we woorden samen zingen, worden ze nog sterker…

Ook het woord dat uitspreekt tot wie we ons richten, is een daad van bevestiging. We zeggen Gij, we zeggen God, of Heer, en daarmee maken we al een opening in ons leven, dat ons zo vaak ontsnapt in tijd, en soms ook in bedoeling. Ons leven moet meer zijn dan het zoveelste grassprietje dat zo vlug verdort, als de droom die we ’s morgens kwijt zijn. Geen spijt willen wij, over wat voorbij is en nooit meer terugkomt. Geen ontgoocheling over de gemiste kansen. Geen klacht over pijnen en eindigheid.
Nee, zegt de psalm in de laatste strofe (vaak doen psalmen dat, op het einde), we willen iets anders, iets veel eenvoudigers: we willen blijdschap voor elke dag die we krijgen, dat we mogen opstaan. We willen goedheid, kleine goedheid, die onze dag rijk maakt. We willen verwondering over deze grote wereld, met al zijn schoonheid, of zoals de psalm het zegt met een heel eigen woord: met al zijn luister. En we willen dat kunnen delen met onze kinderen…

Het is er misschien allemaal nog niet, of niet vandaag, maar als we het uitspreken is het er wel al. Ik vergeet nooit een bepaald moment op de radio ’s morgens, ik reed naar school en iemand werd geïnterviewd die heel erg ziek was geweest, tot op de rand van sterven. Hij vertelde hoe het was die eerste keer dat hij wakker werd zonder pijn, hoe hij toen als nooit tevoren de lichtheid van te kunnen leven voelde. Als water na een grote dorst. En, zei hij, vanmorgen heb ik vanuit mijn ziekbed liggen kijken naar een tak buiten mijn raam waaraan een druppel hing, een dauwdruppel. En ik was diep diep ontroerd, zei hij.

Kijk, zo leren wij elkaar de wijsheid van het hart, zoals de psalm zegt. Zo leren wij elkaar de vreugde die we zo nodig hebben in ons vluchtige leven. Zo blijven we geloven dat leven genade en goedheid is, en geen straf. Er is een bron in mensen, waaruit ze kunnen drinken. Laten we van die bron vaak bewust zijn, en die bron misschien hier en daar ook eens delen met elkaar, en misschien die bron ook wel eens toespreken…

Psalm 90

Gij, Heer, zijt steeds onze toevlucht.
Wat sterfelijk is, vergaat tot stof.
Gij zegt: Keer terug, kind van Adam!
Voor U zijn duizend jaren één dag,
als gisteren dat al voorbij is,
een uur van slaap in de nacht.
Gij, Heer, zijt steeds onze toevlucht.
Ons leven breekt af als een droom in de ochtend,
kortstondig is het als gras op het veld.
Des morgens ontkiemt het en schiet het op,
des avonds is het verwelkt.
Gij, Heer, zijt steeds onze toevlucht.
Leer ons onze dagen naar waarde te schatten
en zo te komen tot wijsheid van hart.
Laat af, Heer, hoe lang nog pijnigt Gij ons?
Wees toch uw dienaars genadig.
Gij, Heer, zijt steeds onze toevlucht.
Schenk ons in de ochtend volop uw zegen,
dan jubelen wij heel de dag van geluk.
Uw luister, Heer God, moge ons overstralen,
bestuur onze handen bij al wat zij doen.

T A.W.Bronkhorst – M Jan Schrooten

 
Inleiding tot de tafeldienst  

En laat ons dan aan tafel gaan…  

We gaan aan tafel in het volle besef van het niet-gratuite karakter. Er is water voor nodig, graan en druiven, wijnranken die groeien, vele mensenhanden, energie in de economische keten, een schare aan vrijwilligers vandaag en in de traditie die ons tot op dit punt bracht. En natuurlijk, die mens Jezus. Wij gedenken hier dat hij belichaamde wat het betekent je leven te breken om het in te zetten voor wat goed een menselijk is. We zijn dankbaar voor zijn voorbeeld en voor het voorbeeld van zovele mensen die ons tot hier op dit moment gebracht hebben. Zo gedenken we in dit uur onze lieve doden voor wie we een kaarsje aansteken. En we leven mee met al wie zich – waar ook ter wereld – inzet om de onderdrukte mens een kans te geven.
 

 

 

Blijf verbonden met de gemeenschap van Dominicus Gent:
via de nieuwsbrieven: https://www.dominicusgent.be/nieuwsbrief/
via Facebook ( https://www.facebook.com/Dominicus-Gent-324436994242688/)
Abonneer u nu op ons nieuw online platformhttp://Bijlichten.be 
Ga er in gesprek met de auteurs van de filmpjes!

Indien u meent dat voor een bepaald object het auteursrecht van de auteur of zijn/haar erfgenamen, of het recht op afbeelding geschonden werd, neem dan contact op met ons zodat de situatie kan worden rechtgezet.